Hoofdstuk 6

1.3K 29 21
                                    

Met grote ogen van verbazing keek iedereen naar Sterre, die nergens op leek te reageren. Ze keken elkaar aan en twijfelden geen moment. In een treinsnelvaart rende ze naar haar toe, maar ze schrokken van een stem achter zich. 'Staan blijven!' schreeuwde hij. Met een ruk draaiden ze alle zes om, en zagen daar de man staan die voor alle ellende had gezorgd; Michaël. 'Rennen!' schreeuwde Marcel hard, en probeerden zo ver mogelijk van hem vandaan te rennen. Echt een plan hadden ze niet, en dus rende ze ieder een eigen kant op. Amber keek verwarrend om zich heen opzoek naar een uitweg, maar die was er niet. Waar ze ook keek zag ze bomen, dichtbegroeid bos, op de grote stenen muren van het doolhof. 'Waar moeten we heen?' schreeuwde ze uit angst, maar niemand hoorde het omdat ook hun wanhopig naar een uitweg zochten. Michaël hief zijn staf hoog in de lucht, en schreeuwde iets wat ze niet konden verstaan. 'Staan blijven had ik gezegd!' schreeuwde hij erachter aan, en met een klap kwam zijn staf weer op de grond, en veroorzaakte een enorme trilling. De enige die er geen last van leek te hebben was Sterre. 'We moeten iets doen!' zei Fabian hard, die een pijnlijke arm had door zijn val. Hij probeerde op te staan, maar merkte dat het niet lukte. 'Ik kan niet meer bewegen!' zei Appie bang, die het meest dichtbij hem lag. 'Kom op, probeer op te staan!' zei Pim, terwijl hij machteloos zich probeerde te bewegen. 'Het heeft geen zin.' zegt Michaël kalm, en kijkt de zes vrienden één voor één aan. Ze antwoorden niet, maar kijken hem enkel angstig aan. 'Jullie kunnen getuigen zijn, van de eerste en de laatste drager van de kroon van Anubis.' Hij hield even een pauze en keek naar de bange gezichten, waardoor hij gemeen glimlachte. 'Jullie dierbare vriendinntje Sterre is de gelukkige.' voegde hij er aan toe. Hij wendde zich tot Sterre, die nog steeds stil met de kroon in haar handen recht voor zich uit keek. 'Sterre..' zei Michaël. Ze keek op zonder iets te zeggen, met een nietszeggende blik.  'De kroon..' zei hij hard. Sterre's blik gleed naar de kroon, en ze gaf hem een klein knikje. 'Sterre niet doen!' schreeuwde Raphael, maar weer leek ze het niet te horen. Amber dacht aan wat haar te binnen was geschoten. Ze had ontzettende hoofdpijn en kraakte haar hersens. 'Jongens, we moeten opstaan, ik heb de oplossing!' zei ze hard. Iedereen keek haar verbaasd aan, maar Amber zei niks. Ze voelde haar armen weer licht, kon ze in een traag tempo weer bewegen. 'De magische cirkel!' zei Amber toen ze vragende gezichten keek. Het leek alsof Michaël's spreuk minder begon te worden, en beetje bij beetje konden ze zich weer bewegen. Hij keek geschrokken naar de zes die weer konden opstaan. Opnieuw sprak hij kwaad zijn eerder uitgesproken spreuk, maar het leek geen effect te hebben! Pim, Fabian en Marcel zaten ondertussen al op hun knieeën en steunden op hun handen. Ondanks dat het effect minder begon te worden was het enorm zwaar om op te staan. Raphael keek naar Sterre, en de tranen branden in zijn ogen. Ze mocht die kroon niet opzetten, het laatste wat hij wilde was haar kwijtraken. Sinds hij Sterre vanochtend weer in de ogen had gekeken wist hij weer hoe verliefd hij was, en al die jaren op haar was geweest. Bij zijn eigen gedachte slikte hij hoorbaar. Er was maar één manier om Sterre van die kroon te verlossen, maar één manier om haar tegen te houden, en maar één manier om haar leven te redden. Met al zijn kracht stond hij op, en iedereen keek hem met grote verbazing aan hoe hij dat had gedaan. 'DOE DE KROON OP! NU!' schreeuwde Michaël naar Sterre. Ze bracht de kroon naar haar hoofd toe, zonder tegenspraak. De steen op de kroon ging iedere seconde feller branden, en Michaël keek gespannen naar Sterre. Het moment waar hij zolang op had gewacht was bijna daar. 'STERRE!' schreeuwde Raphael, en rende naar haar toe. Hij rukte de kroon uit haar handen en keek even met een snelle blik naar zijn vrienden, die heftig hun hoofd naar hem schudde. Vanaf het moment dat ze de kroon had losgelaten leek Sterre uit haar trance ontwaakt te zijn. 'Het spijt me Sterre.' zei hij zacht. Voordat ze kon antwoorden zette hij de kroon op zijn hoofd. Hij begon te schreeuwen van de pijn en greep naar zijn hoofd. 'Raf!' zei Marcel bang, die eindelijk de kracht had om op te staan. De betovering bleek verbroken en ze konden allemaal opstaan. Ze wilde allemaal naar Raphael rennen maar Fabian hield Amber tegen. 'Wat is de oplossing?!' vroeg hij bijna huilend. Ook bij Amber brandde de tranen in haar ogen. 'De magische cirkel is geen voorwerp!' zei ze met een grote hap adem. 'Wij zijn de magische cirkel Fabian!' zei ze snikkend. Raphael zakte bijna op de grond van de pijn, en het voelde alsof zijn schedel op ontploffen stond. Sterre deinsde achteruit en keek verward om zich heen naar de chaos die gaande was. Ze keek naar haar vrienden, naar Maline die helemaal uitgeput nog steeds vast zat, naar Michaël, die zichtbaar minder energie had. 'Pak elkaars handen!' schreeuwde Fabian zo hard al hij kon. De andere pakte elkaars handen en twijfelde geen moment. Appie trok Raphael omhoog, waar ondertussen tranen over zijn wangen stroomden van de pijn. 'Vol houden Raphael!' zei Appie hard. Michaël keek verbrouwereerd naar de groep die elkaars handen vast pakken. 'NIET DOEN!' schreeuwde hij kwaad, maar ook zijn staf werkte niet meer, en hij kon niets tegen ze doen. 'We moeten een cirkel vormen om Michaël heen!' zei Amber. 'Goed, op drie.' zei Pim, en hij telde af. 'Een, twee, DRIE!' schreeuwde hij. Op zijn teken renden ze zo hard als ze konden naar elkaar toe, maar de kracht van Michaël was nog niet compleet uitgeschakeld, waardoor ze een tegenkracht hadden. Iedereen trok een pijnlijk gezicht, en het zweet stond van de inspanning op hun voorhoofd. 'Het lukt niet!' zei Marcel bang. 'Niet opgeven!' schreeuwde Sterre met tranen in haar ogen terug. Het waren Pim en Appie die allebei een hand van Raphael vasthielden en hem daarmee overind hielden, want hij kon ieder moment instorten. De handen van Marcel en Amber hadden elkaar bijna bereikt, maar Michaël deed alles om ze tegen te houden. De bol bovenop zijn staf begon groen te gloeien, en hij schreeuwde hard. 'Bijna!' zei Marcel krampachtig, en hij strekte zijn hand zo ver mogelijk uit, en had Amber's hand bijna, die hetzelfde probeerde. 'Kom op!' zei ze huilend. Ze grepen naar elkaars vingers, en daar was het moment. Hun handen kwamen samen, en de cirkel was gesloten. De gloed van de staf van Michël begon nu wit licht te geven in plaats van groen licht. Het koste enorm veel kracht om de cirkel compleet te houden, maar ze hielden stand. Heel langzaam zakte ze ineen, maar lieten elkaar niet los. 'Nog even!' zei Fabian, die zijn ogen samen geknepen hield door de pijn.  Michaël leek op te lossen in de lucht, en hij gaf nog een laatste kreet, maar zijn lichaam verdween. Het enige wat nog liet zien dat hij hier net was geweest was zijn zwarte cape. De kettingen die Maline vasthielden leken samen met hem te verdwijnen, en ze viel een stukje naar beneden. Ook de kroon ging in het niets op. Ze zakten in elkaar op de grond, en kreunde van de pijn. Langzaam opende ze hun ogen, en Fabian keek naar Amber. Hij stond op en knuffelde haar uitgebreid. 'Het is ons gelukt!' zei Appie blij, en hij deed een kleine dansje, en kreeg daarna een knuffel van Pim. Toen Pim opkeek zag hij iets wat hij liever niet wilde zien. Hij onderbrak Marcel en Appie die aan het dansen waren en wees naar een plek. Ze stopten meteen en keken naar Raphael, die doodstil op de grond lag. Iedereen werd stil en de tranen welden zich op hun ogen. Sterre rende huilend naar hem toe en knielde bij zijn bruine haren. Haar tranen vielen op de grond en ze prevelde zachtjes zijn naam. 'Raf, alsjeblieft..' zei ze zacht. Fabian rende ook naar hem toe en bukte. Hij pakte zijn pols en voelde met zijn vingers. Sterre keek hem aan, en zag in Fabian's ogen iets waar ze al bang voor was. Hij schudde zijn hoofd zachtjes, en legde zijn arm voorzichtig terug op de grond. Sterre begon nog harder te huilen en begroef haar gezicht in haar handen. 'Is hij..' zei Amber met een snik in haar stem. De woorden 'dood' kon ze niet over haar lippen krijgen. Appie sloeg een arm om haar heen, en ook hij liet tranen vallen. Het was doodstil, en iedereen stond om Raphael heen, alleen Sterre zat op haar knieeën bij zijn hoofd. Dit was haar schuld, hij had zijn leven gegeven voor haar. Als ze nu een moment meer had opgelet had hij dit niet hoeven doen. Ze opende haar ogen en haar zicht was wazig door haar tranen. Ze legde haar handen op zijn wangen, en wreef zachtjes met haar duimen. Ze haalde diep adem. 'Dit mag niet het einde zijn.' zei ze zacht. Bij deze woorden leken haar handen langzaam licht te geven, en uit het niets was er bries die door hun haren ging. Sterre keek naar haar handen, en zijn gezicht. Het enige waar ze aan dacht was aan alles wat ze hadden meegemaakt. Hoe ze verliefd op hem werd, de manier waarop ze zich altijd voor schut zette. Tenminste, dat had ze altijd gedacht. In werkelijkheid vond Raphael dat juist alleen maar lief. In een flist zag ze weer hoe hij haar voor de eerste keer had gezoend, en hoe ze ruzie hadden gekregen, maar ook hoe hij haar had gered van Morgana. En hij redde haar vandaag alweer. Het felle licht verblinde hun, maar Sterre staarde nog steeds naar zijn gezicht. Haar haren waaiden over haar schouders, en er verscheen een witte gloed om Raphael heen. 'Wat gebeurd er?' vraagt Appie die zijn handen voor zijn ogen houdt, om het licht af te schermen. 'Sterre haar gave..' zegt Pim zacht, en glimlacht. Het licht begint te doven, de bries vaagt weg, en de gloed om Raphael en Sterre haar handen verdwijnen. Voorzichtig haalt ze haar handen weg, en het blijft even akelig stil. Zijn wimpers bewogen, en langzaam kwam hij overeind. Een zucht van opluchtig ging door de groep, en ze omhelsde elkaar van geluk. Raphael steunde op zijn hand, en draaide zijn hoofd naar Sterre, die nog steeds op haar knieeën zat. Sterre gaf een gelukzalige glimlach. 'Sterre..' fluisterde hij zacht. 'Raf..' fluisterde ze terug. Ze omhelsden elkaar stevig, en tranen van geluk stroomden over hun wangen. Iedereen wilde Raphael dolgraag knuffelen, maar het zag er niet naar uit dat Sterre hem nog ging loslaten dus knuffelde ze elkaar om hun blijdschap te tonen. Maline wreef even over haar polsen en liep naar de rest toe. Marcel keek haar kwaad aan. 'Jij wist dat één van ons dood zou gaan!' zegt hij verwijtend. Het enige wat ze deed was knikken. Raphael en Sterre kwamen uit hun omhelzing. 'Jij wist het hé?' vroeg Raphael. Weer knikte ze. 'Ik wist dat jij de kroon zou opzetten, om het leven van Sterre te redden.' zei ze rustig. 'Waarom heb je het dan zo ver laten komen?!' vroeg Amber verontwaardigd. Maline nam een hap adem en liet even een stilte vallen. 'Ik wist ook dat Sterre's gave hem zou redden.' zei ze, en glimlachte. 'Daarom waren jullie degene die mij moesten helpen.' voegde ze aan haar verhaal toe. 'Zeg, nu alles voorbij is. Kunnen we naar huis?' vraagt Appie glimlachend. Maline glimlachte terug en lachte. Ze stak haar hand uit en Pim en Fabian namen hem aan. Ze keken de rest aan en die pakte ook hun handen vast. Sterre en Raphael stonden op, en sloten zich aan bij de kring. 'Het is tijd om te gaan.' zei ze terwijl ze glimlachend rond de groep keek. Door elkaars handen vast te pakken verdwenen ze op precies dezelfde manier als hoe ze hier heen gekwamen waren. Sterre keek nog even achterom. Ze voelde dat het goed zat met Luxor, Mathias, Johannes en Petrus. Ze glimlachte, dacht aan hun voordat ze voorgoed weg zouden zijn. Na enkele seconden waren ze verdwenen, niet opgelost in de lucht, maar op weg naar huis. 

Alle wegen leiden naar Anubis.Where stories live. Discover now