Hoofdstuk 10~Een ongelooflijke gebeurtenis

157 13 3
                                    

Tik!

Ik kreunde, fronste mijn wenkbrauwen en draaide op mijn andere zij.

Tik!

Wat was dat?

Tik!

Tik! Tik!

Ik opende moeizaam mijn ogen. Een blik op mijn wekker vertelde me dat het kwart voor twee ’s nachts was.

Tik! Tik!

Daar had je het weer! Het kwam bij mijn raam vandaan…

Ik kroop over mijn bed heen naar het raam. Het licht van de maan verblindde me half toen ik het gordijn opzij trok.

Tik!

Er landde een klein, wit steentje op mijn raam. Hij ketste af en viel weer naar beneden. Ik kneep mijn ogen tot spleetjes en tuurde naar buiten. Op ons kleine gazonnetje stond een gedaante. Ik kon niet meer zien dan een zwarte schim, maar toen degene op het gras zijn armen hief en enthousiast begon te zwaaien, zag ik wie het was. Ik morrelde wat aan het raam en gooide hem open.

‘Gabe,’ siste ik. ‘Wat doe je hier?’

‘Ik kom je ophalen,’ fluisterde hij terug. ‘Ga je klaarmaken. Ik wacht hier op je.’

Ik draaide me weg van het raam en ging verward op mijn matras zitten. Wat deed Gabriël hier? Waar gingen we heen? Uiteindelijk won mijn nieuwsgierigheid het van mijn aarzeling en ik scharrelde snel wat kleren bij elkaar. Mijn haar bond ik vlug in een staart.

‘Ik ben klaar,’ riep ik zacht naar beneden.

‘Kun je door het raam komen?’

Ik slikte en keek naar de gammele dakgoot. Ik klemde mijn lippen stijf op elkaar en gooide mijn benen over de vensterbank. Ik liet me op mijn buik over de dakpannen zakken tot ik de dakgoot onder mijn voeten voelde.

‘Voorzichtig,’ hoorde ik Gabriël zeggen. Ik liet mijn benen langzaam over de rand zakken. Ik voelde dat Gabe mijn enkels pakte. Hij stak zijn hoofd tussen mijn benen door en zei: ‘Zakken maar.’ Ik liet me naar beneden glijden, tot ik op Gabes schouders zat. Hij zakte door zijn knieën en zette me rustig op de grond. Hij grijnsde van oor tot oor.

‘Waar gaan we heen?’ vroeg ik nieuwsgierig.

Gabriël wiebelde geheimzinnig met zijn wenkbrauwen en pakte mijn hand. ‘Dat zie je vanzelf…’

Gabe bracht me naar een kleine open plek in het bos achter ons huis. In het gras lag een zacht, wit kleed, omringt door waxinelichtjes. Ze flakkerde lichtjes in de wind en wierpen kleine schaduwen op het gras. Op het kleed, in het midden, lag een prachtige rode roos. Gabe nam me mee naar het kleed en we gingen zitten.

‘Gabe…’ fluisterde ik verstikt.

Hij gaf me de roos aan en ik voelde voorzichtig aan de tere bloemblaadjes. ‘Een roosje voor mijn Roosje,’ prevelde Gabriël.

Ik keek naar hem op. Zijn ogen waren zo vol van emotie.

Hij is te goed voor je.

Ik wist dat Mia gelijk had, maar op dit moment kon het me geen bal schelen. Mijn blik gleed naar Gabriëls mond. Zijn volle lippen stonden een klein stukje van elkaar. Ik voelde dat hij mij ook opnam.

‘Je bent zo mooi,’ mompelde Gabe en hij pakte een plukje van mijn haar en hield het in zijn vingers alsof het ongelooflijk breekbaar was.

Mia gniffelde. Mooi zegt ie. Puh!

Ik beet op mijn lip, niet wetend wie ik moest geloven. Wie ik moest kiezen.

Gabriël pakte mijn hand en trok me op zijn schoot. Ik legde mijn hoofd tegen mijn borst en staarde naar de roos in mijn hand. Was ik maar zo mooi en elegant. Zo puur.

MonsterWhere stories live. Discover now