Doomsday

229 3 0
                                    

Enige gelijkenis met bestaande personen is puur toevallig.

Dit is dus een verhaal geschreven door mij en m'n vriend RudolfTheRendeer een aanvulling op het verhaal van AngeloTheTurkey...

[FourEyes P.O.V.]
4 jaar geleden...

Rudolf en ik zaten rustig een potje Carl (A/N niet verkeerd gespelt het is een woordspeling) of Duty Advanced Warfare III te spelen bij mij thuis(we zijn 21) toen ik opeens gebeld werd door onze vriend Michiel, die zich de laatste jaren had beziggehouden met het verzamelen van wapens. "Hallo,Michiel? Wat is er?"vroeg ik aan Michiel. "De doden zijn weer opgestaan neem alle wapens die je hebt mee en kom naar mijn huis. Oh, ja en neem ook voedsel mee, nougat als je dat nog hebt!."Riep hij, waarna er opeens een luid gekraak weerklonk en ik Michiel niet meer kon horen. Ik verwittigde Rudolf en ging naar mijn kamer om mijn katana te halen. Toen ik terug beneden kwam had Rudolf al wat eten verzameld uit de kast en had de motor van zijn zwarte Smart auto al gestart. Op zijn schoot had hij zijn M-4 assault rifle, die hij om een of andere reden onder de achterbank verstopte. Ik dacht eraan om mijn Harley Davidson uit de garage te halen maar dat zou te lang duren dus stapte ik maar in. Eenmaal bij Michiels huis zagen we dat de ruiten gebarricadeerd waren en dat er bloedspatten zaten op de voordeur. Uit de tuin zagen we grote wolken zwarte rook komen,die erop duidde dat er iets verbrand werd. We klopten drie keer op de deur en Michiel kwam naar buiten, in zijn handen had hij een handgeweer vast en zijn broek zat onder de bloedvlekken. Zijn ogen flitsten achter zijn bril heen en weer tussen Rudolf en mij alsof hij iets zocht."Zijn jullie onderweg aangevallen?" vroeg hij aan ons. "Door wat? Toch geen zombie zeker? Dat was niet grappig trouwens ik dacht even dat je serieus was." zei ik al lachend. Die lach vervaagde snel toen ik zijn blik zag. Het zoekende iets in zijn ogen had plaats gemaakt voor ongeloof. Alsof hij iets wist wat wij niet wisten en niets kon geloven dat we het niet wisten."Ho eens effe"zei Rudolf, hij had duidelijk ook Michiels blik zien veranderen"Je wilt ons nu toch niet wijsmaken dat de doden echt weer zijn opgestaan uit hun graf?" Ik begon zelf ook te twijfelen, de bloedvlekken op de deur maakten me opeens misselijk. "Michiel, als er echt zombies zijn moet ik het nu weten!"schreeuwde ik door de stress. Ik voelde me niet meer zo veilig, het was alsof ik net een marathon had gelopen, zo snel ging mijn hart nu te keer. "Ssst, niet zo luid ze komen op het geluid af. Jullie hebben geluk dat jullie de laatste tijd niet veel buiten zijn geweest. Het is niet echt veilig meer op straat." Hij gebaarde dat we binnen moesten komen en dat aanbod sloeg ik niet af. Hij bracht ons naar de kamer waar hij zijn wapens hield. Onderweg kon ik naar buiten kijken door het raam en zag ik een grote hoop op elkaar gestapelde lijken die in brand stonden. Toen we in de kamer aankwamen zag ik veel geweren en pistolen, de meeste waren oude handgeweren maar er zaten ook nog een paar nieuwere modellen tussen. Onder in de kast waar hij ze hield lagen er allerlei dozen met verschillende kogels in. "Hier" zei hij terwijl hij een doos met munitie naar elk van ons wierp"Die zullen jullie nodig hebben als jullie willen overleven. Jullie mogen ook elk een geweer kiezen." Rudolf en ik zagen allebei de Smith and Wesson n°29,44 Magnum staan en keken elkaar even aan. We wisten beiden hoe dit ging aflopen. Ik balde mijn vuist en zag Rudolf het zelfde doen. In mijn hoofd telde ik af."Blad, steen, schaar" riepen we tegelijkertijd uit. Ik vormde mijn vuist om tot een schaar en Rudolf tot een steen. Hij grijnsde naar me,wetend dat hij deze ronde gewonnen had."Beste twee van de drie?" suggereerde ik. Maar Rudolf had zijn prijs al opgeïst. Ik keek wat rond en zag in het hoekje van de kast een Smith and Wesson, .45 Governor liggen. Ik nam hem vast en keek Michiel vragend aan, hij knikte.

Hij nodigde ons uit om te zitten en vertelde ons wat er aan de hand was. Je gelooft het vast niet maar op het eerste moment moest ik lachen. Ik vond het moeilijk om te geloven, maar na een tijdje drong de harde waarheid tot me door. Rutger zag er uit alsof hij elk moment kon overgeven en ikzelf had dat net gedaan. Het werd me allemaal wat te veel. Ik vroeg Michiel wat hij wou doen."We overleven." was zijn antwoord. We mochten in zijn logeerkamers overnachten die avond. We bedankten hem en gingen onze spullen wegzetten. Toen we terug beneden kwamen was Michiel met een ernstig gezicht aan het bellen met een of andere man. Of vrouw, weet ik veel ik heb geen supersonisch gehoor ofzo. Hoe dan ook toen hij klaar was met bellen vertelde hij ons dat hij snel ergens heen moest, het station van Brugge ofzo (ja we bevinden ons momenteel in Brugge). Hij vertrok en we bleven met z'n tweeën achter. We wachtte een kwartier, een halfuur, drie kwartier. Geen van ons beide had er nood aan om iets te zeggen. Maar ik begon nu toch wat ongerust te worden. Hij had gezegd dat het niet lang ging duren en toch... Ik begon wat te zweten, mijn bril gleed van mijn neus (heel erg irritant) en viel bijna op de grond. Ik keek op mijn horloge hij zat nu al een uur weg. "Misschien moeten we hem gaan zoeken?" stelde ik voor aan Rudolf. "Laten we nog even wachten, als hij over een kwartier nog niet terug is rijden we naar jouw huis om wat meer rantsoenen, misschien je Harley en gaan dan naar het station." zei hij."Oke dan, ik ga even naar het toilet." zei ik. Ik stond recht, maar in plaats van naar het toilet te gaan ging ik naar de kast waar hij zijn geweren hield. Ik probeerde hem te openen maar er zat een code op het slot."Fuck!" dacht ik bij mezelf wat zou zijn code zijn. Ik moest denken aan de tijd op de middelbare school.Wat was het ook al weer? Welke code gebruikte hij altijd?1111?Nee.2222?Nee.1234? Duh, natuurlijk. Ik voerde de code in en de kast ging open. Ik nam een paar dozen met munitie in en stopte ze in een rugzak die ik daarnet gevonden had. Ik zette de rugzak in mijn kamer naast mijn spullen en ging terug naar Rudolf. "Het is tijd." zei hij. Ik keek op mijn horloge: 15u45. Ik ga naar boven om de spullen en volg Rudolf dan naar zijn Smart ik overhandig hem zijn zak en we vertrekken richting mijn huis.

Eenmaal terug bij mijn huis zie ik een klein groepje mensen staan. Als we dichterbij komen herken ik mijn buurman, alleen zijn zijn ogen helemaal wit en zijn huid zo grijs als stof. De groep mensen horen de motor van Rudolfs Smart en keren zich naar ons om. Ze hebben allemaal dezelfde kenmerken: sneeuwwitte ogen, een grijze huid en bij sommigen zelfs missende ledematen en grote wonden in hun nek of armen. Hun gegrom bevestigd mijn vermoeden. Dit zijn zombies. Ik stap uit en trek mijn katana uit zijn schede, nu moet je iets weten deze katana is 95cm lang, bestaat uit vlekkenloos staal en is scherp genoeg om in één houw een hoofd of ledemaat af te hakken. Dat is dan ook wat ik deed. Rudolf stapte ook uit en nam zijn geïmproviseerde baseball bat met een hoop prikkeldraad rond gesponnen. Perfect om hoofden mee in te slaan en diepe snijwonden te veroorzaken. Het aantal van de zombies daalde snel. Niet dat het er veel waren, een dozijn of zo. In het begin ging het wat moeilijk maar uiteindelijk waren ze allemaal dood, alweer. Ik nam snel de sleutels van de garage en opende hem. Binnen zag ik mijn Harley Davidson staan. Ik sprong erop en reed ermee achter Rudolf en z'n Smart richting station.

Nou wil je vast horen dat we Michiel hebben teruggevonden. Wel, dat was de laatste keer dat we hem gezien hebben. Het enige wat we van hem teruggevonden hebben was een stukje van zijn shirt, helemaal rood van het zombie bloed. Daarna besloten we om naar Oostkamp te gaan om te kijken of er nog overlevenden waren. Om ze eventueel te helpen, of misschien zouden zij ons helpen. Wel dat was naïef van me; maar ik had toen nog geen idee hoeveel de wereld eigenlijk veranderd was.

Het volgende hoofdstuk wordt geschreven door RudolfTheRendeer en zal ook op mijn account verschijnen. See ya :p

The Apocalyps: A Story Of Two LunaticsWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu