Prologue

34 4 0
                                    

Het gevoel, alsof je in een kleine ruimte zit opgesloten. Je hebt net genoeg ruimte om in en uit te ademen, in totale duisternis. Misschien vraag je je af wat je hier doet en hoe je hier gekomen bent, maar blijft een antwoord uit. Tot de ruimte krimpt. De doos van meedogenloos staal zich samen trekt en er niets is dat je kan doen, behalve je eigen dood in de ogen kijken.

Hetzelfde gevoel, alsof je met een ontzagwekkende snelheid op een gebouw afrijdt, in een gevaarte dat je met geen mogelijkheid kan besturen en je wanhopig naar een niet-bestaande uitweg zoekt en eindigt bij een muur van staal. Je de pijn van de komende klap op de harde stenen al kan voelen, voordat hij daadwerkelijk komt. Alsof je uit een hovercraft wordt geduwd zonder parachute en je bent overgeleverd aan de zwaartekracht, je die naar je verdoemenis toe trekt.

Het gevoel, alsof je in een bedompte cel zit, die vol met water stroomt, snel en onophoudelijk. Je ziet het water terrein winnen en steeds hoger klimmen. Je al niet meer kan staan, het contact met de grond bent verloren omwille van de levensbepalende zuurstof. Nog even en de ruimte tussen het verstikkende water en het stoffige plafond, is er niet meer. Nog even, voordat de mogelijkheid om te kunnen ademen je permanent ontnomen wordt.

Zo voelt het, maar dan alles tegelijk. Je wil schreeuwen, huilen, wegvluchten van het vreselijke gevoel. Angst is niet langer meer een altijd aanwezige factor op de achtergrond, de zachte hartslag. Het is een donderslag die elke keer een dodelijk gif door je lichaam jaagt.

Als het begint, denk je dat je dood gaat. Als je hartslag versnelt, de wereld gaat draaien terwijl je stilstaat, denk je dat je doodgaat. Als er zwarte vlekken voor je ogen gaan dansen, je de controle over jezelf verliest, dan weet je zeker dat je doodgaat. Hoe kan het ook anders, als je lichaam door omstandigheden wordt gedwongen die het niet aankan. Alsof er van je wordt verwacht dat je met een zwaard door je rug een op hol geslagen trein moet tegenhouden.

Als je lichaam opeens vergeten lijkt te zijn hoe te ademen en je lijkt te verdrinken in de weinige beetjes lucht je je nog krijgt, ben je echter bang dat je blijft leven.

+++

Mijn naam, is Aderyn Cealie Dúfort. Over minder dan vierentwintig uur, hoop ik deel uit te maken van de negenenvijftigste Hongerspelen. En ik krijg altijd wat ik wil.

Fearful SilenceWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu