Waar het allemaal begon

120 9 1
                                    

Ik ben veertien jaar en zit in de brug klas. Hier begint alles, elke les zat ik alleen en niemand wil met praten. Ze mogen me niet, ze pesten me en schelden me uit voor homo, gay, flikker en meisje. ook zeggen ze dat ik beter dood had moeten zijn, dat niemand me mag of als je nooit geboren was zouden je ouders zoveel gelukkiger zijn. Alles wat ze zeggen doet me pijn, maar mijn klasgenootjes zijn niet de enige die mij pesten zelfs de docenten  noemen me homoseksueel. Ze noemen me niet eens meer bij mijn voor naam maar als ze me roepen ze homo.

Als je denkt dat dit al erg is, het kan nog veel erger. Elke dag als ik naar huis wil, wordt ik in elkaar geslagen door Jochem en zijn vrienden. Iedereen kijk erna en doet er niks tegen hoe ik in elkaar wordt geslagen. Elke dag kom ik thuis met een Bloedneus, gekneusde ribben, kapotte kleding en helemaal onder het spuug. 

Een normaal kind vindt het fijn om thuis te zijn. Ik niet hoor, want als je denk dat ik al zwaar wordt mishandeld op school dan weetje nog niet hoe het bij mij thuis is. Ik ben nog niet binnen en ik hoor me moeder alweer naar me schreeuwen, Kevin waarom ben je niet gewoon dood, weetje wat me grootste fout is, dat ik niet voor abortus heb gekozen toen het nog kon. Als ze der zegje heeft gedaan loop ik met pijn in me hart naar me kamer. Gelukkig is mijn Vader nog niet thuis. Ik ga snel me bed in even slapen. Ik schrik wakker van een harde klap, het is weer zover. Het is 23:00, me moeder gooit mijn kamer deur open en schreeuwt ze moeten je maar een keer vermoorden Kevin. 

Als ze dan weer weg is en ik weer verder probeer te slapen. Komt me vader binnen, die weer is teveel gedronken heeft. Hij komt op me af en zegt helemaal niks. Als hij dan bij mijn bed is, krijg ik gelijk een beuk in me buik, daarna slaat hij me in me gezicht. Hij blijft zolang door slaan tot dat ik flauw val. Ik kom weer bij, het is 02:38, ik heb knallende koppijn en me gezicht zit onder het bloed. Zachtjes loop ik naar mijn wastafel, in de spiegel zie ik dan mijn hele gezicht dik is en onder het bloed zit. Ik spoel het bloed af en loop zachtjes naar me bed. Hopelijk hebben ze me niet gehoord, anders word ik zo weer in elkaar geslagen. 

Ik durf niet meer te slapen dus ga ik zachtjes muziek luisteren. De tijd gaat snel voorbij, want het is alweer tijd om me om te kleden. Wat zal ik eens aantrekken, al mijn kleren zijn kapot of te klein. Ik kies het minst kapotte zetje kleding. Als ik naar school fiets zie ik mijn pesten koppen alweer voor de school staan. Langzaam fiets ik naar de poort, maar iemand houd me tegen. 

Ik kijk achter om, het is me vader hij slaat me heel hard tegen me rug aan. Ik val van mijn fiets af, ik lig nog niet op de grond of hij begint me al te trappen. Als hij eindelijk is gestopt, gaat de bel en ben ik weer te laat. Rustig loop ik het school gebouw binnen en als ik binnen ben ga ik snel naar de wc om al het bloed van me gezicht af halen. Dan naar het wiskunde lokaal waar mijn klas nu les heeft. Gespannen doe ik de deur open en ja hoor ze kijken me allemaal aan en lachen me uit. Snel ga ik op me plek zitten, pak mijn spullen en ga mijn huiswerk maken. 

Het is gek maar vandaag voelt anders dan alle andere dagen. In plaats van dat ik m'n Huiswerk maak en nergens aan denk, denk ik nu aan de dood. Dit is de eerste keer dat ik denk, misschien moet ik maar zelfmoord plegen en meteen denk ik dat dit niet de oplossing zou kunnen zijn.

De hele dag ging de gedachte dood door me heen, hierdoor ging de dag ook snel voorbij. Rustig loop ik naar me fiets en ik bereid mezelf al voor op de klappen die ik ga krijgen. Wat nu?!, Jochem en zijn groepje staan er niet. Misschien hadden ze wel gezien dat me vader me had geslagen en kregen ze medelijden. Wat de reden ook is, dat maakt niet uit. Vandaag word ik in ieder geval niet nog een keer geslagen. 

Ik heb geen zin om al naar huis te gaan en omdat ik met die rare gedachten zit ga ik voor de verandering maar naar het bos. Als ik het bos zie krijg ik een warm gevoel. Ik zet me fiets tegen een boom en doe de fiets op slot. Het bos is zo mooi, de bloemen staan in bloei, de bomen hebben de mooiste blaadjes en de zon schijnt. 

Dit verandert alles!Where stories live. Discover now