Chapter one

197 23 15
                                    

"Tot vanavond schatje. Nog succes met de buren!" roept Aaron.

"Dankje, ik zie je vanavond," glimlach ik en ik hoor het geluid van de deur die in het slot valt. Ik kijk om me heen. Het is echt mooi geworden, het appartement. Derek en ik zijn er lang mee bezig geweest maar het resultaat is geweldig.

"Deoderant... Waar is de deoderant?" zucht ik. Ik loop door het appartement heen te drentelen. Heb ik serieus alles meegenomen behalve deoderant? Dan maar parfum.

Nadat ik parfum onder mijn oksels heb gespoten trek ik mijn jas aan. Ik kijk uit het net gepoetste raam. Het begint steeds lichter te worden buiten. Aaron en ik zagen dit appartement twee maanden geleden online staan. Het was een prachtig appartement en niet té duur, dus we besloten het te kopen. Geen van ons heeft spijt. Tenminste, dat hoop ik.

Ik pak snel mijn tas. Ben ik iets vergeten? Waarom neem ik überhaupt mijn tas mee? Ik ga alleen de buren begroeten, niets meer en niets minder minder. Met een zucht gooi ik mijn tas weer op de bank en loop de gang in. Ik open de voordeur en verlaat het apartement.

Naar welk huis zou ik eerst gaan? Degene met de bloempotten of degene met de gordijnen dicht? Het huis met de bloempotten.

Ik loop naar het huis toe en bel aan. Na tien seconden bel ik nog een keer. Als er naar weer dertig seconden nog steeds niemand de deur open doet geef ik het op en loop naar het huis met de gordijnen dicht.

Ik druk voor de derde keer vandaag op een deurbel. Ongeduldig tik ik met mijn vingers op mijn tas. Is er dan echt niemand thuis? Ik draai me om en loop richting mijn eigen appartement als de deur ineens open gaat. Snel loop ik terug.

"Hallo," zegt de buurman. Hij glimlacht zijn tanden bloot. Zijn donkerbruine, lange haar heeft hij omhoog gehaald met gel. Doordat zijn huid zo wit is ziet het er naar uit dat hij nauwelijks buiten komt. Toch ziet deze man er knap uit. Hij draagt zwarte jeans met daarop een grijze sweater.

"Hoi," zeg ik, "ik ben Aimee."

"Wil je binnenkomen, Aimee?" vraagt hij. Hij heeft een zware, maar aantrekkelijke stem.

"Je weet alleen dat ik Aimee heet en je laat me al binnen?" vraag ik lachend. Hij grijnst.

"Nee nee, ik zag jou en je broer sjouwen met verhuisdozen. Je woont hiernaast, niet waar?" Ik knik.

"Kom binnen, ik zal wat thee voor je zetten."

"Ik hoef geen th-"

"Het komt er zo aan. Ga nou maar gewoon zitten." Ik rol met mijn ogen en loop achter hem aan het huis in. Alles is prachtig wit hierbinnen, behalve de pikzwarte bank en het fornuis. Ik neem plaats op een witte stoel en de buurman - waarvan ik de naam nog niet eens weet - verdwijnt in de keuken. Ik wil geen eens thee, maar oké, het is aardig dat hij het voor me maakt. Ik kijk om me heen. Er liggen er verschillende kranten op de tafel voor de bank. Wacht.. Ik sta op en pak er eentje. 1988.

Ik leg hem opzij en zie er één van 1987. Het gaat over het bloedbad. O god, waarom heeft hij hier zo'n oude krant liggen? Waarom precies deze?

Mijn ogen vliegen over de regels.

Vandaag om tien uur in de ochtend kwam er op Valley View High een gewapende student binnen. Acht leerlingen zijn vermoord door dit afschuwelijke drama. Ook zijn er velen gewond geraakt en met spoed naar het ziekenhuis gebracht. Van de dader was geen spoor te bekennen toen het SWAT-team de school ontruimde.

Ik probeer rustig te blijven als de buurman de kamer weer in komt. Hij zet een kop thee voor me op de tafel.

"Wat is er?" vraagt hij. Ik kijk hem aan. Zijn fel groene ogen.

massacreWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu