Hoofdstuk .1

123 11 2
                                    

'Ara, kom meteen naar beneden!' krijst mijn moeder. "Jaha ik kom al". Ik had je een half uur geleden ook al gevraagd de tafel te dekken. (Dat verwende kreng doet ook nooit iets uit zich zelf) mompelde ze zodat ik het nog net verstond. Zo snel mogelijk dekte ik de tafel, om van dat gezeur af te zijn.

Ik haast me naar boven, waar ik tegen Dalia aan bots. 'Kijk toch eens uit je doppen!' schreeuwt ze. "Dat zou een stuk gemakkelijker zijn als jij niet zo in de weg zou lopen" bijt ik terug. Ik ga naar mijn kamer en pak mijn mobiel. Even checken of ik nog appjes heb. Ja, eentje van Karie mijn beste vriendin. Ze vraagt of ik dit weekend kan logeren. Ik stuur terug dat ik het eerst nog moet vragen. Als mijn ouders in een beetje in een goede bui zijn mag het vast wel.

'Araaa, eten!'. "Ik kom al!". Ik ren de trap af en ga snel aan tafel zitten. Mijn eetlust neemt al weer snel af als ik de vieze geur van andijvie via mijn neus inadem. Bleh, van de geur alleen al krijg ik kotsneigingen. Maarja als ik dat laat merken krijg ik zowiezo op mijn sodemieter. 'Wat is er ara, heb je geen honger?' zegt dalia met een grijns op haar gezicht. "Jawel hoor" en ik stop een grote hap andijvie in mijn mond. En ik moet moeite doen om niet te hoeven kokhalzen. Tijdens het eten word er bijna niet gepraat. Dus dit lijkt mij een mooi moment om het te vragen. 'Mam, pap mag ik morge bij Karie logeren?'. "Nou ik weet het niet hoor, als jij nog niet eens optijd de tafel kunt komen dekken"... Toe nou mam, kunnen julie er niet over nadenken. 'Oké dan, we zullen er over nadenken' zegt pap. Echt heel erg bedankt. 'Ja ja, zo is het wel weer genoeg geslijm'. Bij papa mag ook alleen Dalia slijmen hé, dacht ik.

Na het eten snel afruimen en dan weer naar boven om mijn huiswerk te maken. Ookal was het al weer weekend, ik had geen zin om benede te gaan zitten met mijn o zo gezellige gezin. Pling, dat was mij mobiel.

Heb je nog gevraagd of je mag logeren, xx karie.

Ja, ze zeiden dat ze er nog even over na moeten denken. xx ara.

Ik kijk hoe laat het is, en zie tot mijn grote verbazing dat het al 12:18 is. Dat word dan tijd om te gaan slapen. Als ik in bed lig staar ik naar een vreemde oude dame. Zij is altijd in mijn kamer als ik ga slapen. Op een of andere manier vind ze het blijkbaar heel interessant hoe ik slaap. Ik dommel langzaam in slaap, zonder nog ergens over na te denken.

De volgende ochtend word ik wakker door mijn moeder, die alweer schreeuwt dat ik moet komen. Ik kijk op mijn wekker 8:30. Warom laat niemand mij ooit uitslapen? 'Ara, waar blijf je!' Ik kom er aan! Ik strompel de trap af en wens iedereen goede morgen. Geen reacties (zoals gewoonlijk). 'Ara kom eens!' ik loop meteen naar mijn ouders toe. Wat is er? Nou, we hebben overlegd en je mag gaan. Maar alleen omdat je anders toch in de weg loopt als de schoonmaakster er is. 'Oké' alles beter dan die saaie oude zuurpruim, denk ik dan.

Ik ren de trap op en app Karie dat ik mag logeren. Ik pak snel mijn spullen in en ren weer naar beneden. 'Niet zo stampen op die trap!' hoor ik mijn vader zeggen. Ik negeer het want ik wil zo snelogelijk naar karie. Ik heb haar al zo lang niet meer gezien. Ik pak mijn fiets uit het schuurtje en ga de lange rit tegemoet naar het huis van karie.

AraWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu