7

230 12 0
                                    

Als we allemaal onder water zijn zwem ik met Lilly voorop. Ik heb geen idee waar we heen gaan. Opeens zie ik een gat in een rots onderwater. Groot genoeg dat we erdoorheen passen. Ik zwem ernaartoe. Zodra Jayden door heeft waar ik heen ga denkt hij: "zou je dat wel doen Diana?" Ik kijk achterom en knik.

Ik zwem er snel doorheen. Als ik er doorheen ben valt mijn mond open van verbazing waardoor ik allemaal water in mijn mond krijg. Ik spuug het uit en doe mijn mond dicht.

Om me heen zie ik allemaal roze plantjes en er zwemmen allemaal wezens die ik nog nooit heb gezien. Er schijnt roze licht naar beneden en er staan allemaal bloemen. Ik heb nog nooit zoiets moois gezien. Er komt een kleine zeemeermin met paars haar naar ons toe gezwommen. "Wie zijn jullie?" denkt ze verbaasd. Ik stel ons voor. "En wie ben jij?" vraag ik dan. In tegenstelling tot ons heeft ze een roze staart. "Ik ben Aqua" denkt ze.

Ik kijk om me heen. In het midden van het water staat een grote boom. "Waar zijn we?" vraag ik aan haar. Ik schat dat ze ongeveer 9 jaar oud is. "Jullie zijn in mermadia" hoor ik een stem naast ons zeggen. Ik kijk om en zie een vis. De mooiste vis die ik ooit heb gezien. Haar schubben hebben alle kleuren van de regenboog. "Ik ben trouwens Angel" stelt ze zich voor. Ze zegt dat we haar moeten volgen. Als eerste komen we langs een hele grote schelp. "Hier zijn de kamers van alle kleine zeemeerminnen" vertelt ze. "Zijn er ook zeemeerminnen met groene staarten?" vraagt Milo. "Oh ja zeker" denkt Angel. Langs ons schieten twee kleine meisjes met benen. Én kleine vleugels. Ik kijk ze na. "Kunnen jullie ook bovenwater leven?" vraagt Lilly. De vis draait zich om en kijkt haar verbaasd aan. "Nee, jullie wel dan?" vraagt ze. Jayden laat zijn armbandje zien en vertelt het verhaal. "Wauw, ik zou wel eens willen weten hoe het daar is" denkt de vis dromerig. "We vertellen het wel als we weer komen" zeg ik en ik glimlach naar haar.

We vervolgen onze weg. Angel stopt bij een soort bijenkorf. Alleen is hij wit met rozen erop. "Hier woont onze koningin" zegt Angel. We komen langs nog een paar 'huizen' en daarna stopt ze bij de boom. Als we dichterbij komen zien we allemaal diamantjes aan de boom hangen. "In elk diamantje zit een vloeistof wat voor iets anders zorgt." Ze wijst met haar vin naar een van de diamantjes. "Hier zit iets in wat alles kan genezen, er hangen meer van deze diamantjes aan de boom." Ik zie dat dit diamantje een blauwe rand heeft. Ik kijk naar de boom en zie ook roze, paarse, groene, gele en rode randjes. "Elk diamantje is belangrijk" vertelt Angel. Er komt een beestje op ons afgezwommen. Het is rond en het heeft overal blauwe haartjes. Als je niet goed oplet zou je zijn ogen niet eens kunnen zien. "Angel wil je ons even helpen?" vraagt het. Hij richt zich op ons. "Ik ben Sparkle" zegt hij. "Ik ben Lilly en dat zijn Jayden, Milo en Diana" ze wijst ons een voor een aan. Sparkle kijkt ons aan. "Blijven jullie hier?" vraagt hij. "Nee, onze familie leeft boven water dus we moeten weer terug" zegt Milo. "Al zouden we hier graag blijven" denkt Jayden. Ik knik instemmend. Sparkle kijkt ons met grote ogen aan. "Kunnen jullie boven water leven?" vraag hij verbaasd. We knikken.

Er komt nog een pluizig balletje aangezwommen. Dit keer is het groen. "Sparkle en Angel, waar blijven jullie?" vraagt hij. "Dat is Blue"  vertelt Angel aan ons. Jayden stelt ons voor en Blue lacht naar ons. "Komen jullie nou?" vraagt hij. Angel knikt. "Ik zie jullie wel als jullie weer terug komen" zegt ze tegen ons. "Ja jullie zijn altijd welkom" vertelt Sparkle. Daarna zwemmen ze achter Blue aan. "Zullen we maar weer terug gaan?" vraagt Lilly. Ik kijk teleurgesteld om me heen. Ik zou hier nog veel langer willen blijven. We zwemmen terug door de grot. De hele weg naar de kant is het stil. We zijn allemaal te verbijsterd om iets te zeggen.

Als we op onze handdoeken zitten word de stilte verbroken door Lilly. "Wow" zucht ze. Ik sla een handdoek om me heen. "Wat was dat?" vraagt Milo. "Geweldig" zeg ik. Jayden ligt op zijn handdoek en kijkt naar boven. "Waar denk je aan?" vraag ik. "Aan net" zegt hij. "Aan Aqua en Angel en Sparkle en Blue." Ik knik begrijpend. "Zou iemand weten dat dat bestaat?" hoor ik Milo vragen. "Alleen wij" zegt Lilly. "Ja, dat denk ik ook" ben ik het met haar eens. We besluiten om weer naar huis te gaan. We moeten tenslotte nog een halfuur met de trein. Als we naar het station lopen is het stil. Mermadia is zo mooi. Er is dus zoveel wat we nog niet weten over zeemeermin zijn en over Mermadia. Maar als we onderwater naar elkaar kunnen denken misschien kan dat bovenwater dan ook wel. "Hey" denk ik richting Jayden. Hij schrikt op uit zijn gedachte en kijkt om zich heen. Ik lach hardop. "Ik ben Diana maar hoor" denk ik naar hem. "Je liet me schrikken" denkt hij terug. "Sorry" zeg ik en ik glimlach naar hem. "Ik ga wat aan Milo vragen" denkt Jayden. Ik lach. "Is goed." Even later zie ik ook Milo om zich heen kijken. Ik probeer het bij Lilly. "Hey Lilly" denk ik. Lilly gilt en we barsten met z'n alle in lachen uit. "Dat was niet grappig Diana" lacht ze. "We kunnen dus ook als we geen zeemeermin zijn naar elkaar denken" stelt Milo vast. Jayden rolt met zijn ogen en lacht. "Sherlock." Ik lach ook.

Even later zijn we bij het station aangekomen en de trein staat er al. We stappen in en gaan zitten. Dit keer zit Jayden naast me en Milo en Lilly tegenover me. We praten niet over Mermadia, want andere mensen kunnen ons horen. In plaats daarvan praten we over school. Ik heb mijn hand op mijn been en na een tijdje legt Jayden zijn hand op mijn hand. Als Lilly het merkt vraagt ze: "weten jullie zeker dat jullie niks hebben?" Jayden en ik kijken elkaar aan. "Jahaa" zeggen we tegelijk. "Oke oke" zegt Lilly en ze steekt lachend haar handen in de lucht. Ik richt me op Milo. "Ben je al zenuwachtig voor morgen?" vraag ik aan hem. Hij haalt zijn schouders op. "Beetje" zeg hij nonchalant. "Beetje heel erg" lacht Lilly. Voor we het weten zijn we er en moeten we uitstappen. "Hoe laat is het eigenlijk?" vraagt Jayden. Ik kijk op mijn telefoon. "Half 6" vertel ik hem. We lopen rustig naar huis.

This Is Us (Voltooid)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu