Hoe jullie elkaar ontmoeten

294 3 0
                                    

Captain hook: ''(Y/N) kom terug!'' Je begon sneller te rennen. ''Ik zeg het nog maar 1 keer. Kom terug!'' Je keek achter je. Je zag hem op je af vliegen. ''Nee peter ik wil weg.'' Je rende verder het strand op. ''Je zult nooit van mijn eiland afkomen!'' Je keek weer achter je. ''Hey pas o....'' Voordat je voor je kon kijken viel je tegen iemand aan. "Hey gaat het?" Je zag een man of ja een piraat. ''Ja. Maar je moet me helpen." Hij glimlachte. "Met plezier, prinses."

Henry Mills: "alweer hier. Jij bent ook een boekworm." "Ja ik vind het eenmaal zo fijn hier belle. Het is zo lekker rustig." "Ja ik weet het." Ik pakte een boek en ging aan een tafeltje zitten. Ineens ging de deur open. "Belle je moet even op Henry passen." Voordat belle kon reageren rende Emma al weer weg. Er stond een jongen bij de deur. "Hey Henry." "Hey." Ik keek snel weer in me boek. Ik hoorde belle iets zachtjes tegen hem zeggen. "Hoi." Ik keek van me boek weg. "Oh hoi." "Sorry stoorde ik je?" "Nee je stoorde me niet." Hij liet een zucht. "Uhh mag ik erbij komen zitten?" Je knikte verlegen.  Hij pakte een groot boek uit zijn tas. "Wat is dat voor een boek?" "Een boek 'sprookjesboek' volgens mijn moeder maar het is niet zo. Dit is allemaal waargebeurd." Hij werd naar het boek toe. "Wil je mee lezen?" Voorzichtig knikte ik. Samen gingen we in zijn boek lezen.

Peter Pan: "(Y/N) het komt allemaal goed. Het enigste wat je moet doen is er in geloven." "Wie ben jij?" "Ik ben Peter. Peter pan. En ik kom jou redden." "Hoe?" Ineens schiet ik wakker. Mijn raam staat wijd open. "Geloof." "Wie is daar?" ik stond op en maakte een kaarsje aan. Door de harde wind die via het raam maar binnen komt waait het kaarsje weer uit. Ik keek om me heen. "Wie hier ook is. Laat je zelf zien." In me oog hoeken zag ik iets bewegen. Ik draaide me om en zag een schaduw. "Wat...?" De schaduw vloog op me af en greep me vast. "Laat me los!" Hij vloog me een vaart uit mijn raam naar de hemel toe. Ik keek omlaag en voelde me gelijk misselijk. "Zet me neer!" Het ging steeds hoger en hoger. "Ik wil terug!" Ineens liet hij me los en ik viel naar beneden toe. Ik schreeuwde zo hard als ik kon. Ik zag de grond dichterbij komen en net voordat ik de grond aanraakte ving iemand me in de lucht op. "Hey (Y/N)." Hij. Hij is van die jongen van jouw rare dromen. "Peter pan?" "Ja de enige echte." Hij gaf me een knipoog.

Baelfire : "Je bent een lafaard!" Ik zag een vrouw naar buiten lopen. Die twee hebben elke dag ruzie. Ik snap eigenlijk niet waarom ze nog bij elkaar zijn. De vrouw liep boos het bos in. "Papa waarom is mama weer boos?" Een jongen van mijn leeftijd kwam naar buiten. "Ik weet het niet." Ineens keek de jongen naar me. Hij glimlachte. En zei iets tegen zijn vader en rende naar me toe. "Hoi. Ik ben baelfire. En wie ben jij?" Ik begon te giechelen." Hoi baelfire ik ben (Y/N)." "Wil je mijn beste vriend worden?" Ik knikte. "Gelukkig nu ben ik niet meer alleen." En hij ga me een knuffel.

Robin Hood : "Ik wil dat jullie hem zoeken. En hem aan mij leveren!" The Evil queen stond voor ons. "NU!" Iedereen rende een kant uit. Ik rende onze hoogberg in en begon te zoeken. "Psst." Ik keek gelijk om me heen. "Psst. Boven je." Ik keek omhoog. Er zat een jongen met een zak en pijl en boog. "Wie ben jij?" "Ik ben Robin hood maar je moet me helpen." "Ik weet het niet de Evil queen is op zoek naar jou." "Kom op. Ik heb je hulp nodig. Er zal niks met je gebeuren dat beloof ik." Ik zuchtte "oke." Hij glimlachte. "Dankje. Je zal er geen spijt van krijgen."

Prince Charming :
"Je moet echt trouwen (Y/N)." Ik zuchtte. "Maar ik wil niet. En ik ken hem niet eens." "Jawel. En hij is vandaag hier om jou te ontmoeten." Ik schudde mijn hoofd. "Nee moeder ik wil niet." Ik stond op en rende uit mijn kasteel. De wachters stonden bij de poort. "Prinses waar gaat u heen." "Aan de kant!" Ze sprongen op zij en ik rende de grote poort uit. Richting het bos toe. "Prinses!" Ik draaide me om. De wachters rende me achter na. Snel rende ik het bos in. Ik sprong over kleine boomstammen heen. Mijn jurk scheurde een beetje af. Ik keek achter me of ze me achterna kwamen maar er was niks. "Pas op!" Ik keek weer voor me. Een jongen stond recht voor me. Ik viel tegen hem op. "Oef." Ik stond gelijk op. "Sorry. Ik zag u niet." De jongen keek me aan. "Maakt niks. Prinses." En hij knielde voor me. "Alsjeblieft ga staan. Mijn naam is (Y/N)." Hij pakte mijn hand en gaf een kus. "Ik ben David." Ineens hoorde ik geschreeuw. "David je moet me helpen." Hij zuchtte. "Kom." Hij pakte mijn hand en rende samen het bos uit. We rende naar een klein hout huisje toe. "Jij verstop je hier tussen het hooi. Ik leid ze af." Ik knikte en liep een klein schuurtje binnen en ging achter in tussen het hooi liggen.

----

Ouat imagines Where stories live. Discover now