3. Sigaret

271 27 20
                                    

Als Michiel, Freddie en ik aan het einde van de show naar achteren lopen schiet zijn gezicht weer door mijn hoofd heen. Ik kan mijn gedachten niet bij hem weghalen, terwijl ik alleen zijn gezicht heb gezien. Deze hele jongen, geen idee wie hij is, waar hij vandaan komt en hoe oud hij is. Het enige dat ik weet van hem is dat hij een Freddie fan is, dat hij blond haar heeft en een paar helderblauwe ogen die puur geluk uitstralen als ze naar Freddie kijken.

'Rob!' Ik schrik op uit mijn gedachten zodra Michiel mij aanstoot. 'Jezus man, waar zit jij met je gedachten.' Hij geeft mij een zachte klap op mijn hoofd. Ik lach ongemakkelijk en schud hem uit mijn hoofd. 'Nergens,' De backstage is leeg, leger dan normaal in ieder geval, 'waar is Freddie?' Michiel lacht. 'Ja die is natuurlijk weer foto's gaan maken met de fans, dat zei hij nog maar jij was zo ver in je gedachten.'

Ik knik beduusd en loop dan verder naar de kleedkamers. Ik zou kunnen helpen met het opruimen van het podium, het apparatuur terug in de boxen doen en alles in de vrachtwagens zetten, maar als ik heel eerlijk ben vind ik dat verschrikkelijk werk. Daarnaast verwacht ik ook niet dat ik vanavond veel hulp zal kunnen bieden, niet zolang die blonde jongen door mijn hoofd blijft spoken.

Een paar minuten later sta ik achter het gebouw in de kou. Mijn hoofd weggedoken in de capuchon van mijn jas, één hand verstopt in de mouw. De andere houdt met twee vingers een sigaret vast. Ik zou stoppen, zoals al vier keer eerder, maar elke keer weer kan ik het niet weerstaan om toch even op te roken. Als ik geen pakje bij me heb, dan kan ik de verleiding altijd weerstaan. Ik durf nee te zeggen tegen mijn vrienden, als ze mij voor de zoveelste keer op een avond een sigaret aanbieden, maar als ik een pakje bij me heb, dan... dan is er negenennegentig procent kans dat ik ergens in de dag een sigaret op zal steken.

Meerdere groepjes van dames lopen langs mij richting de fietsenstalling die aan de andere kant van het gebouw zit. De meesten schenken geen aandacht aan mij, een enkeling zwaait even. Nog minder spreken mij aan. En dat vind ik oké. Op het podium vind ik aandacht geweldig, maar zodra ik naast het podium sta wil ik het liefst onherkenbaar zijn. De bekendheid doet mij niet zoveel, mij gaat het om de muziek, die ik met twee van m'n beste vrienden dagelijks mag maken.

Stiekem hoop ik dat hij hier ook langs zal lopen. Dat hij even naar mij kijkt, mij zelfs misschien wel zal aanspreken. Toch is er ook hoop dat hij niet zal langslopen, zodat ik hem kan vergeten. Dit gevoel is onbekend voor mij, ik kan niet plaatsen wat ik nou echt voel. Of het gewoon de hoop op aandacht is of dat het verliefdheid is. Verliefdheid kan niet toch? Ik ken deze jongen niet eens, laat staan dat ik meteen verliefd op hem wordt. Nog beter, ik ben in mijn leven nog maar één keer verliefd geweest op een jongen, maar uiteindelijk bleek het dat we gewoon ontzettend goede vrienden waren. Dus waarom deze jongen al sinds het begin van de avond door mijn hoofd blijft spoken is een hele goede vraag.

Met een zucht steek ik een tweede sigaret op. Ze werken verslavend, ze zijn verslavend. Ik zou zo graag willen zeggen dat ik niet verslaafd ben, maar het weerstaan van de verleiding is onmogelijk. Even sluit ik mijn ogen, terwijl ik de rook inhaleer, even wacht en dan de rook weer uitblaas.

'Robbie!' Ik open mijn ogen vlug en kijk recht in de ogen van Freddie. Hij kijkt mij boos aan en slaat dan de sigaret tussen mijn vingers vandaan op de grond, om er vervolgens met zijn voet op te gaan staan en de sigaret uit te drukken. 'Jezus man, ik dacht dat je was gestopt.' Freddie is boos, nou ja boos, ik weet niet zo goed hoe ik zijn uitdrukking moet plaatsen. Net zoals vroeger. Toen we nog samen waren en Freddie mij duizenden keren probeerde over te halen om te stoppen met roken, dan was hij ook altijd een soort van boos. 'Bemoei je er niet mee.' Ik rol met mijn ogen en wordt weer chagrijnig, ook net zoals vroeger, van zijn goede bedoelingen. We hadden elkaar nog zo erg beloofd, als we er mee stoppen dan zullen er geen eindeloze struggles meer zijn, alleen grenzeloze liefde. Liefde voor elkaar als beste vrienden, in plaats van een koppel.

'Je had het beloofd Robbie.' Nu staan er tranen in zijn ogen, een trilling in zijn stem. 'Ik weet het Freddie... ik weet het... sorry.' Ik kijk Freddie in zijn ogen aan en op dit moment mis ik de goede tijd van het samen zijn, de tijd voor alle ruzies...

De Kans // discontinuedWhere stories live. Discover now