Er moet een eind aan komen

127 9 1
                                    


'Pap, doe het niet, het word steeds meer zichtbaar!' Ik huil. 'Je verdient dit!' Pap kijkt woedend. Ik doe hem nooit wat! 'Alstublieft!' Ik begin harder te huilen. 'Dit verdien je!' Hij spuugt de woorden uit. 'Maar ik heb niks gedaan!' Ik schrik van mijn woorden. 'Dat neem je terug!' Hij geeft een trap tegen mijn ribben. 'Pap?!' Ik adem onrustig. 'Rot kind!' Een stoot tegen mijn oog. 'Pap!' Ik kan alleen maar huilen. 'Hou je kop!' Een trap tegen mijn knie en mijn oog begint dik aan te voelen. 'Pap, alstublieft?!' Ik hoest bloed op. 'Ik heb geen medelijden met je, bitch!' Zo noemt hij me vaker. 'Pap, hou op!' M'n vader kijkt woedend. 'Jij doet mij ook pijn!' Hij spuugt de woorden in mijn gezicht. 'Niet waar!' Als ik me nu niet tegen hem opzet doe ik het nooit. 'Wat zei je?' Zijn stem klinkt kalm. Dat is misschien nog wel het engste. 'Je hoorde me wel!' Ik schrik van mezelf. Z'n paar seconden later voel ik een trap in mijn maag. 'Pap, stop! Alstublieft!' Hij kijkt woedend. Hij zwaait zijn voet naar achter en zwaait hem hard tegen mijn gezicht aan. Voor mijn ogen word het zwart...

Anne open haar ogen. Hyperventilerend en badent in het zweet komt ze overeind. Het was maar een droom. Maar ze wil niet meer. Er moet een eind aan komen. Niet aan dit kamp, niet aan de vriendschap met Roos en Finn, niet met wat ze heeft met Sem, maar haar leven. Deze droom zette de knop om. Als het nu niet gebeurt, loopt ze er te lang mee rond. Maar hoe gaat ze het doen? Ze denkt aan het meer, waar ze gister samen met Sem zat. Anne wurmt zich uit haar slaapzak. Ze staat op en loopt naar de bossen waar het meer achter ligt. Sem komt ook overeind. Anne had hem niet gezien. 'Anne? Wat ga je doen?' Ze begint te rennen. Sem trekt een sprintje achter haar aan. Ze springt in het water en dwingt zichzelf onder te blijven. 'Anne!' Sem schreeuwt, en je hoort een brok in zijn keel. Sem trekt Anne snel het water uit. Ze spuugt water uit en hoest. 'Anne? Wat deed je?' Je ziet de tranen in zijn ogen. 'Ik wilde het niet meer.' Ze begint huilen. 'Wat niet meer?' Sem snapt het pas als hij de woorden uit zijn mond heeft geperst. 'Het ging niet om jou. Maar ik kon het niet meer.' Anne hoest. 'Maar ik wil niet zonder je.' Sem huilt. Anne heeft hem nooit zien huilen. 'Het spijt me...' Anne huilt net zo hard als Sem. 'Ik kon niet meer.' Weer zegt ze dat, maar Sem knikt. 'Ik vind het zo erg voor je,' zegt Sem harder als de bedoeling was. 'Anne? Sem? Finn, Anne en Sem zijn weg!' Roos gild hard. Sem legt zijn armen onder Anne's knieën en rug en tilt haar op. Hij zet kleine snelle stappen naar de slaapplaats. 'Daar zijn ze!' Finn rent naar hen toe. 'Wat is er? Zijn jullie wezen zwemmen?' Roos kijkt verbaast. Sem legt Anne op zij. Slaapzak, zodat die van haar niet nat word denkt ze. 'We gingen niet zwemmen,' zegt Sem. Anne hoest. 'Wat dan?' Finn kijkt geschokt. 'Ze wilde er een einde aan maken.' Roos en Finn schrikken, wat erg begrijpelijk is. 'Ik kon het gewoon niet meer.' Anne staat op. Ze hoest en spuugt nog wat restjes water uit. 'Waarom niet? Wat is er gebeurt dan?' Roos klinkt geschrokken. 'Weet Roos het nog niet?' Sem kijkt op. Anne knikt. 'Wat weet ik nog niet?' Roos praat kalm. 'Wat weet jij wat wij niet weten?' Finn kijkt naar Sem. 'Ik wil het niet vertellen.' Het is een paar seconden stil. 'Ik ben er straks toch niet meer, dus dan heeft het toch geen nut.' Het klinkt levenloos. Anne begint te lopen. Sem wil Anne tegenhouden. 'Hou me niet tegen,' zegt Anne kalm. 'Maar Anne-' Anne onderbreekt Sem. 'Het spijt me.' Ze loopt door. Roos begint te snikken. Finn slaat zijn armen om Roos heen. 'Dit laat ik niet gebeuren!' Sem wil naar het meer lopen. 'Misschien moeten we haar laten doen?' Sem kijkt naar Finn. Roos rukt zich los en kijkt boos naar Finn en slaat hem in zijn gezicht. 'Ze doet het echt hoor, als we er niks tegen doen dan!' Sem begint richting het meer te lopen. Door de bossen heen. Daar is het meer. Anne ligt onderwater. 'Anne?!' Sem snelt zich naar het meer en trekt Anne er snel uit. 'Schaam je je nou niet nu je dit gezegd hebt?!' Roos en Finn hebben ruzie. 'Anne!' Sem drukt op haar borst. Twee keer. Drie keer. Vier keer. Ze hoest en spuugt het water uit. 'Het spijt me, An. Maar we kunnen je niet laten gaan.' Anne kucht even. 'Ik moet sorry zeggen.' Anne omhelst Sem. Hij kust Anne op haar lippen. 'Ik hou van je, An.' Ze bloost. 'Ik ook van jou.' En nog een keer voelt ze Sem zijn zachte lippen op die van haar.

'Het spijt me dat jullie door mij een dag vertraging hebben.' Sem kijkt om, wat niemand zou doen omdat Anne zich aan het omkleden is. Sem schrikt even. Anne haalt haar schouders op. Ze staat in haar Bh en een droge broek. Ze wilde toch vragen of iedereen zich wilde omdraaien, om haar armen te laten zien. 'Willen jullie je omdraaien?' Anne' stem klinkt schoor. 'Maar dat maakt niet uit, we zijn blij dat je er nog bent.' Anne bloost. Finn en Roos draaien zich om. 'Vraag maar niks, ik leg alles uit.' Iedereen knikt maar kijkt heel erg geschrokken. 'Ik word thuis mishandelt, vooral door mijn vader, en soms door mijn moeder. En ik mocht het niet vertellen aan wie dan ook. Wat ik nu wel gedaan heb. Dus als ik naar huis ga, en ze komen er achter.' Anne haalt even diep adem. 'Zullen ze me doden.' Ze kan wel verder vertellen, maar dit is heel het verhaal. Ook al is het best wel wat. Anne trekt een droog shirt aan. 'Moeten we je ouders niet aangeven?' Finn kijkt meelevend. 'Dat durf ik niet.' Roos omhelst Anne. 'We gaan het met de leraren bespreken als we terug zijn,' zegt Sem beslist. 'Maar-' Sem onderbreekt Anne. 'Ik weet dat het eng is, maar het moet!' Anne knikt.

{Ik wil m'n hoofdstukken wat langer maken, en ik begin daar nu mee!:)}
{Tips? Laat ze achter! En leuke comment? Altijd welkom! Een stem? Smash hem op het sterretje! Kusjes xxx}

Niemand mag het wetenWhere stories live. Discover now