Short stories

131 6 0
                                    

Gewoon iets wat ik laatst had geschreven, een one-shot zonder naam.. Hope ya like it. 

---

Haar hakken tikten ritmisch tegen de gladde straatstenen. Het dunne jasje dat om haar schouders was geslagen was niet in staat om de kou buiten te houden. Het weer zou zo omslaan, dat merkte ze aan de donkere wolken en het bedrukte gevoel dat in de lucht hing. De modeshow was uitgelopen en hoewel ze het enorm naar haar zin had gehad, wilde ze nu niets liever dan haar appartement induiken, de zachte dekens om zich heenslaan en lekker wegdromen in haar grote tweepersoonsbed. Nog een paar straten en dan zou het kille grijze gebouw in zicht komen.

Hoewel de buitenkant haar in het begin had afgeschrikt kon ze zich nu geen fijner onderkomen wensen. De kamers waren ruim en na het te hebben aangepast aan haar smaak, bestaande uit lichte pasteltinten en veel licht, voelde ze zich er echt thuis. Het gebouw was haar onderkomen geworden in tijden dat ze het moeilijk had en de huur was betaalbaar, waardoor het geen extra last voor haar was. Ze mocht dan styliste zijn maar haar rang was nog altijd erg laag en het zou nog lang duren voordat ze een redelijk salaris had behaald. Ze stond onder aan de ladder en de weg naar boven zou nog wel eens aardig zwaar kunnen worden, maar ondanks dat was ze bereid de moeite er voor te nemen. Dit was haar droom die eindelijk in vervulling was gegaan en ze had direct het woord opgeven uit haar woordenboek geschrapt.

Met een lichte glimlach op haar gezicht stapte ze door, proberend om zo min mogelijk wind te vangen met haar tengere lichaam. Nog één straat en ze zou haar onderkomen zien. Nog één straat en ze zou de veiligheid van het appartementencomplex om zich heen hebben. Maar ze zou de straat nooit meer uitlopen.

Een donkere schaduw rende op haar af, een schittering van metaal toen de maan haar gloed er op scheen. En toen de zachte druk van een mes op haar keel. ‘Move,’ fluisterde iemand in haar oor. Haar lichaam trilde, ze kon gewoon niet beseffen wat er net was gebeurt. ‘Move!’ De druk op haar keel werd harder en ze snakte naar adem toen ze voelde hoe het lemmet door haar huid heen gleed. Voorzichtig liep ze in de richting waar de gedaante haar heen duwde; Een oud, vervallen gebouw met dichtgespijkerde ramen. In plaats van een deur waren er slechts een paar verrotte planken die tegen de deurpost waren geleund, makkelijk te kraken. ‘Stay where you are,’ zei de persoon. Ze herkende de stem als die van een man, ruw en laag. Hij duwde haar hardhandig tegen de stenen muur.

Oppervlakkig ademhalend bleef ze staan, trillend op haar benen en veel te dunne hakken. Ze hield haar ogen gesloten, te bang om te zien wat er om haar heen gebeurde. Ze hoorde hoe de planken werden verschoven en op de grond werden gegooid. Toen voelde ze een gehandschoende hand in haar nek die ruw haar haar vastgreep en haar hoofd naar achter trok. ‘Don’t make a sound.’ Een ruk aan haar haar bracht haar in beweging en ze werd het gebouw in gesleurd. Bijna struikelde ze maar ze wist wankel overeind te blijven.

Haar belager trok haar mee in een achterkamer en duwde haar neer op een versleten bank. Een veer die afkomstig was uit een gat in de bekleding prikte venijnig in haar rug. ‘Wat wil je van me… What do you want from me?’ Haar stem was bibberig en onzeker. Wat was haar overkomen? ‘I told you to be quiet.’ De persoon, die haar zijn rug had toegekeerd, draaide zich nu langzaam om. Lang haar vol klitten kwam onder een zwarte bivakmuts vandaan. Grote donkere ogen staarden haar doordringend aan door de gaten in het stof. Spieren welden op onder het dikke vest dat hij droeg, samen met een vale spijkerbroek en een stel laarzen. Hij liep met grote stappen op haar af en bleef vlak voor haar staan.

‘I want your heart, beating in my hand. I want your life, forever stolen from you. I want your beauty, all to myself. I want you my dear, only for this night. And after that, no one can have you.’ Een rilling trok over haar ruggengraat bij het horen van deze woorden. De betekenis leek niet goed tot haar door te kunnen dringen en haar ogen schoten door de ruimte, op zoek naar een uitweg, weg van deze man die nooit veel goeds zou kunnen betekenen.  Maar ze vond hem niet.

De man boog zich naar voren, zijn lichaam op de hare, huid op huid. Het jasje werd van de schouders geschoven, het dunne hemdje werd van het lichaam gescheurd. Een uur lang moest ze doen wat hij van haar vroeg en niet veel later verliet ze het leven. Haar lichaam is drie dagen na dit ongeval in een nabije rivier gevonden, ontdekt door een nietsvermoedende wandelaar. Een leven genomen door een onbekende vreemdeling.

Na een lang onderzoek werd hij gevonden en gearresteerd. Veel liet hij er niet over los, alleen dat zij het mooiste meisje was dat hij ooit had gezien en dat hij het zijn recht had gevonden haar te beschermen tegen de wrede buitenwereld, door een daad net zo vreemd. Hij hield vol dat hij haar had gered tegen alles wat nog met haar zou kunnen gebeuren, dat hij haar een dienst bewezen had. Hij werd naar de gevangenis gebracht, veroordeeld tot levenslang. Hij heeft hier maar een jaar van meegekregen. Gestorven aan een hersenbloeding, niet meer te redden. Voor eeuwig verlost van zijn wandaden terwijl de wereld nog altijd moeite heeft om dit soort acties te verwerken. 

Short storiesWo Geschichten leben. Entdecke jetzt