3.

46 8 6
                                    

Dit meen je niet. Het is dat ik op het moment perplex sta maar anders had ik mezelf al onder de dichtstbijzijnde auto gegooid. Die grijns kon ik moeilijk niet herkennen. De jongens die me zojuist heeft verteld dat ik er mooi uitzie is de jongen die ik al sinds de basisschool niet heb gesproken. Je raad het al, de enige echte Elias Brown.

Hoe stom kan ik ook zijn om naar mezelf te kijken in de ruit van iemand anders zijn auto. Geen wonder dat ik met een blonde haarkleur geboren ben. Ik vroeg me altijd af waar de term 'dom blondje' vanaf stamt maar het kwam nu echt wel in mij naar boven. Ik klapte ik mijn mond dicht en probeerde nog snel deze situatie te redden. Elias mocht niet merken hoe erg hij me dit keer te pakken had.

Ik neem even de tijd om zijn uiterlijk in me op te nemen. Hij had donkerbruine haren die wild zijn hoofd bedekte en het licht van de lantaarnpaal onthulde zijn grijze ogen. Hoe graag ik ook wilde dat het niet zo was, hij zag er niet verkeerd uit. Ik kon me niet meer zo goed herinneren hoe hij er vroeger uitzag maar ik kon verzekeren dat de jaren goed voor hem waren geweest.

Om mezelf een houding aan te geven rolde ik mijn ogen. 'Dankjewel,' ik liet mijn handen rusten op de auto en kwam wat meer naar voren geleund. 'Maar dat wist ik al.' Natuurlijk was ik er zelf niet van overtuigd dat ik bloedmooi was maar het voelde alsof ik verloor als ik James liet merken dat ik even van mijn stuk was gebracht. Daarom vond ik het belangrijk om zelfverzekerd op hem over te komen.

Elias haalt zijn schouders op. 'Prima. Kan ik je misschien een lift naar huis geven?' Hij kijkt me afwachtend aan. Ik klak even met mijn tong. Het was onvoorstelbaar hoe erg ik het nodig vond om Elias te laten zien dat hij me niet zomaar klein kreeg. Het was tenslotte ook jaren geleden dat ik Elias weer eens zag, behalve dan via een afstandje op het rugbyveld, en het voelde alsof ik me moest bewijzen tegenover mijn familie. Daar leek hij overduidelijk geen last van te hebben.

'Ik ken je niet,' zeg ik minachtend tegenhem waardoor hij even moet lachen. 'Kom op Addison, doe nou niet alsof we elkaar niet kennen. Volgens mij kennen we elkaar maar al te goed.' Daarop wist ik niks te zeggen want ik wist dat hij wel gelijk had. 'Hoe dan ook,' begin ik vervolgens. 'Dat is niet nodig. Mijn vriendje, Chris, neemt me zo mee.' Elias zijn gezicht verzuurt even bij het horen van Chris zijn naam.

Chris en ik hebben de haat voor Elias Brown en wederzijds ook met elkaar gemeen. De twee jongens knokken al jaren lang tegen elkaar om de beste te zijn in rugby. Ik weet nog dat ze vroeger op de basisschool goede vrienden waren geweest maar dat was op de één of andere dag voorbij. Nu ik er over nadenk weet ik eigenlijk niet hoe dat komt. Het was nooit echt bij me opgekomen om dat aan Chris te vragen.

'Kunnen we gaan?' zegt een meisje verveeld. Pas nu merk ik op dat er een meisje naast Elias zit. Ik laat mijn blik even over haar glijden en herken haar direct. Jade Westbrook zit naast James. Jade is de aanvoerster van het cheerleaders team van onze school wat ons ook direct rivalen maakt. 'Hey, Jade,' zeg ik tegen haar. Ze rolt verveeld met haar ogen en begroet me niet eens terug.

Elias draait zich nu om naar haar. 'Ja, we gaan.' Voordat hij het raampje weer dicht doet knipoogt hij nog even naar me en rijd er vervolgens van door. Ik schud even mijn hoofd als poging om alles dat zojuist gebeurd is te vergeten, maar jammer genoeg gaat dit niet zo makkelijk. Ik pak mijn tassen weer van de grond en sjok weer verder naar de auto van Chris.

Net op dat moment loopt Chris ook de parkeerplaats op en zodra hij me ziet rent hij naar me toe. 'Hey,' hij drukt snel een kus op mijn mond en maakt de deur open voor mij. 'Ik hoop dat ik je niet te lang heb laten wachten.' Nog voor ik kan antwoorden doet hij de deur al dicht en legt mijn tassen in de achterbak. 'Nee hoor,' zeg ik zodra hij zelf is ingestapt. Ik vraag me af of ik hem zou vertellen dat ik Elias net ben tegen gekomen. Ik zag het niet als iets speciaals maar het voelde fout om het niet te delen. 'Elias was hier net,' melde ik dus maar.

Chris fronst zijn wenkbrauwen. 'Wat zou hij hier te zoeken hebben?' Ik haal mijn schouders op. 'Geen idee.' Ik zie Chris nog even nadenken maar vervolgens laat hij het onderwerp vallen en kijkt me met een grijns aan.
'Vertelde je niet in de klas dat je zin had in de mac?' Gelijk verschijnt er ook een glimlach op mijn gezicht. Bij alleen de gedachte al aan mac liep het water me al in de mond. 'Ja, hoezo?'

'Nou, laten we gaan dan.'

Must hate the playerWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu