New Girl: Hoofdstuk 2

616 27 6
                                    

Ik zit in de auto, mijn moeders vriend draait zich naar mij om en zegt: 'heb je er zin? Ga je eindelijk naar je vader!' zegt hij met een stomme grijns op zijn gezicht. Ja oliebol, ik kan niet wachten totdat ik bij jou vandaan ben. Maar ik zeg niks. Pieter, zo heet die aardappel, is al drie jaar het vriendje van mijn moeder en is aan zijn gezicht te zien heel blij dat ik weg ga. Hij heeft zelfs al meerdere keren aan mijn moeder voorgesteld of het niet beter is als ik een 'tijdje naar mijn vader ga'. Ik snap gewoon niet waarom niet waarom hij mij zo aardig vindt, want ík heb duidelijk laten zien dat ik hem níet aardig vind. Hij is zo'n bemoeial.

Na nog geen jaar verkering trekt hij bij ons in en hij bepaald al meteen de stand van zaken in ons huis. Maar mijn moeder is gelukkig met hem. En dat zal ik nou maar moeten accepteren. Ze passen goed bij elkaar. Allebei van die saaie types.

Mijn moeder neemt de afslag naar Maastricht Airport en parkeert de auto op de parkeerplaats. Zij en Pieter helpen me met mijn spullen te dragen en we lopen met z'n drieën naar de goede gate. Ik zit mijn grote koffer neer en ga er op zitten. Mira zal er zo wel zijn, want haar moeder werkt hier, dus ze vaak al op de vroege morgen bij het vliegveld, omdat ze het leuk vindt om haar moeder te helpen.

'Dacht je nou echt dat we je niet zouden komen uitzwaaien?' roept een stem van ver weg. Ik draai me om, maar Mira is al bij me. En verrassend genoeg wordt haar omhelzing gevolgd door die van Tim! 'Wat doe jij nou hier?! Je moest toch voetballen?' vraag ik verrast. 'Het team kan me wel ren keer missen, ik moest je gewoon een keer voor het echt uitzwaaien!' zegt hij lachend.

We kletsen nog even, totdat mijn moeder zegt dat ik in de rij moet gaan staan bij de gate. Ik omhels hun beiden stevig en we maken een klein kringetje en ik fluister ze toe: 'ik probeer zo snel mogelijk te Skypen, whatsappen, bellen, wat dan ook: ik houd jullie op de hoogte!

Ik laat ze los, ze zwaaien en draaien zich om. Ik kijk ze na tot ze helemaal weg zijn. Dan wend ik me tot mijn moeder. Ik omhels haar en zeg: 'houd je taai daar oké?' Dan pas zie ik dat mijn moeder huilt. 'Je hoeft niet te gaan.' zegt ze snikkend. 'Ik weet het, dus ik kan altijd naar huis komen?' 'Altijd.' zegt ze. Ik knuffel haar nog een keer en ze geeft me een kus op mijn kruin. 'Doe je vader de groeten van me,' zegt ze nog. 'Doe ik.' antwoord ik.

Dan loop ik naar Pieter. 'Zorg je goed voor mijn moeder?' vraag ik hem. 'Natuurlijk.' zegt hij met een oprechte glimlach. 'Fijn.' antwoord ik stroef. Ik sta op het punt om weg te lopen, maar hij trekt me snel terug voor een omhelzing. Ik omhels hem terug. Soms valt hij wel mee.

'Veel plezier daar.' zegt hij snel. 'Dank je, het lukt wel.' lach ik hem toe.

Snel sluit ik aan in de steeds kleiner wordende rij voor de gate en uiteindelijk mag ook ik mijn papieren laten zien en mag ik het vliegtuig in. Ik zwaai nog een keer en loop door de slurf het vliegtuig in. Als ik op mijn stoel zit, beginnen de tranen vanzelf te vloeien. Ik controleer de tijd. Binnen een uur sta ik weer op de grond en dan ben ik op weg naar mijn nieuwe thuis.

New GirlWhere stories live. Discover now