Een keuze

1K 46 3
                                    

Ik probeer rustig te blijven en niet in paniek te raken. Een meisje uit Vriendschap stapt naar voren en snijdt zichzelf in haar hand. Iedereen die kiest, zal zichzelf in zijn of haar hand moeten snijden en het opkomende bloed laten vallen in een van de bakken van de facties: Eruditie, Vriendschap, Oprechtheid, Zelfverloochening of Onverschrokkenheid.

Het meisje uit Vriendschap blijft in Vriendschap. Ik krijg het benauwd als de eerstvolgende vijf van ons ook bij hun huidige factie blijven. We zijn al bij de B. Wat als ik de eerste ben die overstapt? Dat wil ik niet. Dat kan ik mijn ouders toch niet aandoen? 'Sarah Bursh.' Het meisje uit Oprechtheid stapt zichtbaar zenuwachtig naar voren en snijdt zichzelf twijfelend in haar hand. Dan laat ze haar bloed druppelen in de bak van Vriendschap.

De hele zaal houdt zijn adem in. De eerste overstapper. Ik kan zien wie haar ouders zijn; ze reageren geschokt en onwetend. Zullen mijn ouders dat ook doen? 'Billy Calding.' Mijn hart staat stil als ik me bedenk dat zijn achternaam heel dicht bij de mijne is. Ik haal opgelucht adem als de jongen uit Zelfverloochening overstapt naar Eruditie. De zaal is zichtbaar aangedaan en ik schrik op als ik mijn naam hoor. 'Abby Cartwright.'

Ik zie Vitani naar me kijken. Zij is mijn beste vriendin en ze weet wat ik van plan ben. Ik vind het verschrikkelijk om haar te verlaten, maar ik hoor niet thuis in Eruditie en dat weet ze. En dat accepteert ze. Ze knikt me bemoedigend toe.

Zenuwachtig stap ik naar voren en loop ik naar de bakken toe. Mijn ogen glijden naar de bak van Eruditie. Ik moet nu de belangrijke keuze maken of ik mijn plan doorzet en naar Onverschrokkenheid ga of niet. Of ik mijn ouders verraad of niet. Ik pak het mes en snijd mezelf in mijn hand. Het doet niet eens pijn. Dan zucht ik, zeg ik in gedachte tegen mijn ouders dat het me spijt, doe ik mijn ogen dicht en hoor ik hoe de hete kolen beginnen te sissen als mijn bloed erop terechtkomt.

Het vak van Onverschrokkenheid begint meteen te juichen en ik loop naar ze toe. Ik kan er niks aan doen, maar er verschijnt automatisch een glimlach op mijn gezicht als ik bij ze ga staan. Door hun gejuich heb ik de reactie van mijn ouders niet kunnen horen en ik ben te schijterig om naar ze te kijken. Als Vitani moet kiezen, blijft zij wel bij Eruditie. Onze blikken kruizen elkaar en ze glimlacht voorzichtig. Ik kan niet terug glimlachen.

Myra, Edward en Will, die ook uit mijn factie komen, kiezen ook voor Onverschrokkenheid. Dat is een geruststellend gevoel, ook al ga ik niet echt met ze om. Het is toch fijn dat mijn oud-factiegenoten nu weer mijn factiegenoten zullen zijn. Als de ceremonie voorbij is, beginnen de Onverschrokkenen te juichen en naar de uitgang te rennen. Wat gebeurt er nu?!

Ik moet het doen voordat ik de zaal verlaat. Ik moet mijn ouders nog één keer aankijken. Maar als ik dat doe, heb ik er meteen spijt van. Ze kijken me teleurgesteld aan. Mijn moeder heeft zelfs tranen in haar ogen. Ik kijk te laat weg en zie hoe een traan over haar wang rolt. Ik heb ze verraden. Ik heb ze niet durven vertellen dat ik weg wilde. Als ik wegkijk, ren ik met de anderen mee.

Gek genoeg vergeet ik even alles om me heen als ik aan het rennen ben. Het voelt zo geweldig om te rennen. Alsof ik eindelijk vrij ben. Maar ik ben niet gewend om te rennen en mijn lichaam doet pijn, maar dat negeer ik. Ik adem de frisse lucht in en stop met rennen als ik bij een soort paaltje terechtkom. Ik zie de anderen omhoog klimmen en ik probeer het zelf ook.

Ik heb vrij weinig geklommen. Mijn conditie is niet bepaald goed, omdat ik altijd in de bibliotheken te vinden was. Gelukkig hebben Myra en Will daar ook last van. Edward niet. Ik heb altijd al gedacht dat hij een Onverschrokkene was die gewoon in de verkeerde factie geboren was, want hij heeft echt de bouw van iemand uit Onverschrokkenheid. Ik slaak een gilletje als mijn voeten wegglijden en snel zoek ik weer grip. Mijn armen verzuren omdat ik mijn gewicht daarmee vasthoud.

'Heb je hulp nodig?' vraagt een meisje. Ik kijk op, omdat ik niet zeker weet of ze het wel tegen mij heeft. Als ik zie dat ze het wel tegen mij heeft, knik ik. Dan helpt ze me op de kant naast het spoor en ik kijk haar dankbaar aan. 'Dankjewel,' zeg ik. Ze glimlacht naar me. 'Graag gedaan. Ik ben net zelf ook geholpen.'

Ik hijg van de inspanning en probeer op adem te komen. 'Ik heet Rose. En jij?' vraagt het meisje. 'Abby,' stel ik mezelf voor, nog steeds een beetje buiten adem. Aan haar zwart-witte kleding kan ik zien dat Rose uit Oprechtheid komt. Rose knikt en glimlacht dan. 'Daar komt 'ie!' hoor ik iemand roepen. Iedereen die voor mij staat begint te rennen en snel ren ik met ze mee. Ik schrik als ik ingehaald word door een trein.

Iedereen voor mij springt de trein in. Met grote ogen kijk ik naar de trein die me steeds verder inhaalt. Ik moet ook springen. Maar kan ik dat wel? Ja, het zal moeten. Ik moet springen. Ik haal diep adem en werp mezelf naar binnen. Dan klamp ik me vast aan een stuk metaal dat vastzit aan de trein en trek ik mezelf naar binnen. Veel tijd om op adem te komen heb ik niet, want Rose springt na mij en grijpt zich ook vast aan het metalen stuk.

'Heb je hulp nodig?' vraag ik grijnzend. Zonder op antwoord te wachten pak ik haar vast en trek ik haar naar binnen. 'Dankjewel,' zegt ze. Ik glimlach. 'Graag gedaan.' Buiten hoor ik geschreeuw en het klinkt net alsof iemand naar beneden valt. Ik hoop dat het niet zo is. Rose en ik gaan tegen de muur aanzitten en hijgen om op adem te komen.

'Waarom ben jij weggegaan uit Eruditie?' vraagt ze dan. 'Of heb je liever niet dat ik dat vraag?' Ik haal mijn schouders op. 'Ik voelde me gewoon niet thuis daar. Elke dag stilzitten en boeken lezen.. niks voor mij. Ik heb liever wat actie.' Rose grijnst. 'Dat heb ik nou ook. Ik ben het zat om maar altijd eerlijk te zijn. Ik heb liever ook wat actie.' Ik heb het idee dat we elkaar goed begrijpen.

'We moeten springen!' hoor ik iemand roepen. Springen? Alweer? Ik kijk naar buiten en zie dat we een dak naderen. Moeten we dáár op gaan springen?! Mijn hart staat even stil en begint daarna drie keer zo hard te bonzen. Ik kijk met grote ogen toe hoe de anderen de trein uitspringen. Rose en ik gaan haastig staan. 'Succes,' zegt ze tegen me. 'Jij ook,' zeg ik dan.

We nemen een aanloop en springen. Heel, héél even, vlieg ik door de lucht. Dan kom ik op het dak terecht en rol ik op de grond door de snelheid. Volgens mij heb ik mijn knieën geschaafd. Snel kom ik overeind en klop ik mijn kleren af. Rose doet hetzelfde. Dan beginnen we plotseling te lachen. Hoe angstaanjagend dit ook allemaal is, het voelt zo verschrikkelijk fijn om het te doen. Ik heb elke dag uitgekeken naar het springen in en uit een trein en nu heb ik het gewoon zelf gedaan!

We verzamelen ons bij de anderen. Als ik achter me kijk, zie ik iemand over het dak heen hangen en huilen. Het meisje roept een naam. Heeft diegene het niet gehaald? 'Welkom bij Onverschrokkenheid!' hoor ik een jongen van rond de achttien roepen. 'Mijn naam is Eric en ik ben één van de leiders van Onverschrokkenheid. Jullie zullen van het dak af moeten springen om jullie inwijding te beginnen.'

Mijn maag krimp samen. We moeten van het dak afspringen?!

Divergent: Becoming DauntlessWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu