Fragment 1-proloog

11 2 0
                                    

Ik kijk over de straat, blij dat de lantarens aan zijn. Ik voel de warme hand van mijn dochter in die van mij. We lopen langs de kerk en ik stop even om te kijken hoe laat het is: 23.45. Over een kwartier moeten we thuis zijn. Diep van binnen weet ik dat we het niet gaan redden, hoe graag ik het ook wil. Ik pak de hand van mijn dochter nog steviger vast en versnel mijn pas, misschien kunnen we het nog halen. Ik voel hoe ze aan mij trekt. Ik weet dat ik te snel ga voor haar en zij moet rennen om mij bij te houden, maar de gedachte dat ik haar ga verliezen is angstaanjagend. "Mam stop. Ik kan dit niet." Ze laat mijn hand los en ik draai mij naar haar om. "Please mam, je weet wat er gaat gebeuren. Ik wil dit. En je kan er toch niks aan doen, kijk achterom. Het komt er al aan." Ik draai mij om en zie de wolk van vlammen als een windvlaag langs de kerk vliegen. Dan veranderen de vlammen in een rennend dier, vervagend in het vuur. Ik kijk naar mijn dochter en zie haar ogen glimmen van het licht, ik kan de weerspieging in haar ogen zien. Het dier rent op haar af en ik zie haar haar hand uitsteken, tastend in de warmte. Ik wil haar nog tegen houden maar ik ben te laat. Het dier stopt en duwt zijn neus tegen haar hand. Haar hand vervaagd in de vlammen en even voelt het raar dat ze het niet uitschreeuwt van de pijn, ondanks dat ik weet dat het geen pijn doet, ondanks dat ik het zelf ook ooit heb mogen doen. Ze streelt met haar vingers door de manen en de vlammen spelen om haar vingers, laten haar handen er steeds verder in verdwijnen. "Mam, ik ga. Bijna iedereen is al weg, ik ben eindelijk 12 en nu is het mijn beurt. Ik moet echt gaan anders is de weg dicht." Ze kijkt mij diep in de ogen en ik voel hoe de tranen over mijn wangen stromen. Voor heel even maakt het mij allemaal niet meer uit. Ik kijk naar de klok: 23:58. "April asjeblieft, blijf hier, doe dit niet. Je weet wat er is gebeurt, je weet dat ik niet kan komen...dat je mij dan niet meer ziet." Even is het stil en heb ik een klein beetje hoop dat ze die laatste twee minuten toch wil pakken om weg te rennen. "Sorry mam, ik ga echt. Ik blijf niet hier alleen omdat jij niet daar kan komen. Het is niet mijn schuld wat er met jou is gebeurt. Ik ga en ik zal daar blijven ook." Ik wil door de grond zakken, mijn benen worden zwaarder en zwaarder... Ik kijk April aan en ze ontwijkt mijn blik. Ongeduldig kijkt ze naar de verlichte klok boven aan de kerk. Ding...ding...ding... De klok slaat 12 keer en de laatste slag galmt over de lege winkelstraat. Ik knijp mijzelf, hopend dat dit alleen maar een droom is, dat ik straks gewoon wakker wordt in mijn bed en April rustig in haar bed zie liggen aan de andere kant van de kamer. Ik open mijn ogen en sta nog steeds op straat. Ik zie hoe April op het dier is geklommen, hoe haar voeten diep zijn weggezakt in de warmte van het vuur. Ik doe een stap naar voren om haar hand nog een keer vast te houden maar het dier doet een stap achteruit. Wanhopig kijk in mijn dochter aan. "Sorry mam, het is tijd." Ik voel een kou mijn lichaam overnemen en weet niet wat te zeggen. "oke, doei dan mam" Het dier draait zich om en ik hoor haar zeggen: "oja, en mam, ik hou van je." Ik glimlach door mijn tranen heen en zie hoe het vuur de lucht in gaat en achter de kerk verdwijnt. "Ik hou ook van jou en weet dat ik er alles aan zal doen om je daar uit te halen... alles...." Ik probeer zo hard te roepen als ik kan, in de hoop dat ze mij nog hoort. Een lichtflits verlicht even kort de straat en ik weet dat ze echt weg is.

----

Ik kijk naar de klok. Een automatisme dat ik mijzelf de afgelopen 12 jaar heb aangeleerd. 00:02. Ik ben haar echt kwijt. Een golf van paniek en angst overvalt mij en ik zak huilend op de grond. De spanning die al die tijd in mijn schouders had gezeten komt er nu uit. Ik huil en weet niet hoe ik mij die avond naar huis heb gekregen. Maar ik weet wel dat ik mij thuis huilend tegen de muur aan heb laten glijden en op de grond ben gaan zitten, de pijn en zelfhaat wegdrinkend. Ik kijk naar de lege flessen naast mij op de grond. Ik was gaan drinken ondanks dat ik wist dat het niets zou helpen. Maar water had ook niks geholpen dus wat maakte het uit?

Ik word wakker in mijn eigen bed. Blijkbaar heb ik mij s avonds toch nog in mijn eigen bed weten te krijgen. Ik sta op en een duizeligheid overvalt mij. Mijn hoofd gonst en doet ongelooflijk veel pijn. Ik loop naar beneden en probeer te voorkomen dat ik boven aan de trap moet overgeven. Ik blijf even staan en loop dan toch verder naar beneden. In de kamer brand licht en ik laat mij op de bank ploffen. Wanneer mijn ogen gewend zijn aan het licht en ik ze weer volledig kan openen kijk ik verrast naar de tafel, deze is gedekt voor 3 en er staan kaarsjes aan, ook liggen er cadeautjes op de stoel van April, nou op de stoel waar ze normaal zou hebben gezeten... Ik voel de tranen maar houdt mij in wanneer ik zie dat er iemand met een pan vol eieren de kamer binnen komt gelopen. "Alec..." Ik staar hem een tijd aan en zeg dan: "wat doe jij hier?" "Hey Joshua ik ehh... hoe is het met je hoofd? Kan mij voorstellen dat je kater nogal heftig is?" Ik knikte maar had daar meteen spijt van. "Wacht... hoe weet jij dat? Hoe lang ben je hier al?" "Nou ik kwam gisteravond even de cadeautje brengen als verrassing voor de verjaardag van April toen ik jou achter de bank zag liggen met 8 lege flessen naast je. Dus toen leek mij het verstandig even te blijven tot de ochtend om te kijken hoe het gaat. Blijkbaar heb ik dat goed ingeschat." Even is het stil en kijkt hij mij aan. Hij gaat met zijn hand over zijn kin zoals hij altijd doet wanneer hij even moet nadenken. "Oke Josh, je drinkt nooit. Wat is hier aan de hand? April heeft niet geholpen met die flessen toch?!"  Ik kijk hem aan en voel de tranen over mijn wangen stromen. Ik leun voorover om mijn hoofd op mijn knieen te leggen maar heb daar gelijk spijt van. Een golf van misselijkheid overvalt mij en ik voel het zuur langzaam omhoog kruipen. Ik slik en langzaam trekt het gevoel weg. Ik begin te hyperventileren wanneer ik besef wat Alec heeft gevraagd en hoe vaak hij haar naam heeft genoemd. "ik....ik..." "Rustig Joshua." Alec komt naast mij zitten en legt zijn hand op mijn rug. Ik adem in en uit en langzaam krijg ik alles weer onder controle.

Wanneer ik zeker weet dat alles eruit is, zowel het hele verhaal als de tranen, woede en andere gevoelens kan ik pas weer normaal ademen en helder denken. "ja..." breekt Alec de stilte. Ik neem het hem niet kwalijk dat hij niet weet wat te zeggen en ik leg mijn hoofd op zijn schouder. Na een tijd niks gezegd te hebben zegt hij: "Eten?" Ik knik. We gingen zitten en zeiden niks meer tijdens het eten. 

You've reached the end of published parts.

⏰ Last updated: Jun 23, 2022 ⏰

Add this story to your Library to get notified about new parts!

The right roomWhere stories live. Discover now