Hoofdstuk 1.2

81 0 2
                                    

Nick en ik waren de dag erna er meteen heen gegaan. De politie had alles afgezet met linten en pionnen. De werknemers van het mortuarium maakten foto's en als ze klaar waren mochten de lijken uit de boom worden gehaald en konden we achterhalen wie de slachtoffers waren. En heel misschien konden we aanwijzingen van de moordenaar vinden. Het eerste lijk werd uit de boom gehaald. Ik hoefde maar één keer naar het gezicht te kijken en ik wist meteen wie het was. "Is dat..." zei Nick geschrokken. "Ja." antwoordde ik. Het was Luke. Ik zag nog meer bekende. "Goede morgen. U kijkt alsof dit bekenden zijn. Is dat ook zo?" vroeg een werknemer van het mortuarium. "Sorry, het spijt me. Ik zal me eerst even voorstellen. Ik ben Gaby en ik werk in het mortuarium." "Ja, ik herken er een paar. Ik ben Holmes, Kasper Holmes." antwoordde ik. "Ja dat wist ik al. Ik ben een grote fan van uw werk. Ik voel me vereerd om dit bloedbad te onderzoeken samen met u." zei ze terwijl ze foto's maakte van het hoofd loze lichaam van de politieagent. "Als u meer personen herkent, roept u maar." "Zal ik doen.". Ik liep naar de andere lichamen. Ik herkende ze allemaal... Luke, Thom, Sem en Dirk. Waarom mijn vrienden? Wie kende al mijn vrienden? Heeft Max hier mee te maken? Gaat dit überhaupt om mij?

Detective K. HolmesWhere stories live. Discover now