vijfentwintig

464 23 0
                                    

De Clips!! Riep de stem in mijn hoofd. Ik keek ze met grote bange ogen aan.
"Wat doen jullie hier?" ik was verbaasd toen ik mijn stem hoorde. Het klonk geiiriteerd in plaats van angstig.

"Je weet best waarom we hier zijn." zei een van de Clips. Ik slikte. Ik wist inderdaad waarom ze hier waren.
Ik keek naar Malko. Hij zat nog steeds op die Clip.
Zoey, maak dat je weg komt. Zei de stem in mijn hoofd.

Een Clip zette een stap naar voren. Hij pakte een mes.
"Malko!" riep ik.
Malko keek om. Ik ga onmoette zijn blik.
"Zoey, ren weg! Ik kan ze wel aan."
"Ben je gek geworden?! Dit zijn de Clips, Malko!"
"Ga alsjeblieft weg! Ik zei dat ik ze aan kon! Clips of geen Clips!"
Ik keek hem ongelovig aan. "Nee." zei ik vast beraden in  gedachten tegen hem.
Malko gromde. "Als ik drie zeg rennen we zo snel mogelijk weg. En je moet wel naast mij rennen dan kan ik een schild vormen. Oke?"
"Oke."
Ik keek naar de Clip met de mes. Heel even liet ik mijn schild zakken. Toen schreeuwde ik  drie en vormde weer een schild.
Malko rende naast mij. De Clips kwamen achter ons aan rennen.

"Zoey, we moeten sneller! Ze komen steeds dichterbij!" Schreeuwde Malko in mijn gedachten.
Ik keek achterom en op dat moment schoot een Clip een pijl. De pijl kwam recht op ons af. Ik draaide me om en keek heel goed om me heen.

"Malko, ben je goed in vliegen?"
"Nee, want dat heb ik nooit gedaan."
"Oke, zie je die boom? Links van je?"
"Ja." "Op de top van die boom gaan wij springen."
"Maar dan springen ze ook in die boom."
"Weet ik. Spring gewoon."
We stopten met rennen. Meeten daarna sprongen we op de top van de boom.
Ik wankelde, maar viel niet.
"Malko! Pak me vast. Ik ga vliegen."
"Waarheen?"
"Weet ik niet. Als we maar van ze af zijn. Je moet wel veranderen."

Binnen een seconde stond een half naakte jongen voor mij. Ik voelde dat mijn hart sneller begon te kloppen.
Ik draaide mijn rug naar hem toe. Malko pakte mijn middel vast. Er ging en schok door me heen. Ik voelde zijn warme adem in mijn nek. Hij drukte zijn lichaam tegen de mijne. Dat voelde zo lekker en veilig.

"Oke, ben je er klaar voor?" vroeg ik zacht. "Ja, denk ik."
Ik haalde diep adem en fluisterde een spreuk die ik van Melvin had geleerd. Ik wees met mijn handen naar de grond.
Een tijdje lang gebeurde niks. Toen vlogen we langzaam naar voren. Van uit mijn ooghoeken zag ik de Clips op de boom springen.
"Kan je sneller gaan?" vroeg Malko. Ik knikte en verspreidde mijn armen.
We vlogen nu heel hard. De wind deed mijn haar wapperen. Ik vond het heerlijk. Ik keek onder mij en zag de hele bos.
"Wow! Zo mooi!" riep ik.
"Ja, vind ik ook." Malko legde zijn hoofd op mijn schouder.

"Waar gaan we nu heen?" vroeg Malko na ongeveer een half uur vliegen. "Ik ga eerst Damien en Amalie zoeken."
"Wie zijn dat?"
"Twee vrienden van mij."
"Hoezo moet je ze gaan zoeken?"
"Omdat ze mij nodig hebben en andersom ook."
"Waarom?"
Ik zuchtte. "Malko, hou eens op met vragen." zei ik geiiriteerd.
"Waarom mag ik niet vragen?"
"Daarom!" riep ik harder dan mijn bedoeling was.
Het was een tijdje stil.
Ik ging langzamer en lager vliegen. Ik zocht Amalie en Damien met mijn ogen in het bos.
Ik lette op elke beweging die ik zag, maar geen enkele beweging wees er op dat zij het waren.

"Zie je ze?" vroeg Malko. "Nee, maar.... Ja daar!" riep ik. Ik zag Amalie en Damien. Ze zaten op een grote steen en staarden voor zich uit. Ik vloog naar ze toe en landde voor hun gezichten.

Ze keken allebei geschrokken op. Damien pakte zijn zwaard en hief hem op. Amalie pakte haar boog en een pijl uit haar koker.
"Rustig jongens, ik ben het maar." zei ik lachend.
Ze knipperden met hun ogen. "Zoey?" Zei Damien zacht. Ik knikte. Hij gooide zijn zwaard weg. Opeens knuffelde hij me.
Ik keek verbaasd, maar beantwoorde zijn knuffel.
"Ik ben zo blij je te zien." zuchtte hij
Ik trok me uit Damien's knuffel en meteen daarna knuffelde Amalie me.
"We dachten we je nooit meer zouden zien." zei ze met een kleine stem.
"Jawel. Ik laat jullie toch niet hier achter?"
"Wie is die jongen achter je?" vroeg Damien. Ik keek naar Malko. "Dit is Malko. Hij is..." tja  wat was hij eigelijk voor mij?
"Ook een vijand van de koning."
Maakte Malko mijn zin af. Hij keek me recht aan.
"Een vijand van de koning." zei ik langzaam. Terwijl we naar elkaar bleven staren.
Het was een paar minuten stil.
"Oke, en nu?" vroeg Amalie met een heldere stem.
"We moeten zo snel mogelijk weg uit deze bos."
"Waarheen?" ze keken me alle drie nieuwsgierig aan.
Ik dacht na. Waar konden we heen?
Zoey, pak de halve maansteen.
Zei de stem in mijn hoofd. Ik deed meteen wat de stem zei. De halve maansteen was koud.
Sluit je ogen en denk aan niets.
Ik deed mjn ogen dicht en probeerde aan niets meer te denken.
"Ogen open!" Beval een bekende stem. 
Ik deed mijn ogen open. Er scheen een vel licht in mijn ogen. Ik sloot mijn ogen.
"Zoey, doe ze open! Je kan het!"
Ik deed mijn ogen weer open. De velle licht scheen recht in mijn ogen. Ik probeerde mijn ogen open te houden.
"Hallo, Zoey. Ik zie dat je weer mijn hulp nodig hebt."
Langzaam kwam de witte tijger uit de velle licht.
Ik zette groot ogen op. De schoonheid van deze tijger verbijsterde me elke keer als ik hem zag....

De Vampier PrinsWhere stories live. Discover now