- 6: Het Oceaanrijk -

5 1 0
                                    

Ik wist niet of dat ik deze reus moest vertrouwen. Hij zag er wel vriendelijk en loyaal uit, maar dan nog. "Eva is mijn naam," mompelde ik. "Mijn naam is Eva."  Blizzard ging voor me staan om me te beschermen. "Eva is hier omdat ze hier is aangekomen en ze zocht onderdak," zei hij. Toen stampte hij naar de kast, deed die open, nam een groen brouwsel in een doorzichtige, glazen fles, deed de kast terug dicht en gaf het drankje aan de reusachtige hand van de reus. Toen stopte hij het brouwsel in een binnenzak van zijn vest. Ik kon geen vragen stellen want de reus nam mij op zijn hand en zei: "Ik breng je wel naar het portaal," zei hij. "Voor jou zullen de Meermannen wel een uitzondering maken," zei hij. Hij begon te stappen. De andere reuzen kwamen hem achterna.

Een waas van bergen flitste langs mij. We  kwamen aan bij de rand van het bos, toen het begon te schemeren. Ik hoorde de wolven huilen. Ik wist dat ze gisteren en vandaag hard hadden gewerkt aan het nieuwe kamp. De reus stapte het woud binnen en verwoestte een paar bomen. De reus zette me neer en ik sprong ervan. De anderen bleven achter en we gingen naar het portaal. De Meermannen stonden er weer. Ze hielden hun speren nog dreigender dan toen ik hier voor het eerst aankwam. Ze namen me zelf vast en ze trokken me mee in een oranje massa die net in de vloer was verschenen.

De Meermannen en ik waren aangekomen op het strand. Er liep een krab langs mij. Ze gaven me een lichtblauw brouwsel en ik dronk het op. Ik zag prachtige schelpen. Ik keek recht op de helderblauwe zee. De meermannen duwden me richting water. In het water verscheen er plots een stalen trap. Ze wenkten me dat ik de trap moest afdalen. Ik wou geen ruzie met deze mannen zoeken. Dus we stapten het water in. Het verbaasde me dat ik kon ademhalen onder water. Ik pakte de leuning stevig vast. Telkens als we een trede betraden ging de vorige trede weg. We klommen steeds verder naar beneden en het begon donker te worden. Uiteindelijk stapten we de bodem van de zee op. We zwommen een paar honderd meter. Toen kwamen we een haai tegen. We gingen achter een rots maar de haai had ons drieën gezien. We zwommen razendsnel verder maar dat deed de haai ook. Hij hapte naar ons maar we waren net een tikkeltje sneller. Uiteindelijk waren we de haai kwijtgespeeld en kwamen we aan bij een ruïne dat een kasteel moest voorstellen. Onder de poort hing een roesten bordje, maar je kon nog net de letters lezen die erop gegrift waren. Er stond: "Moana's Oceankasteel".

Ik had Arthur en Amber al over Moana horen spreken. Ze hadden niet veel goeds toen gezegd. Ze was trouwens de koningin van Kronendal. We liepen door een smalle gang die leidde naar een troonzaal waar een gammele troon stond. Op de troon zat niemand maar ik wist zeker dat de troon van Moana was. Er kwamen Meermannen van links en rechts aanzwemmen. Er waren Meermannen met dienbladen en er droeg vier Meermannen een tafel. En toen zag ik een beeldschone vrouw. Haar zwarte haren waren in vlechtjes gevlochten. Haar huid was gebruind. Moana had een bloem in haar haar. Ze had een staart met blauwe vinnen. De vinnen glommen in het weinige licht van de zon. Sommige vinnen waren verkleurd en hadden een groene kleur gekregen. De Zeemeermin droeg een zalmroze topje. Ze zwom naar haar troon die gemaakt was van koraal. Ze klom erop en keek naar het groepje op de achtergrond. "Kom maar naar voren!" riep ze door de zaal. Het geluid weergalmde. Ik schuifelde naar voren. De Meermannen waren vertrokken naar de keuken die rechts in het gebouw lag. "Wat komt u hier doen," vroeg de koningin van Kronendal. "De Meermannen hebben me naar hier geleid," zei ik kordaat. "Hebt u misschien de wetten van Kronendal overtreden?" vroeg ze. Ik gaf geen antwoord maar ze had haar volgende vraag klaar: "Bent u misschien door het portaal gegaan?" Ik knikte. "U weet toch dat dat niet mag. Of waren mijn wachters niet duidelijk genoeg?" zei ze. Ik excuseerde me. "Ga je me in de kerkers gooien?" vroeg ik angstig.

Fyrheim (DUTCH)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu