Hoofdstuk 10

2 0 0
                                    

Als Cameron buiten bij de GCPD staat merkt hij al wat voor een chaos het binnen is. Snel doet de commissaris zijn zwarte pak en blauwe das goed en hij loopt het oude gebouw binnen. Het verbaasde hem altijd hoe makkelijk hij hier naar binnen kon komen, zonder ondervraagd te worden door iemand. Camerons blik glijdt door het gebouw heen en hier en daar herkent hij gezichten. Maar er zijn veel onbekende personen. Dat komt niet alleen doordat Cameron hier al zo lang niet is geweest, maar ook doordat veel burgers nu naar de politie zijn gegaan voor hulp. Langzaam gaat Camerons hand naar zijn geweer, om te voelen of die nog langs zijn lichaam hangt. Ja hoor. Dan kijkt hij even of hij zijn badge bij zich heeft. Het glimmende ding hangt aan zijn riem, verschuilend achter zijn jasje. Dus hij kan zich identificeren. Dan loopt Cameron naar de plek toe waar hij altijd zat. Het bureau is nu ingenomen door iemand anders, die niet veel persoonlijke dingen heeft achtergelaten. Het bureau van Harvey staat ook nog op dezelfde plek en Cameron kijkt er even naar. Dan valt hem een foto op. Hij pakt het lijstje op en hij herkent gelijk de foto. Het was Camerons eerste bedrijfsfeestje en toen kwam Harvey erachter hoeveel de jonge detective kon drinken. Ze staan lachend op de foto en Cameron heeft zijn nek tattoos nog niet. Hij was hier nog maar een paar maanden geslaagd en hij wist nog helemaal niet wat er hem te wachten stond. Dan zet de bruinharige man de foto terug die hij heeft opgepakt. Zijn oog valt op een jongeman die naar de plek toe loopt waar hij staat. Hij loopt samen met een oudere man, grijs haar en in pak. De jongere heeft zwart haar en hij heeft nette kleren aan. "Bruce Wayne." Zegt Cameron zachtjes als hij de jongen herkent. In Metropolis was hij vaak te zien op het nieuws, omdat hij toch wel de prins van Gotham is. Het tweetal loopt achter Cameron langs, naar het kantoor van de kapitein. Dan pas merkt Cameron op wie er in het kantoor staan. Hij herkent zijn oude partner, die niks is veranderd. Alleen zijn vette lokken zijn langer en grijzer geworden. Hij heeft nog precies dezelfde kleding stijl en precies dezelfde hoed. De deuk die Cameron een keer heeft gemaakt zit er zelfs nog in. Dan glijden zijn ogen door het kantoor heen en hij neemt de andere mensen even in zich op. De man die met Bruce Wayne naar binnen is gekomen is waarschijnlijk zijn butler. Er zit ook nog een jonge gast in de stoel waar de kapitein normaal moet zitten. Cameron denkt even na en hij verwacht dat het Jim Gordon moet zijn, zijn opvolger. Hij heeft veel over de man gehoord, dus hij is wel benieuwd naar hem. Maar dan wordt zijn zicht geblokkeerd door iemand anders. Ook een man in pak. Dat is de enige persoon waarvan Cameron niet weet wie het is.
Na even toegekeken te hebben besluit de commissaris naar binnen te gaan en hij klopt op de deur van het kantoor. Cameron legt zijn hand op de deurhendel en trekt de deur open. Vijf paar ogen staren hem aan, totdat een van de paren hem herkent. "Hou je bek, Bella?" Hoort Cameron Harvey zeggen. "Nu Cameron." Zegt hij met een klein lachje en zijn oude partner komt naar hem toe. Ze vallen in elkaars armen en Cameron voelt Harveys hoofd op zijn schouder rusten. "Goed om je te zien vriend." Zegt de oude detective tegen zijn vriend. Na een paar seconden laten de twee elkaar los en Cameron kijkt naar Harveys ogen. Hij ziet er vermoeid uit, maar er is nog een avontuurlijke sparkel in zijn ogen te ontdekken. "En hoe bevalt je detective leven in Metropolis?" Vraagt Harvey. "Commissaris leven." Verbeterd Cameron hem. "Wow, een promotie! Lekker bezig!" Zegt de oude man en hij geeft zijn vriend een klopje op de schouder. "Dit is mijn oude partner trouwens." Zegt Harvey tegen de rest. Hij vertelt het verhaal van de Smith moorden en hoe Harvey en Cameron elkaar ontmoet hebben. Ook verteld Harvey over Metropolis en dat Cameron daar heen moest. Dan legt Cameron alles uit over zijn transitie en zijn baan in Metropolis. "Dit zijn trouwens Bruce Wayne, Alfred Pennyworth, Lucius Fox en Jim Gordon." Harvey stelt de rest van de club voor en Cameron geeft ze allemaal een hand. Als hij bij Jim is aangekomen houdt Jim hem nog even vast. "Ik hoop niet dat je snel terug gaat naar Metropolis, we hebben je hulp hier hard nodig." Zegt de kapitein dan. "Ik blijf zolang ik nodig ben." Antwoord Cameron met een speelse lach. "Welkom bij het team." Zegt Gordon dan.

Tijdens het eten praten Harvey en Cameron bij over de afgelopen vijf jaar. Hoe alles veranderd is in Gotham en waarom de bruggen nu zijn opgeblazen. Dan komt de vraag die Cameron eigenlijk wou vermeiden. "Hoe is het met je ouders?" Harvey vraagt het uit pure beleefdheid, maar hij had het antwoord niet verwacht dat er aan kwam. "Mijn moeder is overleden. Mijn vader woont nu met mijn broertje op de boerderij. Hij wil daar niet weg. Maar tot nu toe maakt hij het wel goed." Zegt Cameron en hij neemt een hap van zijn avondeten. "Oh, gecondoleerd." Zegt Harvey. "Het is al een aantal jaar geleden. Ik kon nog net uit de kast komen bij haar." Dat laatste was wel fijn, omdat Cameron anders de rest van zijn leven ermee zou zitten. "Dat is wel fijn ja." Zegt Harvey dan. "En hier? Jim is nu kapitein?" Vraagt de jonge commissaris om het onderwerp te veranderen. "Ja en een verrekte goede." Zegt Harvey. "En Kristen is helaas overleden, maar dat had je al gehoord." Zegt Camerons oude partner en de jongeman knikt. "Essen is ook vermoord. Eigenlijk is een groot deel van de mensen die hier rond liepen de stad uit gevlucht of vermoord." Zegt Harvey. "Gezellig." Zegt Cameron grappend. "Ja het is echt top." Zegt Harvey sarcastisch. "Maar ik ben blij dat jij er weer bent." Voegt hij er dan aan toe.

Conquered || Oswald CobblepotWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu