Hoofdstuk 3

63 1 4
                                    

Opeens komt er nog iemand binnen stormen. Het is een verpleegster. Ze kijkt Nick en mij verbaast aan. Dan ziet ze de dokter, die nog steeds bewusteloos op de grond ligt. 'Dokter Jackol!' roept ze. Snel rent ze naar het toe. 'Dokter Jackol, is alles oke?' vraagt ze aan hem.

Langzaam wordt hij wakker. Hij kijkt me angstig aan en roept: 'Zij was het! Dat meisje met het bruine haar!'
Nick en ik schrikken en kijken op hetzelfde moment naar elkaar. 'I-ik heb niks gedaan.' probeer ik wanhopig. De verpleegster knikt en zegt: 'Hij heeft vast een lichte hersenschudding en kan zich niet meer goed herinneren wat er gebeurd is.'

Ik knik en vraag: 'Wanneer mag ik weer naar huis?' De verpleegster staat op en loopt naar de kast, die in de hoek van de kamer staat, toe. Ze pakt een map en begint te bladeren. Uiteindelijk stopt ze met bladeren en leest ze de bladzijde. 'Er staat hier allemaal onzin in, ik vind dat je vandaag weer naar huis toe mag.' zegt ze. Ze doet de map dicht en legt hem weer terug in de kast. 'Dankuwel.' bedank ik haar. 'Geen probleem, misschien is het handiger als jullie naar buiten gaan.' Nick en ik knikken en lopen naar buiten.

Buiten is er eens soort park met een fontijn, bankjes en prachtige groene bomen. Wacht, groene bomen? We waren toch in Floranius? Het zal ook wel. Ik besluit het uiteindelijk toch aan Nick te vragen. 'Nick, waar zijn we eigenlijk?' Hij kijkt me aan en zegt: 'We zijn op aarde, ik dacht dat ze je hier beter konden behandelen.' Ik knik, opeens word ik gebeld. Ik pak mijn telefoon en zie dat mijn moeder me belt. Snel neem ik op.

'Fay waar ben je? Je hoorde één uur geleden al thuis te zijn!'

'Sorry mam.'

'Ja je kan wel sorry zeggen, maar hoelaat kom je nu thuis dan?'

'Mam, geloof jij in draken?'

'Ja ik bedoel nee, nee dat zijn maar kinderachtige verhaaltjes.'

'Oke, maar als het maar kinderachtige verhaaltjes zijn, waarom zag ik er net één vliegen dan?'

'Uhhhh......... Je begint spoken te zien denk ik?'

'Mam ga nou niet liegen!'

'Ugh.. Ik leg het thuis wel uit.'

'Ik ben er over een half uur.'

'Oke, doei schat. Tot over een half uur.'

'Doei mam.'

Als als heb opgehangen kijkt Nick me vragend aan. 'Nick over een half uur moeten we bij mij thuis zijn.' zeg ik. Hij kijkt me aan met zo'n hoe-wil-je-dat-ooit-voor-elkaar-krijgen blik. Het grappige is dat hij me die zelfde vraag stelt: 'Hoe wil je dat ooit voor elkaar krijgen?' Ik grinnik en zeg: 'We kunnen toch gewoon het gebouw uitlopen?'

※※※

Zenuwachtig bel ik aan. Al snel opent mijn moeder de deur. Ze kijkt verbaasd als ze Nick ziet. 'Is dat je nieuwe vriendje?' vraagt ze. 'Nee, mam. Dat is hij niet.' antwoord ik. Ik loop naar binnen toe met Nick achter me aan. Mijn moeder doet de deur dicht en loopt samen met ons naar de woonkamer toe.

'Ga maar zitten ik haal je vader even op.' zegt mijn moeder en ze loopt naar boven toe. Ik plof op de bank neer en Nick ploft naast me neer. 'Nick, als je ouders magie kunnen gebruiken kan jij dat dan ook?' vraag ik.

Nick knikt en zegt: 'Ja, maar soms hebt je ook bijzondere gevallen waarbij de ouders geen magie kunnen en het kind wel. Maar dat komt zelden voor.' Ik knik en op dat moment komt mijn moeder er weer aanlopen samen met mijn vader. Ze nemen plaats op de bank.

'Fay ik snap best als je niet snapt wat ik straks allemaal ga uitleggen, maar doe je best.' begint mijn moeder. 'Oke, ik ben er klaar voor.' zeg ik zenuwachtig, wachtend op wat er komen gaat.

'Goed, het begon allemaal toen jij geboren werd. We dachten dat je een normaal kind was, maar dat was je niet. Je huilde niet toen je geboren werd. De dokters namen allemaal testen bij je af maar bij iedere bleek dat je helemaal gezond was. We zijn naar de beste artsen in de wereld geweest maar niemand snapte het. Uiteindelijk, toen je tien jaar oud was, kwamen we bij een man terecht. Hij vertelde ons dat je magie kon gebruiken, en dat je vaak in gedachten was en haast niks van de wereld om je heen door had. Hij gaf je een behandeling zodat je weer als een nornaal kind leefde. Hij zei ook nog dat als je 16 was, op 19 juni de behandeling uit was gewerkt en je zou weten welke gave je hebt. En dat is vandaag, dus als het goed is weet je nu welke gave je hebt.' zegt mijn moeder.

Ik knik en zeg: 'Ik heb de gave om me als een draak in te leven.' Mijn moeder knikt en zegt: 'Dan kan je zeker weten geen magie.' Ik wil iets zeggen maar Nick is me voor: 'Dat kan ze wel.' Mijn moeder schrikt en is duidelijk verbaasd.

'M-maar dat hoort helemaal niet!' zegt mijn moeder verbaasd.
'Dan is er iets bijzonders aan de hand.' zegt mijn vader.

'Ik wou haar vandaag al mee nemen naar Melody, maar er was iets tussen gekomen.' zegt Nick.

Mijn vader doet zijn mond open om iets te zeggen, maar kijkt me dan vreemd aan. Ook mijn moeder kijkt me vreemd aan. Ik voel weer een signaal en zeg: Ik ben zo weer terug.' Ik sta op en ren naar boven toe. Snel loop ik mijn kamer binnen en plof ik op mijn bed neer. Ik doe mijn ogen dicht, en al snel ben ik weer in de draak.

Ik vlieg weer richting de zon. Ik heb net even gegeten en gerust in het bos, maar nu is het weer tijd om verder te gaan. Ik heb geen idee waar ik heen ga, maar mijn gevoel zegt me dat ik deze richting op moet. Na een lange tijd hoor ik opeens een hele harde brul achter me. Ik kijk snel achterom en zie dezelfde zwarte draak van de vorige keer achter me aan vliegen. Hij is woest, uit zijn neus komt stoom en zijn ogen spuwen vuur. Ik ga twee keer zo snel vliegen als normaal in de hoop dat hij me niet inhaalt. Jammer genoeg doet hij dat wel. Hij vliegt naast me en geeft me een stoot met zijn kop. Ik verlies even mijn evenwicht, en mijn vleugel is gevaarlijk dichtbij de bek van de zwarte draak. Hij grijpt zijn kans en bijt erin. Ik trek mijn vleugel terug maar zijn tanden blijven haken en maken een enorme scheur in mijn vleugel. Hij laat los en bijt me nog een paar keer op andere plekken en daarna val ik naar beneden, omdat ik niet kan vliegen met 1 vleugel. Ik kom hard terecht en alles word zwart.

'Nee! Neeee!! Word wakker! Nee!' schreeuw ik huilend van paniek. Ik voel een helse pijn in mijn linker arm en schreeuw het uit van pijn. Mijn ouders en Nick komen snel mijn kamer binnen rennen. 'Fay! Wat is er gebeurd?' vraagt Nick. Ik begin te huilen en hij komt naast me op bed zitten en slaat zijn armen om me heen. Hij fluistert dingen zoals: 'Het komt allemaal goed.' en 'Rustig maar.' Ik kalmeer weer een beetje en voordat ik weer een huilbui krijg kan ik nog net uitbrengen: 'H-hij is d-dood.'

Fairies -ON HOLD-Where stories live. Discover now