14: Toad Brigade

10 1 0
                                    

 "Vrolijk kerstfeest, Lila."

Lila zweeft door de leegte tussen de sterrenstelsels. Ze kijkt vermoeid naar beneden, naar boven, naar links, naar rechts, maar het enige dat ze ziet zijn levenloze kometen, kale brokstukken en sterren in de verte. Nergens is een licht fel genoeg om haar weer in een mens te veranderen. 

"Als mij gisteravond verteld werd dat ik binnenkort als een spook door de kosmos zou vliegen, zou ik het niet geloofd hebben," mompelt ze in zichzelf. "En kijk nu!"

Ze probeert haar veel te lange tong in haar mond te houden, maar telkens bungelt hij toch weer langs haar scherpe tanden naar buiten. Het begint haar te irriteren.

Wat nou als ze het observatorium nooit vindt? Het universum is zo verschrikkelijk groot, en het observatorium verplaatst zich met een grote snelheid. En zij zweeft hier met haar twee kilometer per uur... Het ziet er hopeloos uit.

En wat als ze in plaats van Rosalina.. Bowser weer tegenkomt?

"Weet je, ik martel niet graag mensen. Maar ik heb er geen moeite mee jouw miezerige lichaam langzaam in stukjes te breken."

Lila slikt. Als ze Bowser tegenkomt kan ze haar leven gedag zeggen. 

Doei leven. Tot sinaasappel.

"Blijf positief!" beveelt ze zichzelf. "Het is niet hopeloos. Er is altijd iets! Ik vind.. Altijd iets."

"Een Boo!"

Lila schrikt zich kapot als ze de vreemde stem hoort. Gillend draait ze zich om.

Waarom zag ze dit kleine ruimteschip niet aankomen?!

"Een gillende Boo!" roept het kleine wezentje dat bovenop het paddestoelvormige schip staat.


Lila kijkt vol verbazing naar het wezentje. Het wezen zelf heeft een paddestoelhoofd. Sterker nog, het hoofd van het wezen heeft precies dezelfde vorm als de Mushroom die haar in een geest veranderd heeft. Hij lijkt een groot hoofddeksel te dragen met rode stippen.


Lila ziet meteen dat het ruimteschip een zwaartekrachtbron zelf is. Ze voelt de aantrekkingskracht van het schip, en op de onderkant van het schip ligt een paddestoelwezen met gele stippen te slapen. In het schip, door de raampjes, ziet Lila zo'n zelfde wezen met blauwe stippen en een bril, en een wezen met groene stippen. Ze zien er ongevaarlijk uit, schattig zelfs, en Lila kan meteen zien dat ze niets kwaads in de zin hebben.

Behalve dan misschien tegenover Boo's.

"Uh, hoi," zegt Lila langzaam. "Mijn naam is Lila en ik–"

Het wezen bovenop het paddestoelvormige ruimteschip begint op en neer te springen.

"De Boo praat!! Snel, leden van de Toad Brigade! Tijd voor actie! Optrekken, insluiten!"

..Toad Brigade?

Het schip komt dichterbij, en Lila wordt door de zwaartekracht het schip op getrokken. Ze zweeft nu recht voor de 'Toad' wie haar met een kwade blik aankijkt.

"Zo, Boo! Denk maar niet dat ik bang voor je ben! Ha!"

"Nee, wacht," probeert Lila hem uit te leggen. "Ik ben eigenlijk–"

"Pak aan!"

De Toad knipt de koplamp op zijn hoofd aan, en zodra het licht Lila raakt voelt ze zich meteen zwaarder worden. Haar tong past weer in haar mond, en ze landt met haar voeten op het schip.

"Ah, bedankt meneer Paddestoel," zegt ze opgelucht. 

Het voelt erg goed om weer een mens te zijn, en ze wil tegen de Toad vertellen wat er gebeurd is, maar als Lila de blik op zijn gezicht ziet barst ze in lachen uit.

De Toads op het schip staren haar allemaal met grote ogen aan. 

Behalve de slapende gele Toad op de onderkant van het schip.

"Oh jongens!" zegt Lila lachend. "Ik ben jullie erg dankbaar, Paddestoelmensen, en het spijt me dat ik jullie heb laten schrikken."

De Toad voor haar knippert een keer met zijn ogen en schraapt dan zijn keel. "Dat is geen probleem, madam!" zegt hij snel. "Wij zijn de Toad Brigade, je mag mij Captain Toad noemen!"

"Heh. Dit is nu al de tweede kapitein die ik vandaag tegenkom," grinnikt ze. "Alleen was die eerste iets enger dan u, meneer de kapitein twee."

Hij kijkt verbaasd. "Uh, n-noem me Captain Toad," zegt hij. "Meneer de kapitein twee klinkt.. Niet zo leuk."

"Heh, sorry Captain Toad."

De Toad schudt snel zijn hoofd. "Uh, geen probleem! Oh, zou ik u, ik bedoel, mag ik u vragen wie u bent, waar u vandaan komt en waarom u zojuist een Boo was?"

Dit wezentje is reuze schattig, denkt Lila bij zichzelf. Nog schattiger dan de Luma's. Wow.

"Mijn naam is Lila Holmes," begint ze, en ze steekt haar hand uit. Het wezentje pakt snel haar hand vast en probeert hem krachtig te schudden, wat mislukt. Lila grijnst en doet alsof het haar niet opvalt. "Ik kom van aarde en ben door een stel Luma's naar het observatorium gebracht. Helaas werd het observatorium aangevallen door een schildpad-monster genaamd Bowser, en hij nam me gevangen op zijn schip."

"Bowser?!" roepen alle Toads, behalve de slapende gele Toad, en ze beginnen te trillen. "H-heb je toevallig Prinses Peach gezien?"

"Prinses Peach?"

Lila staart Captain Toad even aan, en opeens schiet het door haar hoofd. Wat Bowser tegen haar zei.

"Mijn naam is Bowser. Ik ben het hoofd van al het 'kwaad' zoals de Prinses van het Mushroom Koninkrijk het altijd noemt."

Super Lila Galaxy!Where stories live. Discover now