Hoofdstuk 3

5 2 2
                                    

Terwijl ik rustig mijn brood eet kijk ik naar Anne. Toen ik haar gister van het plein haalde had ik niet verwacht dat dit de uitkomst zal zijn. Ik wist gewoon dat er iets mis was toen ze mijn telefoon niet herkende. Er waren twee scenario's in mijn hoofd wat zou kunnen verklaren waarom ze die niet herkende.

1. ze is toen ze jong was ontvoerd en van de buitenwereld afgesloten geleefd. Al zou dat niet haar kleding verklaren. Je zou verwachten dat de kleding dan nog iets moderner zou zijn.

2. Ze is een tijdreiziger uit de toekomst en daardoor een telefoon niet meer kan herkennen. Want wie zou er in de toekomst nog een telefoon gebruiken? Dan moeten ze vast met hologrammen werken.

Dat ze uit het verleden komt had ik niet helemaal verwacht, maar nu ik erover nadenk ik het niet geheel ondenkbaar. Als er tijdreizigers uit de toekomst kunnen komen, kunnen ze ook uit het verleden komen. Toch had ik voor de zekerheid nog even snel gekeken of ze echt niet ontvoert was toen ze jong was. Gelukkig kon ik daar niets over vinden.

Straks gaan we wat kleding voor haar zoeken. Aangezien ik geen idee heb hoe lang ze hier gaat blijven en ik geen kleding meer heb wat Anne gaat passen. Daarna zullen we een plan moeten opstellen of we kunnen verklaren waarom ze hier is. Aangezien ze zelf blijkbaar geen idee heeft hoe ze hier terecht in gekomen.

Zonder Anne teveel nieuwe indrukken te geven van alle elektronica, open ik internet op mijn telefoon. Misschien weet internet wel wat er gebeurt is. Conclusie voor nu dat ik te weinig informatie heb om een goed beeld te krijgen wat er precies gebeurt is. De meeste opties die ik ben tegengekomen variëren van dat ze onsterfelijk moet zijn of dat last heeft van geheugenverlies waardoor ze denkt dat het 1901 is.
Zodra ik mijn eten op heb ga ik toch nog een keer door mijn kast om te kijken of ik echt niets beters voor Anne kan vinden. De kleding die ze nu aan heeft kan ze eigenlijk niet mee over straat. Na heel wat dingen eruit te hebben getrokken vind ik een oude jurk van mij. Hij is eigenlijk net iets te klein voor, maar heb hem gelukkig nog niet weggedaan. Samen met een panty zal dit haar outfit gaan worden. Zelf wissel ik mijn pyjama om naar een spijkerbroek en een schoon shirt.
Uit de kast haal ik nog een paar schoenen hopen dat ze Anne gaan passen en loop weer richting de woonkamer. Daar zit Anne al geduldig op mij te wachten. Het lijkt of ze weer iets rustiger is geworden.

"Ik heb wat kleding gevonden wat hopelijk beter past."

"Dat is lief van je," zegt ze en ze neemt het stapeltje kleren aan.
"Ik hoop dat de schoenen je passen. Anders hebben we wel een probleempje."

Door die woorden verschijnt er een kleine glimlach op Anne haar gezicht.

"Ik had dus geen schoenen aan, goed om te weten,'' zegt ze gniffelend.

Het verbaasde me dat de jurk en de schoenen Anne paste. Samen lopen we door de straten richting de winkels. Anne vraagt constant wat alles is. Blijkbaar zijn er een hoop dingen veranderd in 100 jaar tijd. Ik ben blij dat het vandaag niet al te druk in de winkelstraat is. Zo hebben we rustig de tijd om naar alles te kijken en kan Anne al haar vragen stellen.

"Had je al een idee naar wat voor soort kleren je wilt kijken?"
"Ik heb geen idee wat er eigenlijk allemaal is. Ik zie al aan jouw kleding dat meiden die broeken dragen heel normaal is. Ik zou best wel een broek willen proberen."

"Broeken zijn echt geweldig. Je kan alles doen zonder er rekening mee te houden dat je ondergoed zichtbaar is."

"Dat kan ik wel geloven ja. Al denk ik dat het wel vreemd gaat zitten."

"Tegenwoordig heb je allerlei verschillende soorten broeken. Hele losse broeken of juist strakke broeken. Dan heb je ook nog verschillende lengtes. We vinden vast wel iets wat je lekker vind zitten."

Na vele winkels te hebben bezocht, is het ons gelukt om wat kleren voor Anne te vinden. Het was nog een hele opgave om iets te vinden dat Anne wel wilde dragen. Er was een hoop kleding wat haar totaal niet beviel. Na een paar winkels had ik door wat haar stijl was, wat winkels zoeken een stuk makkelijker maakte. Het waren vooral pastelkleuren waar ze het meest naartoe trok en geen van de kledingstukken mag te strak zitten. Het is een losse spijkerbroek waar Anne nog het meest blij mee is. Ze is echt enthousiast om die morgen aan te gaan trekken samen met een lichtblauwe trui.


Nu zitten we bij een klein tentje. Een warme chocolademelk met slagroom en een aardbeitaartje hebben we verdient.

"Hoe was het om te leven in 1901?" Mijn nieuwsgierigheid kan het toch weer niet laten.

"Voor mij was het normaal. Moest veel zorgen voor mijn broertjes en zusjes en andere huishoudelijke taken."

Een lichte pijn is achter de ogen van Anne te zien. Misschien is het nu nog te pijnlijk om dit soort dingen te vragen. Wat ook heel begrijpelijk is. Dit was geen slimme zet van mij. Snel probeer ik te denken aan een ander onderwerp.

"En wat vind je van het eten?"

De uitdrukking op Anne haar gezicht veranderd direct.

"Dit taartje is echt lekker. Zo luchtig en toch vol smaak en dan het drinken. Wauw."

"Niet bekend met chocolademelk met slagroom?"

"Is dat hoe dit hemelse drinken heet? Nog nooit gehad." Ik moet lachen om hoe Anne praat over de chocolademelk. Het idee dat ze het nog nooit heeft gehad klinkt zo bijzonder.

"Ik zal het thuis ook wel een keer voor je maken. Kan je alleen niet beloven of het dan ook lekker zal zijn, ik laat dingen nog wel eens aanbranden."

"Dat maakt mij niet uit. Als het al maar een klein beetje hierna smaakt is mijn hart al blij."

"Er zullen nog wel veel meer dingen zijn die je nog nooit hebt geproefd. Oke ik weet het goed gemaakt. Wij gaan de aankomende dagen zoveel mogelijk verschillende dingen proeven zodat jij de smaken van de wereld gaat leren."

"Dat klinkt als een goed idee, ik zou alleen geen idee hebben waar we moeten beginnen."

"Laat dat maar aan mij over. Met mijn weinige kookervaring moeten we best een eind kunnen komen en anders kunnen we altijd nog bestellen."

Ik heb nu al spijt van de opmerking. Ik kan totaal niet koken en vooral niet voor 2 personen.

Die avond besluit ik om noodles voor Anne en mij klaar te gaan maken. Het meest makkelijke wat ik nu in huis heb om te maken. Anne zit ondertussen op de bank, ze heeft mijn jurk verruild voor een joggingsbroek en een trui. Ze heeft 1 van mijn boeken uit de kast gehaald en is aandachtig het eerste hoofdstuk aan het lezen. Met twee kommen noodles kom ik de woonkamer weer binnen.

"Het eten voor vanavond, ik hoop dat je het lekker vind en anders maak ik wel wat anders voor je."

"Dankje June. Het ruikt in ieder geval al geweldig."

Ze legt het boek naast haar neer en neemt de kom van mijn handen aan. Met haar vork probeert ze één van de glibberige sliertjes te pakken wat compleet mis gaat. Ergens wil ik haar helpen door aanwijzingen te geven, maar haar zien stuntelen is veel leuker. Ik neem nog een hap van mijn noodles en zie dat ze dan ook eindelijk wat noodles op haar vork heeft. De blik in haar ogen zodra ze de hap neemt is niet te omschrijven. Het lijkt wel of ze verliefd is op het eten. Tevreden eet ik weer verder. Mijn kookkunsten hebben goed uitgepakt vandaag.

Dansen in de RegenWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu