Sorry voor alles

H6

~pov Vince~
Vandaag heb ik weer een werkdagje samen met Emma. Ik kijk er naar uit. Ik kom juist op tijd aan op kantoor. "Goeiemorgen" zeg ik vrolijk. "Goeiemorgen Vince" zegt Floor al lachend. "Emma hier nog niet?" Vraag ik aan Floor. "Nee Vince" "Dat is raar niet van haar gewoonte" Floor knikt. Ik pak mijn gsm en probeer Emma te bellen. Ze neemt niet op, ik probeer het nog eens. "Mannekes aan het werk" zegt de commissaris als hij binnenkomt. Iedereen start. "Vince!" Ik kijk op. "Ja commissaris?" "Waar is Emma?" Vraagt hij. "Awel hé commissaris dat ik het zelf niet weet. Ik heb ze al een aantal keer proberen bellen, maar ze neemt niet op." "Doe maar papierwerk ze zal misschien nog komen" zegt de commissaris en gaat terug zijn kantoor binnen. Best dat we papierwerk moesten doen vandaag.

~pov Emma~
Ik schiet wakker en kijk op men horloge. "Shit shit, ik moest al een uur aan het werk zijn." Zeg ik en loop naar de badkamer. Ik kleed me rap aan en vertrek naar het politiebureau. Ik loop rap naar binnen en verkleed me rap. Als ik klaar ben ga ik aan mijn bureau zitten. "Aah hier zijt ge" zegt Vince. "Ja sorry..." begin ik maar wordt onderbroken door de commissaris. "Emma hier nu!" O ow hij klinkt niet zo blij. Ik wissel een blik met Vince en ga naar de commissaris. Ik klop op zijn deur en ga naar binnen. "Zet u Emma" Ik doe wat de commissaris me zegt en ga zitten. "Dees ben ik niet gewoon hé van jou" "Ja maa..." begin ik. "Niets te ma, zo ken ik u niet Emma. Ik weet wat er gisteren gebeurt is, maar toch wil ik op u kunnen rekenen Emma." Zegt hij. "Kijk hé commissaris, gisteren ben ik in slaap gevallen in de zeten en ik had mijn wekker nog niet gezet, waardoor ik deze ochtend wakker werd in de zetel." Zeg ik. "Allee voor ene keer zal ik het door de vingers zien." "Dankje commissaris" zeg ik en sta op van de stoel. Ik doe de deur open en Vince valt zo half om. "Echt waar Vince weer staan luistervinken." Zeg ik geïrriteerd en loop naar mijn bureau. De rest van de dag negeren Vince en ik elkaar weer. Altijd wanneer het goed gaat tussen ons moet meneertje het weer eens verpesten. En met deze gedachten ga ik naar huis.