Hoofdstuk 39

1K 63 0
                                    

'Ik kan niet geloven dat we echt kleding gaan kopen terwijl we op de vlucht zijn.' Moppert Dakota als we een klein stadje binnenwandelen. 'Wil je dan liever in dat rondlopen?' Vraag ik en gebaar naar zijn gescheurde kleding. Dakota haalt zijn schouders op. 'Ik heb er geen last van.' Zegt hij dan. 'Maar wij wel. Kleding kopen dus.' Zegt Sophia en duwt hem voor zich uit. 'Oh, kom op. Jullie kunnen me niet eens zien.' Roept Dakota uit. 'Maar we ruiken het wel.' Vuurt Sophia terug. Ik schiet in de lach en haal onopgemerkt de portemonnee uit de kontzak van een rijk uitziende man. 'Dat kan je niet maken.' Zegt Dakota ongelovig als hij ziet wat ik heb gedaan. Deze keer haal ik mijn schouders op. 'Hij zag er rijk genoeg uit. En we moeten de kleding toch ergens van kopen?' Zeg ik en loop zonder verder te discusseren de eerstvolgende kledingwinkel binnen. Dit gaat nog leuk worden.

Anderhalf uur en veel gepas later loop ik tevreden de winkel uit. Dakota loopt chagrijnig achter me aan. 'Kom op, dat was toch zo erg nog niet?' Vraag ik opgewekt. 'Je stond een kwartier lang te twijfelen of je die broek nou in het zwart of grijs moest kopen en uiteindelijk heb je hem helemaal niet gekocht!' Roept Dakota uit. Ik leg mijn hand op zijn schouder. 'Dat, mijn vriend, heet shoppen. En die zwarte jeans waren nou eenmaal veel leuker.' Zeg ik dan. Sophia schiet in de lach en komt naast me staan. 'Eindelijk nieuwe kleding. Weet je wel hoe fijn dat voelt?' Zegt ze. Ik knik. 'Ik snap hoe je je voelt. En daarom heb ik nog extra kleding ingeslagen.' Zeg ik en houd vier rugzakken omhoog. Dakota's ogen worden groot. 'Hoeveel heb je wel niet gekocht?' Vraagt hij. 'Genoeg om twee weken elke dag een compleet andere outfit aan te doen.' Zeg ik glimlachend. Dakota slaat met zijn vlakke hand tegen zijn voorhoofd. 'He, deze kleren zijn in ieder geval praktisch.' Zeg ik gebarend naar ons vieren. Dakota draagt een donkerblauwe spijkerbroek, een grijs T-shirt met een wolf er op (hoe ironisch), zwarte Nikes en een zwarte nepleren jacket. Ben draagt precies hetzelfde als Dakota alleen dan in een verkleinde versie. Sophia draagt een blauwe jeans met een zwart T-shirt, een houthakkers blouse en ook zwarte Nikes. Uiteindelijk koos ik voor een zwarte jeans, een zwart hemdje, een bordeauxrood vest en net zoals de anderen zwarte Nikes. Misschien niet de beste of mooiste kleding combinaties maar dit waren de enige kleren die niet syntetisch waren, veel zakken hadden, comfortabel zijn en niet heel erg opvallen. 'Eigenlijk moeten we ook iets aan jullie haar doen. Het wordt echt heel lang.' Zeg ik gebarend naar Dakota en Ben en steek mijn hand uit naar Dakota's haar. Meteen slaat hij mijn hand weg. 'Niemand komt aan mijn haar.' Zegt hij waarschuwend. Ik schiet in de lach en geef iedereen een rugzak. 'Oké, niemand komt aan je haar maar werk alsjeblieft even mee met dit. Iedereen krijgt zijn eigen rugzak. Iedere rugzak is al voor een kwart gevuld met back up kleding en tweehonderd euro. Daarvan kan je zometeen het broodnodige van kopen. Koop geen overbodige luxe want we zullen dit geld in de toekomst misschien hard nodig hebben. Koop al helemaal geen telefoon want hoe handig het ook lijkt als communicatiemiddel vergeet niet dat Carlos en de anderen ons daarmee kunnen traceren. Koop dus vooral spullen die in de wildernis van pas komen, zoals water en kant en klare maaltijden want ik kan niet garanderen dat elke jacht succesvol is of dat er overal zoet water te vinden is. Oké?' Leg ik uit. De rest knikt. 'Misschien is het handig dat ik met Ben ga en jij met Sophia.' Zegt Dakota en ik snap wat hij bedoelt. Als extra ogen. Ik knik maar Sophia schud haar hoofd. 'Ik ga wel met Ben. We redden ons heus wel. Vergeet niet dat we hiervoor ook twee jaar lang zonder hulp hebben overleefd.' Zegt Sophia als ze ons ziet twijfelen. 'Goed dan. We zoeken jullie wel weer op als we klaar zijn.' Zeg ik. Maar voor we de kans krijgen om ons überhaupt op te splitsen klinkt er een ijzingwekkende gil. Een vrouw komt onder het bloed het stadje in gestormd. 'Ulv.' Krijst ze en haar ogen stralen pure paniek uit terwijl ze door het stadje stormt. De mensen menigte wijkt angstig uiteen en een paar meter verderop zakt de arme vrouw in elkaar. Geschrokken ren ik op haar af en kniel bij haar neer. De vrouw haalt zwaar adem en met beide handen omklemt ze mijn pols. 'Ulv.' Gorgelt ze voor haar ogen in haar kassen wegdraaien en ze haar laatste adem uitblaast. Ik weet niet veel van Deens, maar helaas verstond ik dit wel. Wolf. En dit was geen gewone wolf. Dit was een woedende wolf die ons een waarschuwing gaf. En wij zijn de volgende.

Daughter of A Vampire, Son Of A Werewolf (DUTCH)(GEEN TWILIGHT FANFICTIE)Where stories live. Discover now