Le Duet

8 0 0
                                    


Aandachtig bekeek ik het schilderij, genaamd Le Duet. Zo had het met mij ook kunnen zijn, dacht ik bij mezelf.

Zodra ik aan hem dacht liep er al een traan over mijn wang. Mijn schuld. Het was míjn schuld.

Snel veegde ik de traan weg. Het gelukkige stel op het schilderij keek me dan niet rechtstreeks aan, het waren hun gezichten die de verheerlijkte en vreugdevolle emotie lieten zien. En dat raakte me.

'Hanna?' Mijn zusje riep me, haar stem ver weg en vaag, maar ik kon mijn blik niet losrukken van het schilderij. Het had me vastgegrepen en liet niet meer los, terwijl de ene na de andere herinnering voorbij flitste.

'Ja?' mompelde ik maar afwezig. De echo van mijn stem weerklonk droog in mijn oren.

Mensen liepen de hal uit, iedereen leek om me heen te verdwijnen en het schilderij slokte me meer en meer op. Mijn blik werd leeg en dof. Mijn ogen werden steeds roder. Ze vulden zich met tranen die langs mijn wallen naar beneden gleden en zo een spoor achterlieten die net zo vaag was als de weg naar de vergetelheid. Die net zo pijnlijk, net zo zwaar waren als de littekens in mijn ziel.

Littekens. Die had ik gemaakt toen ik hem verraadde. Er viel niet aan te ontkomen. Ík had ze gemaakt, maar kon ze niet meer helen.

Het viel niet te ontkennen dat ik hem had verraden, hem had voorgelogen. Alles wat hij zei was waar. Alles wat hij wíst was waar. Mijn uiteindelijke doel was voltooid, maar de prijs die ik daarvoor had betaald...

Ik had spijt en sloot me af. Maar hoe verder ik me van hem afsloot, hoe dieper het schuldgevoel zakte. En nogsteeds kon ik niets terugdraaien. Het verleden lag achter me, maar ik nam het nog steeds mee als mijn eigen kruis.

Een warme gloed, een enkele aanraking op mijn rug haalde me uit het schilderij, uit mijn verre gedachten. Het bracht me terug naar het hier en nu. Ik was neergezakt op de grond en huilde. Armen sloegen zich om me heen en mijn hoofd werd tegen een schouder aangelegt. Ik was het niet waard. Ik mocht niet getroost worden...

En toch liet ik het gebeuren. Alwéér.

Langzaam wiegde we samen heen en weer. De onbekende persoon en ik.

'Het spijt me zo. Alles liep uit de hand, ik wou het niet. Ik wil terug naar in tijd, naar hoe het was,' jammerde ik. Met elke traan die op de grond viel, rolden er meer over mijn wangen. Snikkend aanvaarde ik de armen en stelde mezelf open voor de vreemde.

'Het is je vergeven, Hanna.' Zijn adem kriebelde vertrouwt in mijn nek en zijn zoete stem weerkaatste zacht tegen de muren. Het geluid vulde mijn oren zoals muziek zou doen. Het raakte me recht in mijn hart.

Ik keek op. Vergiffenis was niet het juiste woord. Hij mocht me niet vergeven. Ik was het niet waard. Het mocht niet. Nooit.

'D-dante..,' stamelde ik.

We keken elkaar zwijgend aan, een traag begrip van tijd, tot hij de stilte doorbrak.

'Het is je vergeven. En ik hoop dat jij het mij ook kan vergeven.' Ik wist dat het niet waar kon zijn, ik hallucineerde. Het mocht niet. Het kón niet...

Maar de tijd gaf me hoop. Hoop dat het echt was. Dat ik niet droomde. Zijn ogen doorboorde de mijne. Zijn mooie, donkere ogen. Er viel een traan van zijn wang op mijn neus. We wisselde een blik en voor even leek alles op zijn plek te vallen. Heel even leken we net het schilderij. Twee beste vrienden. Le Duet.

You've reached the end of published parts.

⏰ Last updated: Mar 20, 2018 ⏰

Add this story to your Library to get notified about new parts!

I write better than I talkWhere stories live. Discover now