Hoofdstuk 1

16.2K 394 82
                                    

Pov Harper.

Ik wordt wakker door het geschreeuw van mijn moeder.

Mijn ogen schieten open en kijk naar mijn wekker waar er in kleine rode cijfers staat.

5 u 43

Ik kreun lichtjes en stap dan uit bed, ik neem een blauwe jeans uit mijn kast en een simpele zwarte t-shirt met lange mouwen.

Helemaal vergeten, ik ben Harper. Ik ben 18 en juist klaar met school, het is nu ergens in de tweede week van de zomer vakantie.

Je vraagt je vast af, als het zomer is waarom draagt ze dan lange mouwen en een lange broek?

Dat is heel simpel, ik sta vol met blauwe plekken en striemen.

Je kan het waarschijnlijk al raden, ik ben Harper en wordt thuis mishandeld door mijn ouders.

Vroegers was ik gelukkig, we waren een hecht gezin.

Maar alles veranderde een paar jaar geleden toen mijn moeder een alcohol verslaving kreeg.

Mijn ouders hadden wel elke dag ruzie, mijn vader was woudende toen hij er achter kwam dat ze me sloeg.

Hij was kwaad en wist niet meer wat te doen dus begon hij ook maar te drinken.

Ik vond het belachelijk wat hij deed, hij was vroeger zo woedend en nu was hij de gene die me elke dag vijf of meer blauwe plekken gaf.

Ik liep angstig naar beneden waar ik mijn moeder zag zitten aan de keukentafel.

"Jij!" Spuugde ze.

"Waarom staat mijn ontbijt nog niet klaar!" Brulde ze.

Ik slikte en snelde naar de keuken waar ik een paar eitjes wou pakken en brood wou roosteren maar daar was ze het niet mee eens.

"Hoe durf je verdomd kreng." Zei ze woest terwijl ze alle twee de eieren kapot sloeg in mijn gezicht en alsof dat niet genoeg was kwam een rochel speeksel ook in mijn gezicht terecht.

Ik trok een vies gezicht en tranen vormde zich achter mijn ogen, ik wou niet huilen.

En zeker niet voor haar.

Ik ging verder en stak de tooster aan en paktje een paar nieuwe eitjes.

Waneer ik even bekomen was van alles en wat ei uit mijn gezicht had gehaald ging mijn timer af, maar alsof mijn ochtend nog niet zwaar genoeg was kwam mijn vader boos naar beneden gelopen.

"Kan je niet wat stiller zijn." Hoorde ik hem boos zeggen.

'Het spijt me.' Mompelde ik.

"Hou je mond!" Schreeuwde hij.

Ik draaide me snel om naar de broodjes die nog net niet verbrand waren.

Ik hoopte dat ze niet te boos zouden zijn over de broodjes, het was maar iets dom maar voor hun is dat al weer de beste reden om me te slaan of verrot te schelden.

Ook al had ik een klein gebitje gemaakt was mijn vader inderdaad niet zo blij.

"Als jij ons verbrande dingen geeft zal ik je hetzelfde geven!" Schreeuwde hij terwijl hij me aan mijn haren terug mee trok naar de keuken, hij pakte de pan met de eieren van het vuur en drukte mijn hand tegen de kookplaat.

Ik schreeuwde het uit van de pijn en probeerde er alles aan te doen om mijn hand los te krijgen.

Na een paar seconden liet mijn vader me los en ik snelde naar de kraan waar ik mijn hand onder koud water hield en verder huilde van de pijn.

Een paar blaren waren al zichtbaar op mijn hand en ik probeerde zo voorzichtig mogelijk zalf aan te brengen zonder mezelf nog meer pijn te doen.

______

Met een stevig verband rond mijn hand liep ik de deur uit op weg naar het bos.

Het bos was de enige uitweg voor alles.

Hier was ik even verlost van de pijn.

The saving alphaDonde viven las historias. Descúbrelo ahora