Hoofdstuk 3

41 3 4
                                    

Ze had ontbeten met een homp hard, oudbakken brood, een stuk kaas en water dat ze uit de put had moeten halen. Drizella had het vuur niet aangekregen, de kippen hadden gemeen naar haar vingers gepikt toen ze eieren wilde rapen en de koe keek haar zo nors aan toen ze met een emmer in de buurt kwam, dat ze het niet eens had gedurfd om dichterbij te komen. Ze wist heel zeker dat de dieren voor Assepoester aardiger waren geweest. Die praatte zelfs met ze, alsof ze elkaar echt konden verstaan.
Na het karige ontbijt en een slapeloze nacht verlangde Drizella het liefst naar een warm bad, maar bedacht zich toen dat ze het water niet kon verwarmen. Bovendien zou ze zelf het water uit de put moet halen en haar armen hadden na een halve emmer al zeer gedaan. Heel even voelde ze weer de behoefte om in tranen uit te barsten, maar ze slikte de brok in haar keel weg. Dit was nu haar leven, al leek het een nare droom. Misschien zou ze straks wel wakker worden en zou gisteren nooit gebeurd zijn.
Drizella veegde de kruimels van de keukentafel op de grond, realiseerde zich niet dat ze die zelf ook weer zou moeten opvegen, en stond op om naar haar slaapkamer te gaan. Ze zou zich wassen, met koud water als het moest, haar mooiste jurk aantrekken en de hele dag voor de spiegel doorbrengen. Met een beetje make-up en haar haren gekruld, zou ze zich vast veel beter voelen.
Toen ze de keukendeur door wilde, botste ze keihard tegen haar zus op.
'Au!' gilde ze. 'Kijk uit, stomme gans!'
'Kijk zelf uit!' Anastasia wreef over haar voorhoofd. Als Drizella's hoofd zelf niet zo'n pijn had gedaan, had ze misschien medelijden gehad met haar zus. Moeder had gelijk: huilen maakte je ogen rood en je gezicht pafferig. Anastasia zag er niet uit.
'Waar is het ontbijt?' vroeg ze op hoge toon. Drizella wurmde zich langs haar heen.
'Maak het zelf maar. Ik heb het mijne al op.'
Het was heel even stil, toen begon Anastasia te schreeuwen. 'Vuil kreng! En ik dan?'
Drizella haalde haar schouders op. 'Ik ben de dienstmeid niet,' snauwde ze, Anastasia haar rug toekerend. Achter haar begon haar zus haar uit te maken voor van alles en nog wat, maar Drizella besteedde er geen aandacht aan. Soms konden ze het samen heel goed vinden, maar vaak niet. Ze vermoedde dat het de komende tijd meer gekibbel zou zijn dan anders en dat kon haar niet veel schelen. Ze had voorlopig meer dan genoeg aan haar eigen problemen.

Drizella kreeg gelijk: hun moeder negeerde hen. Dat bleek toen die pas laat in de middag naar beneden kwam en Anastasia haar vroeg hoe het nu verder moest, zonder Assepoester. Zou er een nieuwe dienstmeid in huis komen? Er kwam geen antwoord. Moeder keek haar niet eens aan en gaf geen enkel teken dat ze haar zelfs maar gehoord had, hoewel Anastasia's stem zo schel was als een meeuw. Anastasia gaf het echter niet op.
'Moeder? Het is niet onze schuld dat we dat stomme muiltje niet aan onze voet kregen! Dit is belachelijk! We hebben een nieuwe meid nodig.'
Geen antwoord. Moeder liep regelrecht de keuken in.
Haar zus begon rood aan te lopen van woede, een trekje dat Drizella zelf ook had en dat ze verschrikkelijk vond.
'Prima,' snoof Anastasia. 'Weet u, ik had ook wel met de prins willen trouwen en op het paleis willen wonen. Ik heb echt mijn best gedaan. Maar dit is zo... zo... gemeen!' Ze begon weer te huilen. Daar moest ze echt mee ophouden, dacht Drizella, als ze tenminste wil dat haar ogen ooit weer normaal worden.
Maar Anastasia hield niet op en vluchtte naar boven, terug naar haar slaapkamer, waar ze ongetwijfeld de rest van de dag niet meer uit zou komen. Drizella bleef ongemakkelijk op de sofa zitten, niet wetend wat ze moest doen. In de keuken hoorde ze moeder rommelen met potten en pannen, maar ze wilde niet gaan kijken. Ze zou toch alleen maar genegeerd worden.
Lucifer sprong op haar schoot, klagelijk mauwend. Ze herinnerde zich dat ze vanmorgen zo onaardig had gedaan en kriebelde de kat even achter zijn oren.
'Geen muizen gevonden?' fluisterde ze. 'Sorry. Die zijn vast allemaal naar het paleis.' Lucifer keek haar even met samen geknepen ogen aan, alsof hij begreep wat ze zei, en sprong toen met een soepele boog weer op de grond. Ze zag hem met opgeheven staart naar het open raam klimmen en even later was hij verdwenen. Stomverbaasd, en ook een beetje gekwetst, staarde Drizella hem na. Opeens wist ze zeker dat ze hem nooit meer zou zien. Dat ook hij hen verlaten had om een beter bestaan op te bouwen.
Erger kon het niet worden.

Je hebt het einde van de gepubliceerde delen bereikt.

⏰ Laatst bijgewerkt: Jan 23, 2020 ⏰

Voeg dit verhaal toe aan je bibliotheek om op de hoogte gebracht te worden van nieuwe delen!

DrizellaWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu