Ondertrouw

3.4K 143 12
                                    

Samen met Fouad en me vader zaten we onderweg naar de gemeente of aan te kondigen dat we gaan trouwen.  Fouad hield stiekem me hand vast. Me vader had niets in de gaten. Ik trok me hand terug. Ik keek hem aan. Hij gebaarde van: Waarom doe je dat? Me vader stopte en beide stapte we uit. Me vader liep voor op en Fouad trok me vanachter naar zich toe. ‘Doe normaal’ schreeuwde ik. Snel zette hij zich recht en me vader keek naar achter. Net op het nippertje , anders had hij Fouad gesnapt. Bah wat walg ik van hem. Nadat we een datum hadden geprikt en alles te hebben geregeld , was het tijd om aan de bruiloft te denken. Fouad’s familie en mijn familie verzamelde zich in ons huis. Ik had er echt geen zin in , ik moest weer spelen als het perfecte ‘Gastvrouw’ Enige wat ik wou is gewoon mezelf zijn.  Dat werd mij niet gegund. ‘Amani .. Amanii’ riep mijn moeder. ‘Ja wat is er Mam?’ Ze haalde haar portomonnee uit haar zakken. ‘Haal deze producten’ Snel kleedde ik me aan. Ik dacht dat ik eindelijk eens wat vrijheid had. ‘Wacht, Fouad gaat met je mee’ Me blik veranderde meteen naar een ijzige blik. ‘Kijk eens niet zo chagerijnig’ Ik reageerde al niet meer op hem. Hij deed z’n schoenen aan en keek waar me moeder was en gaf me spontaan een pats op me billen. ‘Blijf eens van me af’ Hij keek met zo’n sneaky blik. ‘Je bent me vrouw. Ik mag aan je zitten wanneer ik wil’ Ughh het liefst had ik hem hier vermoord. Net op dat moment werd hij gebeld. ‘Tante, ik kan niet mee gaan. Ik moet deze zaakje afhandelen’ Maar goed ook , wat dank ik die persoon die hem nodig had. ‘Dan moet je maar alleen gaan’ De glimlach op me gezicht was niet af te slaan. Toen Fouad me aankeek keek ik neutraal. Hij mocht niet weten dat ik het leuk vond dat hij niet mee ging , anders zou hij alsnog met me mee gaan. Fouad was weg. Blijf weg. Onderweg naar de winkel had ik het gevoel alsof ik achtervolgd werd. Ik keek om me heen en keek naar achter. Niemand te bekennen. Ik haalde de benodigde spullen. ‘Heei wat een toeval dat ik jou hier tegen kom’ Daar was hij weer. Fouad met een glimlach op z’n gezicht. ‘Kom eens hier vrouwtje van me’ Ik duwde hem van me af. ‘Er kijken mensen’ Dat kon hem niets baten. ‘Die mensen kunnen mij een worst wezen’ Alle blikken waren op ons gericht. Inclusief Fadil. Wat deed hij hier? Ik kwam hem iedere keer tegen. Was het toch een teken of puur toeval. Alsof hij me gedachte kon lezen keek hij me aan. Voor even waren onze blikken gekruist. ‘Amani’ Verstoorde Fouad me uit me gedachte met z’n zware stem. 

UitgehuwelijktDonde viven las historias. Descúbrelo ahora