7. Gevaren

3 0 0
                                    


In de vergaderzaal zit de raad van negen, ik moet ze nu te woord staan. We moeten bespreken hoeveel van wat er gebeurd is wordt vrijgegeven. Of de prins en ik bij naam vernoemd worden of dat we eerder de eer geven aan de anderen om onze toekomst niet in gevaar te brengen. Het gaan moeilijke beslissingen worden. We moeten bespreken hoeveel de volgende generatie te weten mag komen over de voorbije zwarte tijden. De oorlog is nu twee jaar geleden. Het volk verwacht dat we overmorgen op de herdenkingsdienst de kennis vrijgeven voor de volgende generaties. Voor de prins en mij is dit van persoonlijk belang. We verwachten hoogstwaarschijnlijk een kindje, al is het nog te vroeg om het zeker te zeggen. Maar toch wil ik zeker zijn dat mijn kinderen in een betere wereld opgroeien. Zelfs als dat betekent dat ze nooit achter de volledige waarheid komen. We moeten deze wereld genezen, en de raad van negen gaat me daarbij helpen.

Het amulet wijst ons de weg. Maar op de volgende splitsing laat mijn overgrootmoeder haar staf zakken. 'Huh? Ze moet ons toch de weg wijzen?' vraag ik, maar Stephan trekt me tegen de haag aan en wijst om de hoek. Omdat hij me zo tegen de haag duwt kan ik niet om de hoek kijken, ik neem maar aan dat het zijn bedoeling is. Alle andere opties zijn afgesloten en ik wil weten wat er om de hoek is, dus tover een eenzijdige doorzichtige plek in de haag opdat ik er kan doorkijken. Dat is zo een van de trucjes die je leert als je prinses bent en je ouders een hoop achter je rug beslissen.

Als ik door de haag kijk, zie ik iets dat ik niet verwacht had. Een horde Memoranen valt een koppel uitverkorenen aan en ze zijn in een heel gevaarlijk gevecht. Als ik naar Stephan kijk, zie ik dat hij in een tweestrijd is: of we laten ze vechten en hoogstwaarschijnlijk verliezen, waardoor wij een concurrent minder hebben, of we helpen ze, want met z'n vieren kunnen we ze zeker aan. Ik beslis maar voor ons beiden en los een verrassingsaanval op een Memoraan die net het ene meisje in de rug aanviel. Stephan begrijpt wat ik aan het doen ben en zorgt voor rugdekking van de andere uitverkorene. Zo vechten we toch nog zeker een tiental minuten tot de laatste Memoranen wegvluchten om de andere uitverkorene te gaan bevechten.

Ik bekijk in alle rust de mede-uitverkorenen en herken Maeve en Leander en omhels ze voluit. Ik voel me zo veel opgeluchter nu dat ik niet meer alleen ben bij Stephan. Mijn hart is niet meer opgeblazen, mijn hersenen zijn zich veel minder bewust van elke kleine beweging die hij maakt en toch kan ik niet stoppen met aan hem te denken. Ik hoor op de achtergrond geroezemoes, Leander bespreekt met Stephan of we samen blijven of niet. Ze hebben duidelijk een tegengestelde mening. 'Misschien is het het beste als we terug opsplitsen? Dan hebben we beiden onze grootste kans he...', offer ik dan maar als voorstel. Iedereen knikt rustig en ik kijk ondertussen verdoken naar het amulet. We moesten naar de gang waar de Memoranen net in verdwenen waren, dat wordt gezellig als we die weer tegenkomen.

Stephan kijkt me geruststellend aan en ik knik in de richting waarin we moeten. We gaan met een gerust gemoed uit elkaar, we hebben ze een keer kunnen redden, ik hoop dat ze geen tweede keer nodig hebben.

We lopen rustig naast elkaar door de steeds smaller wordende gangen van het doolhof. We moeten steeds dichter bij elkaar lopen, ik hoor zijn ademhaling, voel zijn hartslag, zie zijn gedachten in zijn hoofd. Huh? Wat? Dat hoort zo niet. Ik hoor niet ongewild de gedachten van mensen te lezen. Ik kijk hem aan en zie dat hij niets doorheeft. Misschien is eens kort rondkijken niet eens zo erg? Waarom overweeg ik het zelfs? Dit is wel het domste dat ik kan doen, nadenken over iets doen dat ik niet mag!

Voor die paar seconden dat ik er over nadenk ,pik ik enkele gedachten op. Het is heel verwarrend, het is duidelijk dat hij zelf zijn gedachten probeert te onderdrukken. Het gaat over mij, hij kijkt op naar mij, hij speelt delen van het gevecht van daarnet opnieuw en opnieuw af in zijn gedachten. Telkens opnieuw zie ik hoe ik een Memoraan die hem langs achter aanviel recht op het achterhoofd raak met een vuurbal. Het ziet er best heldhaftig uit, het ziet er inderdaad best cool uit, ... Nee... Dit is niet OK. Ik sluit alle gedachten buiten en concentreer me op de weg die mijn overgrootmoeder ons toewijst. Dan merk ik dat we voor een kruising staan, mijn grootmoeder wijst geen kant meer aan en is verdwenen.

Stephan kijkt me vragend aan, maar ik besef maar al te goed wat dit betekent. Het betekent dat we er bijna zijn en ze erin gelooft dat we er wel geraken zonder haar verdere hulp.

Ik sluit het amulet en stop het weg. Ik loop met een gerust hart de kruising op en kijk de zeven wegen die hier samenkomen in.

"Het is aan ons om te kiezen nu. Dus zeg het maar, welke weg denk jij dat ons leidt naar de uitgang," vraag ik wanneer hij me vragend aankijkt. "Als we op onze intuïtie moeten vertrouwen, zou ik gaan voor...", hij kijkt alle wegen in, "die weg!" Hij bekijkt degene links van waar we kwamen.

Hij kijkt me zelfzeker aan en ik volg hem dan ook meteen die weg in.

"Dus... Jouw vader is nu een van de prinsen in de raad van de koning. Is die verandering niet vreemd?" probeer ik een gesprek te starten. Het is niet echt de vraag die op mijn lippen brandt, maar het is een goed begin. Hij kijkt me zijdelings aan en weet duidelijk niet wat hij moet antwoorden. "Je moet natuurlijk niets zeggen hoor. Ik vroeg me gewoon af of een normaal leven en een adellijk leven zoveel van elkaar verschillen. Maar als je er niet over wilt praten is dat Ok," zo hoop ik hem te overtuigen.

Hij kijkt me even heel onderzoekend aan en laat een korte zucht horen als hij beslist te antwoorden.

"Ben jij niet eerder de persoon die daar alles over moet weten? Met je dubbelleven?" is zijn duidelijk doordacht antwoord. "Ik zal nooit weten wat een normaal leven is," zeg ik naar de grond kijkend, "mijn opvoeding staat vast en dat heeft van mij de persoon gemaakt die ik ben. Dat zal nooit veranderen, hoe hard ik ook mijn best doe. Eens een prinses, altijd een prinses zeggen ze toch?" "En jij bent daar niet blij mee?" vraagt hij na een korte stilte.

"Een gewoon huis, daarin zal ik nooit leven. Naar de markt gaan, dat kan ik niet omdat iedereen me zou herkennen. Leren koken, dat is niet nodig want ik heb een kok. Het zijn misschien allemaal simpele dingen die logisch lijken voor anderen, maar ik zal nooit een van die dingen doen. Het is al heel speciaal dat ik op deze school mag zijn en geen privéleerkracht heb net als mijn zus. Het is gewoon een andere wereld en ik zal er nooit aan kunnen ontsnappen", zo komt ons gesprek tot een einde.

"Goed gedaan!", roept mijn moeder, excuseer de koningin, op het moment dat we eindelijk het doolhof en al zijn beproevingen achter ons laten. Wanneer we rustig om ons heen kijken zien we dat we de eerste zijn die de uitgang hebben gevonden, ook zie ik dat mijn vader me stiekem bij zich roept. "Ik ben zeer trots op je, dochter! Je begint meer en meer op je moeder te lijken", met deze woorden voegt hij zich weer bij mijn moeder en de andere trainers. Ik ga weer bij Stephan staan en zo wachten we tot iedereen het doolhof heeft opgelost. Als eindelijk iedereen er is, wachten we gezamenlijk op een uitleg van de begeleiders, maar het duurt een tijdje voor ze dat opmerken. Uiteindelijk neemt de koningin, mijn moeder, het woord om ons eigenlijk rustig te vertellen dat we mogen vertrekken zodat zij hun beslissing kunnen nemen, maar het is de koningin dus ze verwoordt het iets vriendelijker, "Ik kan jullie mededelen dat ieder van jullie zich vandaag heeft bewezen. De gevaren die vandaag overwonnen zijn, de banden die vandaag gesmeed zijn en de krachten die vandaag ontdekt zijn zullen zeer zeker van pas komen bij de opkomende missie. Sommigen onder jullie zullen misschien veel hebben moeten vechten, anderen hebben misschien mentaal een zware beproeving hebben doorstaan, en dan weer anderen hebben zichzelf overtroffen op een manier dat ze zelf niet voor mogelijk hielden. Wat je ook meegemaakt hebt daar in het doolhof, jullie verdienen het nu om vandaag en de volgende twee dagen uit te rusten en deze gevaren te overdenken. Want alleen uitgerust kunnen wij, maar vooral jullie, de missie aan." 

GardenialitasOnde histórias criam vida. Descubra agora