HOOFDSTUK ~ 14

171 4 1
                                    

Het is inmiddels avond geworden en ik loop naar de badkamer om mijn tanden te gaan poetsen. Na ongeveer drie minuten loop ik de badkamer weer uit en stap mijn slaapkamer binnen.

Echt raar eigenlijk, hoe veel ik de afgelopen dagen thuis ben geweest. Normaal was ik vaak bij Matthijs of hij bij ons. Meestal bleven we dan ook slapen want ja, we moesten de volgende ochtend toch samen trainen.

En ja hoor, daar zijn de tranen weer. Iedere keer als ik aan ons samen denk lopen ze over mijn wangen.

Ik voel de leegte om me heen in bed en op die momenten is het besef soms hard. Geen Matthijs die zijn arm om me heen slaat of waartegen ik kan liggen.

Wat was er gebeurt als ik niet boos terug was geworden op hem? Was alles dan nog 'normaal' of was hij dan misschien nog steeds boos geweest over het feit dat ik hem iets niet meteen heb verteld.

Want dat is het eigenlijk, iets niet meteen vertellen. Ik zou het nooit geheim gehouden hebben voor hem want ja, hij heeft ook al het recht om het te weten maar mijn ouders meer. Ik wilde het gewoon eerst met mijn ouders bespreken, het was hun zoon.

Is het eindelijk wel terecht dat Matthijs zo boos op mij is geworden? Ik vind van niet maar waarom doet het hem zo veel? Iedere dag weer probeer ik nu normaal te doen maar als hij niks terug doet, wil ik dan nog wel samen verder?

Misschien blijft hij wel in Amsterdam, de vorige keer twijfelde hij ook. Hij wilde niet alleen naar een ander land, zou hij dan nu ook niet gaan? Misschien maakt het hem niks meer uit en vertrekt hij alsnog.

XXX

Ik lig op mijn zij en mijn kussensloop is aardig doorweekt. Ik zie mijn telefoon die op het nachtkastje ligt oplichten. Ik kijk en zie een mail van Edwin en Erik voorbij komen.

Ik ga rechtop zitten en open de mail. Mijn ogen openen zich steeds verder, hoe verder ik de mail lees. Ik kan hier nu wel de hele mail gaan beschrijven maar dat heeft denk ik geen zin.

Het komt neer op dat de media steeds nieuwsgieriger word naar de verongelukte jongen, van eind vorig jaar. Ajax krijgt steeds meer vragen over de jongen, mijn broer.

Ze zijn bang dat er een verband gaat komen met mij en Carel, en dat straks de media het eerder weet dan mijn eigen teamgenoten.

"Daarom hebben we jullie, Carel en Lauren, morgen graag even op gesprek voor overleg", eindigen ze de mail naar Carel en mij.

Ik klik mij telefoon uit en leg hem terug op het nachtkastje. Ik draai me om, zodat ik op een droog stukje stof lig en niet in de nattigheid van mijn tranen.

Helaas blijft dit stukje maar even droog. Gelukkig val ik wel al snel in slaap, ik zal het nodig hebben. Niet alleen voor nu, maar ook voor alles wat nog gaat komen.

XXX

De volgende ochtend staat Carel om iets voor acht uur al voor de deur. Ik stap naast hem in in de auto waarna hij wegrijdt. 'Goedemorgen Lauren ', zegt hij vrolijk. 'Goedemorgen', zeg ik vrolijk terug.

In één belangrijk ding lijken Carel en ik wel veel op elkaar. Iedereen herkent ons eraan en als ze dat niet doen maken ze zich zorgen om ons, de vrolijkheid en de lach op ons gezicht.

Ook deze ochtend zijn we weer vrolijk ondanks dat we beide weten dat ons een niet zo leuk gesprek te wachten staat. Beide proberen we het onderwerp te vermeiden en het gewoon voor nu nog even te negeren.

XXX

'Jackie!', roep ik als ik haar een paar meter verderop uit haar auto zie stappen. 'Lauren!', zegt ze vrolijk terug. Samen lopen we richting de kleedkamer waarna we naar het veld lopen.

Het is een niet zo hele zware training en we zijn dus ook al snel klaar. Soms hoop je dat de training eerder klaar is, maar dat is niet vandaag het geval. Kon het maar langer duren.

Ik kijk naar Matthijs die iets voor mij van het veld loopt. Mijn ogen volgen iedere beweging die hij maakt. Het is duidelijk te zien aan zijn bewegingen dat hij moe is.

Zou hij dan ook zo slecht slapen? Ergens verbaast het me niks, Matthijs lijkt wel zo stoer maar stiekem is hij dat niet, en zo gevoelig als wat.

Ik ga twijfelen of ik het niet moet goedmaken maar hem, maar wat heb ik misdaan? Ik heb iets hem niet meteen vertelt, omdat ik het eerst tegen mijn ouders wilde vertellen. Heb ik dan iets misdaan?

Wat als Matthijs wacht totdat ik het ga goedmaken met hem? Hij is boos geworden dus eigenlijk moet hij het goedmaken met mij.

We lopen inmiddels bijna van het veld af terwijl ik nog steeds iedere beweging van Matthijs volg. Hij kijkt ineens achterom en kijkt recht in mijn ogen. Ik had verwacht dat hij meteen zijn hoofd terug om zou draaien maar hij kijkt mij nog steeds aan.

Pas nog ongeveer 8 seconden draait hij zijn hoofd weer om. Al die tijd, die 8 seconden, heeft hij mij recht in mijn ogen aangekeken. Ergens dacht ik een vlaag van angst en spijt voorbij te zien komen, ik zal het me wel verbeeld hebben.

Ik kijk naar de vier jongens die op een rij richting de kleedkamers lopen. Het valt me op dat Matthijs een beetje afstandelijk en bangig doet richting Carel.

Het zou me niks verbazen als Carel, ondanks dat ik zei dat hij het niet moest doen, toch iets tegen Matthijs heeft gedaan. Na gister doet Matthijs zo, of sindsdien valt het mij pas op. Ik denk na over gister, toen, toen heeft Carel denk ik wat gedaan.

'Ik ben zo terug', zeg ik tegen Jackie en Jill, die naast mij liepen. Ik ren ongeveer 5 meter naar voren en grijp Frenkie bij zijn arm.

Ik trek hem weg bij de andere jongens die mij raar aan kijken, net als Frenkie trouwens. Ik ga samen met hem een meter of 10 van de ingang vandaan staan waar hij mij vragend aankijkt.

'Wat is er?', vraagt hij. 'Wat heeft Carel Matthijs aangedaan?', vraag ik en ik kijk hem smekend aan. 'Ik weet niet of ik dat kan zegg-', begint Frenkie.

'Frenk alsjeblieft!', kap ik hem af. 'Oké... Hij gaf gister toen jullie weg gingen Matthijs een hele dodelijke blik', zegt Frenkie met een zucht. Ik schud langzaam mijn hoofd terwijl ik mijn ogen neersla.

'Ik zei nog zo dat hij niks mocht doen. Hij maakt het waarschijnlijk alleen maar erger', zeg ik geïrriteerd, ondanks dat Carel het goed bedoeld. 'Lauren hij bedoelt het goed en wil zorgen dat je niks overkomt', zegt Frenkie terwijl we samen naar binnen lopen.

Hij geeft me een knuffel waarna ik de kleedkamer in loop en me omkleed. Al snel sta ik helemaal klaar voor het gesprek in de kantine te wachten, als Carel ineens naast me staat. 'Kom je niet bij mij zitten?', vraagt hij met een pruillipje.

'Huh zat je hier al dan?', vraag ik. 'Ja daar', zegt Carel lachend terwijl hij naar een tafeltje in de hoek wijst.

Ik staar Carel ik zijn ogen aan en beide zuchten we. 'Zullen we dan maar?', vraagt hij. 'Ja', zucht ik en samen verlaten we de kantine.

Na twee keer naar links gelopen te zijn en één keer naar rechts komen we aan in een grote vergaderruimte. We zien Edwin en Erik al zitten als we de deur openen.

XXX

'We weten dat het heel zwaar en moeilijk is om over het verlies van Jasper te praten, maar we denken dat het beter is al iedereen bij Ajax er vanaf weet.

Vroeg of laat gaat de media door hebben wie het is en zullen ze ook verbanden gaan leggen tussen hem en jullie. We denken daarom dat het beter is om iedereen het eerst zelf te vertellen bij Ajax dan dat ze erachter gaan komen door het nieuws of wat dan ook.

Het liefst hebben we, maar alleen als jullie dit zelf willen, het zelf vertellen. Zou dat uitkomen op 12 oktober?', begint en eindigt Edwin zijn verhaal.

Tranen stromen over mijn wangen, 12 oktober. Ik kijk Carel aan en ook hij zal het niet lang meer droog houden, denk ik.

With(out) nummer 4 ~ Matthijs de LigtWhere stories live. Discover now