Droom

117 8 0
                                    

Met de taxi rijden we terug naar huis. Als we daar eenmaal zijn, pakken we onze spullen en rennen bijna naar binnen. Binnen treffen we een slapende Ashton en een gamende Michael. Het is al kwart over 8 's avonds en Ashton slaapt al weer. Michael heeft ons nog niet door. Wij kijken elkaar aan. Allemaal denken we hetzelfde. We laten onze koffers tegelijkertijd vallen. Michael kijkt verschrikt op en Ashton schrikt wakker. 'Jullie hebben wat uit te leggen' zegt Luke. 'Inderdaad' zegt Calum. 'Jongens, het spijt ons. We hadden iets moeten zeggen' zegt Ashton. 'Het is echt een domme fout'. 'Oké, maar waarom laten jullie ons het achteraf dan niet weten'? vraag ik. 'We..... We waren te moe' zegt Michael. Ik kijk Michael en Ashton aan. Allebei staren ze naar de grond. 'Je liegt' zeg ik. 'Ik was gewoon een beetje boos en toen besloten we jullie morgen te bellen' zegt Ashton. 'We hebben jullie gebeld. Konden jullie niet eens opnemen'? vraag ik. 'We hebben onze telefoons uitstaan' zegt Michael. Ik wil wat zeggen, maar Luke is mij voor. 'Laten we maar gaan slapen, dan praten we morgen wel weer verder' zegt Luke. 'Prima' zegt Michael. Wij pakken onze tassen en nemen ze mee naar boven. We gaan in bed liggen. Het duurt even voordat ik slaap val, maar uiteindelijk slaap ik dan toch.

Ik sta in de tuin van de jongens. Emma zit naast mij. 'Hoe gaat het'? vraagt ze. 'Ik mis je zo' fluister ik. Ik voel de tranen alweer in mijn ogen staan. 'Niet huilen' zegt Emma. Ze geeft mij een knuffel. 'Je moet iets voor mij doen' zegt ze. 'Ik doe alles. Wat je maar wilt' zeg ik. 'Ik maak me zorgen om Ashton'. 'Ja, vind je het gek! Hij is er helemaal kapot van'! 'Hij moet weer zichzelf zijn. Ze hebben binnen kort een tour en ze hebben nieuwe songs nodig! Ashton kan dat als geen ander'! zegt Emma. 'Ho, wacht even. Een tour'? 'Laat maar. Je moet er voor zorgen dat Ashton weer zichzelf word'. 'En hoe doe ik dat'? 'Dat is aan jou, lieverd'. Ik kijk naar lucht. Het begint te sneeuwen! 'Sluit hem op in de studio ofzo' zegt Emma lachend. 'Hebben ze hier een studio'? 'Ja, hier de trap af en dan aan de linkerhand'. 'Thanks'. Ik sta op en loop de richting op die Emma zei die ik op moest gaan. Ik begin het al aardig koud te krijgen. Ik loop hier in een pyjama broek en een hemdje. Onder aan de trap zie ik een deur. Ik maak de deur open en zie inderdaad een studio. Ik doe de deur weer dicht en loop terug waar ik net zat met Emma. Emma is er niet meer. Ik struikel en ben te moe om op te staan. Ik blijf liggen en sluit mijn ogen. Voor ik het weet slaap ik.

P.O.V. Luke

Ik word wakker en wil Mia naar mij toe trekken, maar er ligt niemand. Haar mobiel ligt nog op het kastje, dus ze is niet naar beneden. Misschien is ze op de wc. Ik kijk naar de badkamer deur die open staat. Mia is daar dus niet. Ik loop naar beneden. Iedereen slaapt nog. Buiten ligt zelfs sneeuw. Achter mij hoor ik iemand van de trap af komen. Ik draai me om en hoop dat het Mia is, maar het is Calum. 'Alles oké'? vraagt hij. 'Ik heb geen idee waar Mia is' zeg ik. Ik ga voor het raam staan en Calum komt naast mij staan. 'Misschien is ze even naar huis'? 'Nee, dan had er wel een briefje gelegen'. 'En haar telefoon'? 'Ligt nog boven'. 'Wat is dat daar'? 'Waar'? 'Onder de sneeuw'. Calum wijst naar een hoopje sneeuw. Er ligt iets roze in. De kleur van de pyjama broek van Mia. 'Dat lijkt op de pyjama broek van Mia'! zeg ik. 'Shit'! zegt Calum. Ik maak de deur open en ren naar buiten met Calum achter mij aan. Ik laat mij in de sneeuw vallen en begin de sneeuw rondom het roze weg te vegen. Calum helpt mij mee. Langzaam zien we de vorm van een persoon. En dan komt het gezicht. 

The girl from the libraryWhere stories live. Discover now