1

77 11 4
                                    

Ik zat in bad, ik observeerde mezelf. Ik klaagde soms over mijn uiterlijk en dan zei iedereen altijd dat ik me niet zo aan moest stellen. Ze zeiden niet dat ik knap was ofzo, maar dat neem ik hen ook niet kwalijk, want tja, dat was ik niet.

Ik had een puistenkop en deed niets aan mijn haar, wat op zich niet betekent dat je lelijk bent, maar ik had kraaloogjes die net iets te ver uit elkaar stonden. En dit alles gaf een soort leegte, een gat tussen neus en ogen; een bermuda driehoek. Zo'n leeg gezicht is niet bepaald aantrekkelijk.

Ik had, naast mijn niet erg aantrekkelijke gezicht wel een gespierd lichaam, maar dan voornamelijk rode spieren (die je dus niet ziet) en een six-pack! Hier liep ik niet mee te koop, maar ik was er stiekem best wel trots op.

Mijn tenen, oef, één woord: PRACHTIG! Nee geintje, ik vond wel dat ik mooie tenen had: geen worstenteentjes, niet krom, geen ingegroeide teennagels, neen, mijn tenen waren net minivingertjes, misschien moest ik er maar eens mee leren schrijven...

Ik was net lekker aan het piekeren (? Tobben? Speculeren?) over mijn tenen en er mee leren schrijven toen mijn moeder op de deur bonsde en riep: 'BEN JE AL VERSCHROMPELD?!' wat ik natuurlijk een domme vraag vond, want kom op nou, stel ik was verschrompeld, dan zou ik toch niet roepen: 'Ja, ik ben eindelijk verschrompeld! Zo vaak al geprobeerd en nu eindelijk na al die uren badderen ben ik verschrompeld. Goal achieved!!' ? Nee, precies, dan zou ik verschrompeld zijn en dan zou ik logischerwijs niet kunnen praten.

Dit alles dacht (/voelde?) ik in de twee seconden tussen vraag en antwoord. 'NEE MAM, IK KOM ER ZO UIT!!' Ik wierp een laatste blik op mijn minivingertjes, zuchtte en klom uit bad.

A loner, but not in his heartNơi câu chuyện tồn tại. Hãy khám phá bây giờ