De junkie die altijd verkouden is

4 0 0
                                    


Die middag raapte ik al mijn moed bij elkaar en kwam naast mijn tante op de bank zitten terwijl ze een tijdschrift las.

'Hoi,' begon ik voorzichtig. 

Ze keek op met een blik alsof ze zich afvroeg hoe erg ik in de problemen zat.

'Hé, die vriend van Avani, hè... Weet u misschien wie dat is?' Ik was zo geïmponeerd door mijn oom en tante dat ik ze af en toe per ongeluk met 'u' aansprak; iets wat ik bij niemand anders deed.

Mijn tante sloeg fel haar tijdschrift weer open. 'Je was er toch bij vanochtend, dom kind? Ik weet niets van hem.'

Ik was even van mijn stuk gebracht door het 'dom kind.' Mijn tantes humeur was er niet op vooruit gegaan door alle gebeurtenissen.

'Maar u weet zijn naam, toch?' ging ik dapper verder. 'Wat was het ook alweer? Je zei wat tegen hem en toen zei je zijn naam.'

'Dat heb je je verbeeld.'

'Hij weet uw naam,' zei ik. Ik dacht slim te zijn. 'Hij zei dat ik niet tegen u mocht zeggen dat ik hem vannacht gezien had.'

Mijn tantes neusvleugels sperden open. 'Wat zeg je nou?'

Oeps. Ik deed alsof ik mezelf niet versproken had. 'Dus jullie kennen elkaar wel.'

'Vooruit,' gaf mijn tante toe, 'ik heb hem wel eens gesproken. Ik geef toe dat hij hier was vannacht. Hij heeft geen vaste slaapplek en ik heb toegestaan dat hij af en toe bij Avani logeerde. Nu ze–... weg is, kon ik hem niet zomaar op straat laten slapen. Maar zeg hier niets over tegen Bernard. Hij wil geen junkies in zijn huis.'

Ik schrok. 'Is hij een junkie?'

'Vast,' snoof mijn tante.

Dat was verdacht. Junkies konden gekke dingen doen. Ik pulkte nadenkend aan mijn nagel. 'Maar...'

'Hè, wat nu weer? Waarom heb je zoveel vragen?'

'Ik wil hem wat vragen over Avani. Ik wil weten of hij weet waarom ze zelfmoord pleegde. Weet jij misschien waar ik hem kan vinden?'

'Zeer zeker niet.'

Nerveus haalde ik mijn vingers door mijn haar. 'Ik kan niet zo goed meer slapen sinds ze weg is.'

Mijn tante liet haar krant zakken. 'Heb jíj mijn slaapmiddel gebruikt?'

'Nee,' antwoordde ik verbaasd.

Ze wuifde het weg. 'Nee, ik vergis me, dat was al voordat het gebeurde. Wil je dat we een therapeut bellen?'

'Nee,' zei ik gauw, 'nee, nee. Ik dacht alleen dat het misschien zou helpen om met die gozer te praten.'

'Die gozer heet Duncan,' reageerde mijn tante snibbig.

Duncan... Onthouden. 'Vindt u het goed als ik met hem praat? Ik neem een vriendin mee. Ik doe geen drugs, ik zweer het. We weten allemaal wat er met Sid Vicious gebeurde.'

Mijn tante slaakte een dramatisch diepe zucht. 'Zeurkous. Zijn adres hangt op de koelkast.'

'Wat?' Meende ze dat nou?

Zo gauw ze me naar de keuken wuifde, kwam ik erachter dat ze het inderdaad meende. Er was iets heel vreemds aan dat adres daar middenop de koelkast, maar ik kon niet precies zeggen wat...

'Ze had zijn adres op de koelkast hangen?' herhaalde Sam verbijsterd toen ik haar over de telefoon triomfantelijk vertelde over mijn vondst.

'Ja! ik moest wel even zoeken, er hangt daar zoveel.'

Het lijk op zolderWhere stories live. Discover now