1. Eiland

84 8 51
                                    

*Adinda*

De negentienjarige Adinda lag al een tijdje naar het plafond te staren. De gordijnen van haar bed waren iets open en ze zag dat het nog donker was buiten. Te donker. Er zou nog niemand op het eiland wakker zijn. En helemaal in haar eentje alvast het ontbijt gaan voorbereiden in de gemeenschappelijke keuken, daar had ze ook geen zin in.

In de kamer was het stil. Behalve het zachte gebrom van haar vaders gesnurk was er niets te horen. Had hij eigenlijk gisterenavond nog wel een houtblok in de plattebuiskachel gegooid had? Ze was er zeker van dat het vuur nog wel niet uit zou zijn, maar dan mochten ze wel niet nog uren wachten om er vers hout in te gooien. Ze had al menigmaal mogen ervaren dat haar vader niet de meest gestructureerde persoon was. Dus dergelijke dingen vergat hij al wel eens. Ze hoopte maar dat haar vader en haar kleine broertje Ôle het de komende dagen wederom zonder haar zouden redden.

Eenmaal gewend aan de duisternis binnen, zag ze de contouren van het bed aan de overkant van de kamer. Het was identiek aan dat van haar: rondom gordijnen voor privacy, en tegen de buitenmuur een wand met schappen voor persoonlijke spulletjes. Sinds ze een tiener was, had ze genoten van de mogelijkheid zich te kunnen afzonderen. Als kind had ze echter liever bij haar ouders mee op de slaapzolder geslapen. En net zoals voor haar, was dat na vier jaar ook nog steeds de lievelingsplek van Ôle. In het voor hem speciaal gemaakte tweede bed, had hij nog geen enkele nacht geslapen.

Zuchtend schoof ze het gordijn terug dicht en draaide zich om. Ze moedigde zichzelf aan om haar ogen te sluiten. En na ongeveer 350 schaapjes viel ze uiteindelijk opnieuw in slaap.

Adinda schrok op van het zachte getik op het raam. Snel deed ze haar bedgordijn open. Enthousiast stond Irma naar haar te zwaaien. Wijzend naar haar lege pols, gebaarde de volslanke vrouw dat het tijd was. Adinda stak drie vingers op als antwoord. Ze had slechts een paar minuten nodig had om zich klaar te maken. Irma's gezicht verdween van achter het raam. Adinda vermoedde dat ze even terugging naar haar eigen hut om nog een klein klusje te doen. Zo was Irma, altijd bezig. Adinda had het nooit anders geweten.

Irma was als een tweede moeder geweest sinds Adinda haar eigen moeder verloren had. Vader had zijn handen vol gehad met de pasgeboren Ôle. En dus had Irma zich zonder te twijfelen over Adinda ontfermd. Ze herinnerde zich nog goed de vele gesprekken over dood gaan en keuzes maken. Het rustige leven op het eiland leek even niet meer zo aantrekkelijk. Veel te onrealistisch, te wereldvreemd. Heel even had Adinda toen gedacht dat ze weg wou. Dat ze misschien beter zoals zoveel van de kinderen op het eiland op internaat op het vaste land moest gaan. Maar door over de mooie momenten met Irma te kunnen praten, door verhalen te kunnen delen over haar moeder, had ze beseft dat haar hart voor altijd op het eiland lag. Net zoals haar moeders hart hier ook altijd toebehoord had.

Adinda trok snel een wollen trui over haar onderlijfje en deed haar jeans aan die ze de vorige dag aan het voeteneinde van haar bed gedropt had. Nadat ze een houtblok bij in de kachel legde, schoof ze snel in haar schoenen die naast de deur stonden, nam ze haar groene gevoerde jas van de haak, en verliet ze stil de hut. Haar blauwe muts over haar oren trekkend, liep ze naar de hut van haar buurvrouw die, als ware het telepathie, net op het zelfde moment terug buiten kwam. Achter haar aan verscheen de nog slaapdronken Friederich. Adinda wist dat Friederich echt geen ochtendmens was. En ze lachte hem daar vaak om uit. Maar hij had altijd wel een wederwoord klaar. Of dan begon hij haar te kietelen. Hij was dan misschien wel even groot als Adinda, hij was wel een stuk sterker. Het Duitse gezin Hofmann woonden al meer dan tien jaar op het eiland toen Adinda en haar ouders er aankwamen. En omdat Irma net zoals Adinda's moeder biologe was, hadden zij hen als het ware onder hun hoede genomen. Alhoewel hij acht jaar ouder was, was Friederich op dat moment het enige aanwezige kind op het eiland. Hij had Adinda meegenomen op verkenningstocht op het eiland. Het was beginnen te regenen en ze waren de tijd uit het oog verloren. En oh, wat hadden haar ouders toen kwaad geweest! Ze waren toen nog helemaal niet gewend aan de gewoonten van het eiland. De vrijheid, de onbezorgdheid, ... . De toen veertienjarige Friederich had een stevige uitbrander gehad van zijn ouders. Niet omdat hij een zesjarig meisje te laat had thuisgebracht. Wel omdat hij op voorhand niet had verteld waar ze naartoe zouden gaan. Maar sinds die dag, was Adinda altijd in Friederichs buurt gebleven. Hij was haar grote broer en alle geheimen van het eiland had ze van hem geleerd. En vandaag mocht ze dan eindelijk in zijn voetsporen treden. Want uiteraard had ze net zoals hij gids willen worden.

In de gemeenschappelijke keuken was al heel wat bedrijvigheid. Het brood werd net uit de oven gehaald. Adinda en haar gezelschap begonnen routinematig alles mee klaar te zetten voor het ontbijt. Iedereen op het eiland had dan wel een eigen privé hut. Maar verder was alles gemeenschappelijk. Adinda dacht nog altijd in Nederlandse termen. Het was dan ook haar moedertaal. De officiële benaming voor de hutten was eigenlijk 'ly'. En boven het complex met de gemeenschappelijke gebouwen stond het woord 'fælleshuset'. Maar de Deense termen werden amper gebruikt. Omdat er zoveel verschillende nationaliteiten op het eiland woonden, was Engels de voertaal.

De regels op het eiland waren streng. Maar als je je eraan hield, kon je verder doen en laten wat je wilde. Het aantal bewoners was dan ook beperkt. En er kwam niet vaak een plekje vrij. Er waren tien hutten, waarvan slechts vijf gezinnen met kinderen. Adinda's broertje Ôle was met zijn vier jaar de jongste. Adinda had net zoals Friederich thuisonderwijs gekregen, maar tegenwoordig stuurden alle ouders hun kinderen naar een internaat op het vaste land. Ôle leek zich er niet aan te storen dat hij zonder vriendjes moest opgroeien. Hij was elke dag te vinden bij hun vader in de houtwerkplaats en had onlangs zijn eerste trækop, een traditionele Scandinavische houten beker, gemaakt. Vader had wel een speciale houder moeten bijmaken omdat de beker steeds omviel. Maar oh wat was Ôle trots geweest!

Adinda zag haar vader binnenkomen. Hij had Ôle op zijn arm. Niet veel later zat de hele eilandbevolking te ontbijten. Er werd druk gepraat en besproken. Het zomerseizoen begon vandaag. En straks zou de eerste boot met toeristen aankomen. Het zouden er slechts zeven zijn, wat geen abnormaal aantal was voor eind mei. Het was immers nog best koud 's nachts. Tijdens het hoogseizoen konden het er wel twintig zijn, waarbij de volledige eilandpopulatie dan voor enkele dagen verdubbelde. Er woonden momenteel slechts zeventien personen permanent op het eiland, Ôle inbegrepen. En dat was best weinig. Adinda vroeg zich af wanneer er weer nieuwe vacatures uitgeschreven zouden worden. Sinds de dood van haar moeder, was diens functie van bioloog nog steeds niet ingevuld. En ook Hagar, de vader van Friederich, sukkelde nu met zijn gezondheid. Dus was een extra antropoloog misschien ook wel aan de orde? Adinda mocht blij zijn dat ze al op het eiland woonde en zo gemakkelijk een postje als gids had kunnen bemachtigen.

Samen met Friederich zette Adinda de ontvangstruimte klaar. Adinda was blij dat het maar een kleine groep was en ze de tocht samen met Friederich kon doen. In de zomer zouden ze zich moeten opsplitsen. Ze hoopte dat ze tegen die tijd wat meer zelfvertrouwen zou hebben.

En toen was het wachten tot elf uur op de aankomst van de boot.

øTahanan ng mga kuwento. Tumuklas ngayon