De draak in ons midden

Hoofdstuk 23

De weken erna heeft Riacella het erg druk. In de ochtenden lost ze problemen op voor haar onderdanen, in de middagen is ze de boomdraken aan het trainen en heeft ze haar zwaardlessen en in de avonden leest ze boekrollen over tactieken en geografie. Wanneer ze vooruitgang maakt in haar lessen zwaardvechten duelleert ze ook met haar wachters. Vooral de Vuurbloedclan wachters blijken waardige tegenstanders. Riacella is nog steeds langzamer dan de wachters, maar ze weet ze wel steeds vaker te verslaan. Elke avond gaat ze slapen met pijnlijke spieren. En dan begint de volgende dag het zelfde liedje weer. Tijd om te jagen heeft ze niet. Ze is daarom ook maar al te blij als ze weer eens mag vliegen tijdens een duel voor het oefenen van scenario's. 5 weken na haar eerste les zwaardvechten verbaast hij Riacella dan ook door te zeggen 'Ik kan u niks meer leren. Het enige wat u nu nog moet leren is zien tegen wie u vecht en de aanval daarop aanpassen. Als u dat kunt bent u net zo goed in vechten als ik.'

Omdat ze die middag vrij heeft neemt Cerciel haar mee naar een van de jachtgronden. Riacella weet een paar herten te doden. Op de terugweg worden ze aangevallen. Een van Riacella' s wachters komt om het leven, en de boomdraak raakt gewond aan de vleugel en staart. Cerciel heeft een grote snee over haar snuit lopen en een snee op haar vleugel, maar weigert alle aanboden voor hulp. Riacella draagt de wachter naar Drakenhoorn terug. Ze laat de boomdraak achter bij een van de verplegers. Dan roept ze meteen een vergadering. Rendal en Berden zijn de eerste die aankomen. Ze worden gevolgd door Rellerciel. Cerciel is de op een laatste die binnen komt. Haar vleugel is gehecht, maar aan haar snuit is niks gedaan. Kahless word natuurlijk door Cerciel meegenomen. Heriel neemt deel aan de vergadering via kristallen. Hij is met een deel van de Zielclan en een paar draken van Vuurbloedclan en Goudbloedclan een aanval aan het plegen op buitenposten van de Zilverbloedclan. Sequoia komt als laatste de grot binnen zetten. Op Riacella' s verzoek heeft ze Stormvrucht meegenomen. Stormvrucht heeft een aantal perkamentrollen, een fles inkt en een grote veer mee. Riacella start de vergadering zodra Sequoia ligt. 'Bedankt dat jullie zo snel konden komen. Iedereen die hier op de normale manier de vergadering bijwoont heeft waarschijnlijk gemerkt dat van mijn normale wachters twee draken missen. De vertegenwoordigers van de Zielclan en de Boombloedclan.'

Rellerciel is meteen op haar hoede. 'Wat is er gebeurt, majesteit? Bent u in gevaar?'

Rellerciel' s klauw gaat richting haar zwaard. Riacella maant haar tot rust. 'Alles is in orde. Tenminste, alles is nu in orde. Terwijl Cerciel en ik aan het jagen waren eerder vandaag, werden we aangevallen door een groep draken. De draken droegen niet het teken van de Zilverbloedclan, maar van een andere clan. Stormvrucht, mag ik een perkamentrol en de veer even?'

Stormvrucht ontstopt de fles met inkt en doet de veer erin. Dan geeft ze de spullen aan Riacella. Het is de eerste keer dat ze met een veer schrijft. Met wat moeite tekent ze het teken dat een van de draken droeg op het papier. Als ze klaar is draait ze het om. Stormvrucht verzamelt meteen de rest van de spullen en wil weg lopen. 'Stormvrucht, blijf alsjeblieft. Ik denk dat je deze vergadering wel bij wilt benen.'

Cerciel kijkt naar het teken en vertelt dat ze het nooit eerder heeft gezien. Heriel en Rendal zeggen hetzelfde. Berden bekijkt het teken beter en zegt dat hij het herkent. 'Dit is het teken van de Relbloedclan. Het is het teken van de clan die naar uw bloed snakt. De oorlog is nu op gang gekomen. Dit betekent dat we binnenkort plundertroepen kunnen verwachten.'

'Bedankt, Berden. Rellerciel, zijn onze troepen klaar om te vechten?'

'Een deel van de Zielclan en Boombloedclan is nog niet helemaal klaar met trainen. Voor de rest zijn we klaar voor de strijd.'

'Heriel, zijn de buitenposten al verwoest?'

'Het zal nog even duren, maar de meeste posten zijn al tot de grond toe afgebrand.'

'Berden, is onze voorraad harnassen en wapens groot genoeg?'

'De wapens zijn klaar. De harnassen zijn lastiger gebleken. De voorraad zal nog een week minimaal duren. Ook die composietbogen die u heeft ontworpen kosten langer dan verwacht om te maken.'

'Rendal, heb je al informatie van je spionnen?'

'Tot nu toe houdt de Vaalbloedclan zich buiten onze schermutselingen. Hoogbloedclan is erg onrustig sinds Sequoia haar steun heeft verklaard.' Hij pakt een papiertje erbij. 'Oh, ja. Relbloed heeft hun steun aan Hoogbloedclan toegekend. Niet erg verrassend. Voor de rest heb ik twee generaals opgeleid. Zoals u heeft verzocht heb ik een generaal uit de Boombloedclan gehaald en een uit mijn eigen clan. We zullen op schema klaar zijn.'

'koningin Sequoia, hoe staat het met jouw taken?'

'De helers staan klaar voor de gewonden. We hebben een gebrek aan magiegebruikers en hebben dus vooral helers die goed zijn met helende planten en pasta's. De vaten mede zijn ondertussen al klaar. Ik hoop maar dat we ze ook kunnen gebruiken.'

'Cerciel, is wat wij hebben besproken in orde?'

'Mijn kant van de organisatie is in orde.'

'Ik heb mijn besluit genomen. Rellerciel, verzamel de soldaten. Rendal, verdeel de troepen samen met Rellerciel onder de generaals. Heriel, jij bent gepromoveerd tot generaal. Wanneer je klaar bent met de buitenposten kom je niet terug naar Drakenhoorn, maar kom je met je bataljons naar de slangenkop. De rest van jullie: maak je klaar om Drakenhoorn te verlaten. We gaan aanvallen. Rendal, ik wil zo spoedig mogelijk van je horen waar de kampen zijn van de Zilverbloedclan, Hoogbloedclan en Relbloedclan. Rellerciel, zorg ervoor dat de Zielclan vertegenwoordiger wordt vervangen, en de dode draak op een waardige manier wordt begraven. Ook wil ik een tijdelijke vervanger voor de Boombloedclan vertegenwoordiger. Voer nu jullie taken uit.'

De vergadering ontbind op haar teken. Heriel' s projectie verdwijnt en het kristal spat uit elkaar. De clanleiders vertrekken een voor een uit de grot.

Een paar uur na de vergadering staat Riacella voor het leger. Alle draken in de Drakenhoorn en de omgeving zijn aangekomen op het veld waar Riacella nu staat. Riacella heeft plek genomen op een rots in het midden. Ze heeft haar harnas aan en haar zwaard in schede op haar rug gebonden. Links van haar op een lagere plek op de rots liggen Rellerciel en Cerciel. Aan de rechterkant liggen de andere clanleiders. De twee generaals staan voor hun delen van het leger. De harnassen van de generaals zijn ook versierd, maar niet zo mooi als die van Riacella. De draken zijn stil. Als Riacella zo voor de menigte staat word ze nerveus. Ze is nooit goed geweest in het spreken voor grote groepen. 'Goedemiddag allemaal. Bedankt dat jullie zijn gekomen. Veel van jullie hebben in de afgelopen maanden harder gewerkt dan jullie ooit in de rest van jullie levens hebben gewerkt. Dit heeft het mogelijk gemaakt voor ons om klaar te zijn voor de aanval. Als ik zo voor jullie sta, zie ik geharde soldaten. Maar ik zie niet alleen soldaten. Ik zie draken die geloven waar ze voor vechten. De draken die ik tot nu toe heb gedood hadden dit niet. Dit geeft ons een voordeel. Als je gelooft waar je voor vecht dan vecht je met overtuiging. En dan win je ook. Voor mij zijn jullie niet alleen onderdanen, maar ook broers en zussen. Vaders en moeders. Jullie vechten niet alleen voor de vrijheid, maar ook voor je families. En dat maakt het een eer voor mij om voor jullie te vechten. Mocht ik sterven in de komende gevechten, dan zal ik sterven in vrede, wetende dat ik stierf voor geweldige draken zoals jullie. Bedankt hiervoor. Deze oorlog heeft al lang geduurd, en het zal niet in een dag beëindigd worden. Maar als het aan mij ligt zal het niet veel langer duren. Laten wij een einde brengen aan dit bloedvergieten! Laat onze vijanden vallen onder onze zwaarden en speren! En laat het rijk voor eens en altijd tot vrede komen!'

'Heil koningin Riacella!'

Tijdens de toespraak trok Riacella haar zwaard. Ze eindigt haar toespraak met haar zwaard boven haar kop geheven, het goud schitterend in het zonlicht. De generaals geven de bataljons orders het moment dat haar toespraak afgelopen is. Na de toespraak komt Rellerciel naar Riacella toe. 'Goed gesproken. Meende u het echt allemaal?'

'Heb ik ooit gelogen?'

'Niet dat ik weet. Maar ik weet niet erg veel over uw geschiedenis. Heeft u ooit gelogen?'

'Ik denk niet dat ik ooit heb gelogen. Iets wat meerdraken hebben geleerd als ik het goed begrepen heb.'