I Am Peter, Peter Pan -- Peter Pan (Completed)

Peter. Peter Pan.

"Goed, is iedereen er klaar voor?" Vraagt Hook. Iedereen zit op Hooks schip, klaar om naar Neverland toe te gaan. Iedereen knikt. Dat is voor Hook het teken om de boon in het water te gooien. "Nu!" Mara, die samen met Henry bij het stuur staat, vaart het schip richting de boon. Ze varen een diep gat in en voor ze het weten duiken ze op in een ander oceaan. "We zijn er." Zegt Hook. Hij loopt richting het stuur en neemt het weer over van Henry en zijn dochter. "Iedereen, onthoudt. Wat er ook gebeurd, maak geen ruzie! Dat maakt het alleen maar moeilijk om bij het eiland te komen." Helpt Emma hun herinneren. Mara kijkt om zich heen. Dan ziet ze Henry zitten, alleen. Ze besluit op hem af te lopen. "Hé, alles oké?" Vraagt ze.

---------------------------

Henry knikt. "Ja." Antwoord hij, met zijn gedachten ver weg. "Je maakt je zorgen, hé. Om Peter?" Vraagt Mara dan. Henry kijkt Mara even aan, dan kijkt hij weer voor zich uit. Vervolgens haalt hij zijn schouders op. "Een beetje." Geeft hij dan toe. "De laatste keer probeerde hij me te vermoorden, weet je nog?" Vraagt Henry dan. Mara knikt. "Dat weet ik nog, maar wij laten jou niet vermoorden. Je bent familie, daarvoor hou ik teveel van je." Antwoord Mara. Henry moet er even van lachen, maar dan kijkt hij Mara serieus aan.

"Jij hebt er ook geen zin in, hé? Om hier te zijn?" Vraagt hij dan. "Het is Neverland. Ik denk dat we er allemaal geen zin in hebben." Antwoord Mara dan met een kleine lach. Henry schudt zijn hoofd. "Dat bedoel ik niet. Het is alsof je ergens mee zit. Dat kan ik zien, net als jij dat bij mij zag." Legt Henry uit. Mara kijkt om zich heen. Haar vader aan het stuur, met Emma en zijn zij. Dan merkt ze pas op hoe alleen Max staat, kijkend naar het water. "Ik heb zo mijn reden om hier niet te willen zijn." Antwoord ze. "Wat is er dan?" Wilt Henry weten. "Niets bijzonders. Ik ga even kijken bij Max." Zegt Mara snel. Ze staat op en begint te lopen .

"Max, alles oké?" Vraagt ze, zoals ze eerder ook bij Henry deed. Max knikt. "Ik maak me gewoon zorgen om Tom. Ik hoop dat we hem kunnen redden." Legt hij uit. Mara knikt. "Dat kunnen we. Geloof me nou maar." Antwoord ze. Dan kijkt Max haar vragend aan. "Wat is er?" Vraagt Mara. "Nou, ik vroeg me af of er iets met jou is?" Vraagt hij dan. Mara kijkt hem verbaasd aan. "Nee, hoezo dat?" Wilt ze weten. "Nou, je doet gewoon anders. Nu even niet, maar op sommige momenten gedraag je jezelf zo raar." Legt Max uit. "Ik maak me ook gewoon zorgen. Dat is alles. Sorry als ik raar doe, maar het heeft dus niet met jou te maken." Probeert Mara uit te leggen. Max knikt. Hij wilt net wat zeggen, als iemand anders hem voor is.

"We zijn bij land aangekomen!" Horen ze Hook roepen. Henry, Max en Mara kijken allemaal voor zich uit. Yup, daar is dat grote eiland. Neverland. Als het schip is gestrand, stapt iedereen uit. "Oké, jongens. Voor we beginnen te lopen, iedereen blijft dicht bij elkaar! Begrepen? We willen niet dat iemand weer apart word genomen door Pan." Legt Emma uit. "Apart genomen?" Vraagt Max. "Pan is nogal dol op.. spelletjes spelen." Legt Hook dan uit. Max knikt, al snapt hij het nog niet helemaal. "Goed, laten we gaan." Zegt Emma en ze begint te lopen met de anderen achter zich aan. Mara neemt even diep adem, kijkt om zich heen en loopt dan achter de anderen aan.

"Mara, blijf je wel bij ons?" Roept Mary Margaret in de verte. David, Emma en Hook kijken achterom. "Geen zorgen, ik ben maar een meter achter jullie. Er kan niets gebeuren!" Roept Mara terug. Mary Margaret lacht vriendelijk naar Mara, net als David. Dan draaien ze zich weer om en lopen door, net als Emma. Hook blijft even staan, tot hij weer naast zijn dochter loopt. "Weet je zeker dat alles oké is?" Vraagt hij dan. Mara knikt. "Ik ben gewoon een beetje moe. Dat is alles. Ik ben zo weer bij." Antwoord ze. Hook knikt. "Goed dan. Als er iets is, roep je me." Mara knikt. Dan rent Hook weer een stukje voor zich uit.

Niet veel later hoort Mara gerinkel in de bosjes. De anderen merken niets en lopen maar door, maar Mara is daar te nieuwsgierig voor. Ze moet weten wat dat was.  Misschien worden ze wel achtervolgt door iemand. Ze stapt de bosjes in en vind daar een jongen. Ze pakt haar zwaard en houdt deze voor zich uit. "Wie ben jij!" Roept Mara. De jongen lacht met een grijns op zijn gezicht. "Denk maar niet dat ik bang ben dit te gebruiken!" Roept Mara. Toch, blijft de jongen enkel maar kijken met dezelfde grijns op zijn gezicht. Mara rent op hem af, duwt hem tegen een boom en houdt haar zwaard bij zijn keel. "Wie ben jij!?" Roept ze dan uit. "Ben jij hier om ons te bespioneren voor Pan of zo iets?" Vraagt ze dan. De jongen moet lachen. "Wat?" Vraagt Mara. "Ik ben Peter. Peter Pan."