Pyramus en Thisbe

26 2 1
                                    

Hier is de letterlijke vertaling mijn Latijn-boek, enjoy!

Pyramus en Thisbe, de één de mooiste van de jongemannen,
de ander verkozen boven de meisjes die het Oosten had,
woonden in aangrenzende huizen, waar men zegt
dat Semiramis de hoge stad heeft omringd met muren van baksteen.
Het feit dat ze buren waren, zorgde voor de kennismaking en de eerste stappen.
De liefde groeide mettertijd. Ze zouden ook in een wettig huwelijk getreden zijn,
maar hun vaders verboden het. Maar dit konden ze niet verbieden:
ze brandden beiden in gelijke mate (van liefde), omdat hun gedachten in beslag genomen waren.
Iedere getuige is afwezig, ze spreken met een knik en met tekenen,
(en) hoe meer het vuur wordt bedekt, des te meer gloeit het als het bedekt is.
De gemeenschappelijke muur voor elk van beide huizen was gespleten door een fijne scheur,
die hij eens had opgelopen, toen hij werd gemaakt.
Dit gebrek, eeuwenlang door niemand opgemerkt, hebben jullie,
(want wat merkt de liefde niet?) als eerste gezien, geliefden,
en jullie hebben een weg voor de stem gemaakt
en jullie lieve woordjes gingen gewoonlijk veilig hierdoorheen met een zeer zacht gefluister.
Dikwijls, terwijl zij waren gaan staan, Thisbe aan de ene kant, Pyramus aan de andere kant,
en er om beurten gehijg van de mond was opgevangen,
zeiden zij " Jaloerse muur, waarom sta jij geliefden in de weg?
Wat zou het een kleinigheid zijn dat jij zou toelaten dat wij met heel ons lichaam verbonden worden,
of, als dit teveel gevraagd is, zou openstaan voor het geven van kussen!
Maar we zijn niet ondankbaar: wij bekennen dat we het aan jou te danken hebben,
dat er een doorgang is gegeven aan woorden voor geliefde oren."
Nadat ze dergelijke woorden tevergeefs vanaf een gescheiden plek hadden gezegd,
zeiden ze tegen het vallen van de nacht "Vaarwel" en ieder gaven ze
kussen aan hun kant (van de muur) die niet aankwamen aan de andere kant.
De volgende dageraad had de nachtelijke vuren weggenomen
en de zon had met haar stralen de bedauwde weiden droog gemaakt:
ze kwamen bij elkaar op de gebruikelijke plaats. Toen zij eerst met weinig gefluister
over veel dingen hadden geklaagd spraken zij af om, als de nacht stil is
te proberen de bewakers [ouders] te misleiden en de deur uit te gaan,
en om, wanneer zij het huis uit zullen zijn gegaan, ook de huizen van de stad achter zich te laten,
opdat er niet door hen, als zij rondwandelen over het wijde veld, gedwaald moet worden,
samen te komen bij de graftekens van Ninus onder de schaduw
van een boom: daar was een boom, zeer rijk beladen met sneeuwwitte vruchten –
het was een hoge moerbeiboom – vlak naast een ijskoude bron.
De afspraken bevallen; en het licht, dat langzaam schijnt te verdwijnen,
stort zich in het water en de nacht komt uit hetzelfde water op.
Nadat ze de deur geopend had ging Thisbe behendig door de duisternis naar buiten
en ze leidde haar huisgenoten om de tuin en met een sluier voor het gezicht
kwam ze aan bij het graf en ging onder de afgesproken boom zitten:
de liefde maakte haar brutaal. Kijk,
er kwam een leeuwin aan, waarvan de schuimende bek besmeurd was met vers bloed van koeien,
om haar dorst te lessen bij het water van de naburige bron.
En de Babylonische Thisbe ziet [zag] haar in de verte bij de stralen van de maan
en ze vluchtte met bange tred naar de duistere grot
en terwijl ze vluchtte, liet ze de sluier die van haar rug gegleden was achter.
Zodra de leeuwin haar dorst met veel water had gelest,
vond ze de fijne sluier toevallig zonder haarzelf
en ze verscheurde hem met haar bebloede bek.
Pyramus, die later was weggegaan, zag in het mulle zand
de duidelijke voetsporen van een wild dier en verbleekte over heel zijn gezicht.
Zodra hij echter ook het met bloed gekleurde kleed had gevonden,
zei hij: "Eén nacht zal twee geliefden te gronde richten;
en van hen was zij het meest een lang leven waard,
mijn ziel is schuldig. Ik heb jou, ongelukkige, te gronde gericht,
ik, die bevolen heb, dat jij 's nachts naar een plek vol gevaar zou komen
en niet eerder hierheen ben gekomen. Verscheur mijn lichaam
en eet met een woeste beet mijn ingewanden op,
o, jullie, leeuwen, die onder deze rots wonen!
Maar het is een kenmerk van een bangerik om te vragen dat een ander je doodt." Hij pakt de sluier van Thisbe
en draagt hem met zich mee naar de schaduw van de afgesproken boom.
Zodra hij tranen had gegeven aan het bekende kledingstuk en zodra hij kussen had gegeven,
zei hij: "Neem nu ook een slok van mijn bloed!"
En het zwaard, waarmee hij was omgord, duwde hij omlaag in zijn buik
en onmiddellijk trok hij het, terwijl hij stierf, uit de bruisende wond
en hij ging achteroverliggen op de grond. Het bloed schoot hoog tevoorschijn,
niet anders dan wanneer een waterleidingbuis scheurt omdat het lood is beschadigd
en hij, terwijl de smalle opening sist, lange waterstralen uitstoot
en breekt de lucht met stoten.
De boomvruchten veranderen door het opspatten van het bloed en een donker uiterlijk
en, nadat hij was natgemaakt door het bloed, kleurt de wortel
de hangende moerbeien met een donkerrode kleur.
Kijk, terwijl ze de angst nog niet was kwijtgeraakt, opdat zij de geliefde niet teleurstelt,
keert zij terug en ze zoekt de jongeman met ogen en ziel
en ze brandt van verlangen om te vertellen hoeveel gevaren ze heeft overleefd.
Ook al herkent ze de plek en in de boom die ze gezien had de vorm,
toch maakt de kleur van de vruchten haar onzeker: ze twijfelt of het deze is.
Terwijl ze twijfelt, ziet ze zijn trillende ledematen staan tegen de bebloede grond
en ze zette een stap terug en terwijl ze een gezicht had bleker dan palmhout
kreeg ze kippenvel, gelijk aan de zee
die zich rimpelt, wanneer het oppervlak wordt aangeraakt door een licht briesje.
Maar nadat ze, toen ze was blijven staan, haar geliefde had herkend,
sloeg ze met een ferme klap haar onschuldige bovenarmen
en zich de haren uittrekkend en het geliefde lichaam omhelzen
vulde ze de wonden met tranen en ze mengde haar stortvloed van tranen met bloed
en terwijl ze kussen drukte op het ijskoude gezicht,
schreeuwde ze: "Pyramus, welk noodlot heeft jou aan mij ontnomen?
Pyramus, antwoord! Jouw zeer geliefde Thisbe
roept je! Luister en open je gesloten ogen!"
Bij de naam Thisbe richtte Pyramus zijn ogen op, die zwaar waren gemaakt door de dood
en deed ze weer dicht nadat hij haar gezien had.
Nadat zij haar kleed herkend had en de ivoren schede vrij van het zwaard gezien
had zei ze: "Jouw hand en liefde hebben je te gronde gericht, ongelukkige. Ook
voor mij is mijn hand, is ook mijn liefde dapper voor dit ene doel; deze zal
kracht geven om mezelf te verwonden. Ik zal je volgen nu je overleden bent en
ik, zeer ongelukkige, zal van jouw dood de oorzaak en de metgezel genoemd
worden; en jij die, ach, alleen door de dood aan mij ontrukt kon worden, zal
niet door de dood ontrukt kunnen worden. Wees echter met de woorden van beiden
hierom gevraagd, oh zeer ongelukkige ouders van mij en van hem, dat jullie niet
misgunnen dat wij in hetzelfde graf bijeen worden gezet. Maar jij, boom, die met
je takken nu het armzalige lichaam van één bedekt, en spoedig dat van twee zult
bedekken, houd de dunne tekenen van de slachtpartij, en heb altijd je vruchten
donker en geschikt voor de rouw, als gedenkteken voor het dubbele
bloedvergieten." Dat zei ze en toen ze de zwaardpunt onder op
de borst had gericht liet ze zich op het zwaard vallen, dat nog warm was van de
slachtpartij. Hun wensen hebben echter de goden geraakt, ze hebben de ouders
geraakt. Want de kleur in de vrucht is donker wanneer ze rijp geworden is, en
dat wat er van de brandstapels overbleef, rust in één urn.

You've reached the end of published parts.

⏰ Last updated: Feb 08, 2017 ⏰

Add this story to your Library to get notified about new parts!

Mythe'sWhere stories live. Discover now