Hoofdstuk 4

538 26 0
                                    

Ik ging dus maar in de hoek staan, terwijl mijn hart als een bezetene klopte vanwege de angst dat ik Derek pijn ging doen. Alles in mijn lichaam schreeuwde erom om eronderuit te kunnen komen. Alles in mijn gevoel, in mijn bestaan schreeuwde erom om eronderuit te kunnen komen. Maar ik had het hem beloofd, hij wilde mij helpen. En ik hield me aan mijn belofte, want ik was een vrouw van mijn woord.

Derek ging vlak voor mij staan en keek me diep aan. En toen begon hij zijn pijnlijke preek, zijn pijnlijke methode om mij controle te geven over mijn wolvenbestaan.

'Samirah, je bent een mislukt geval. Ik had je nooit moeten veranderen. Je zet het wolvenbestaan ten schande. Je kan niks. Je kunt jezelf niet eens beheersen. Je bent een mislukkeling die uit is op het doden van mensen. Je bent meedogenloos en wreed. Er zit geen gevoel in je. Je bent net een schepping van de duivel. Een weerspiegeling van hem.'

Ik begon heel zwaar te ademen. Hoe kon hij zo gemeen zijn?! Dacht hij echt zo over mij?! Meende hij dit?! Of hoorde dit bij de oefening? Nee, dit meende hij. Het klonk te echt. Hij dacht echt zo over mij en dat was een steek door mijn hart. Een dodelijke steek. Ik was diep teleurgesteld in hem, maar bovenal in mezelf. Als ik echt zo was, dan had ik dat zelf veroorzaakt. Ik was boos op mezelf. Boos op Derek. Boos op het hele weerwolvenbestaan. Boos op het feit dat ik bestond. Dat ik zo'n mislukkeling kon zijn. Ik probeerde uit alle macht mezelf onder controle te houden, maar dat verliep moeilijk. Het lukte maar net. Nog één kwetsende opmerking en het was gedaan met mijn zelfbeheersing. Nog één kwetsende opmerking en ik...

'En daarom haat ik je. Ik haat je in de grond van mijn hart. Ik haat je meer dan ik ooit iemand zou kunnen haten. Ik haat je alsof je de haat zelf bent. Ik haat je...'

En dat was de druppel. Hij haatte mij. Ik had net mijn hart in hem gestort, was er net achter dat ik van hem hield, terwijl hij mij haatte. En toen vloog ik hem in de haren. Ik sprong op hem af, terwijl ik ondertussen mijn wolvengedaante aannam. Ik haalde naar hem uit en klauwde hem in zijn gezicht. Hij haatte mij. Wat maakte het dan nog uit? Hij haatte me toch al. En zo haalde ik nog een keer naar hem uit. Elke vezel in mijn lichaam wilde hem doden. Doden omdat hij mijn hart gebroken had. Omdat ik dacht dat hij van me hield, maar me in werkelijkheid haatte. Ik haalde nog een keer naar hem uit, maar dit keer hield hij mij tegen. Hij pakte mijn polsen strak vast en hield ze langs mijn lichaam. En toen zette hij zijn alfa-ogen op en brulde naar mij met een dreigende alfatoon. Ik zat niet in zijn pack, dus ik hoefde er niet naar te luisteren, maar het bracht me even uit mijn doen. Lang genoeg om te beseffen waar ik mee bezig was en lang genoeg om mezelf weer onder controle te krijgen.

Ik veranderde weer terug en bekeek eens goed wat ik Derek had aangedaan. Zijn gezicht, zijn hals, zijn schouders, zijn borst. Dat had ik allemaal verminkt. Ik had hem pijn gedaan, dat kon niet anders. En dat was precies de reden waarom ik dit niet wilde doen. Waarom ik in eerste instantie geweigerd had om dit te doen, om hieraan mee te werken. Ik wist dat het fout zou gaan, dat kon gewoon niet anders. En waarschijnlijk had Derek dat ook geweten. En toch stond hij erop, toch wilde hij me helpen. Hij haatte me nu waarschijnlijk, precies de reden waarom ik hem aanviel. Haat, niets is zo dodelijk als haat. En niets is zo sterk als liefde. Want zelfs nu hij me zo gekwetst had, zelfs nadat ik gezworen had hem te doden en hem aan had gevallen, zelfs nadat ik me nu zo schaamde en mezelf verachtte, zelfs nu hield ik nog van hem. Zelfs nu wilde ik hem nog kussen. Maar dat kon ik niet, ik had hem pijn gedaan.

'Samirah, wat ik zei meende ik niet. Ik wilde je op die manier leren om controle over jezelf te krijgen. Ik dacht dat het zou werken, je hield jezelf zo goed onder controle. Maar het liep helemaal mis. Het geeft niet dat je me hebt aangevallen. Het was mijn eigen schuld. Ik bedenk wel iets nieuws om je jezelf te leren beheersen. Het komt echt wel goed.'

'Dat komt het niet, kijk wat ik je heb aangedaan. Ik kon je wel vermoorden. Ik wilde je vermoorden. Ik wilde niets liever dan dat. Snap je het niet? Zie je het gewoon niet? Ik ben een moordlustig monster.'

The Bite - Teen Wolf #Netties2017Where stories live. Discover now