Voor gek verklaard

13 2 0
                                    

En al merk ik dat je dit aan iemand hebt doorverteld zorg ik ervoor dat ze je voor gek gaan verklaren. Dus dat zou ik maar niet doen. Trouwens ik zou het zelfs niet zelf hoeven doen. Iedereen vertrouwd me zo erg dat iedereen zal denken dat je me probeert zwart te maken. Dus volg mijn raad maar op en vertel dit aan niemand door. Toen ze dat had gezegd riep ik dat de man weer naar binnen mocht. Toen hij binnen was en ik hem wat beter bekeek realiseerde ik me dat hij nog een jonge was. Maar aan zijn houding te zien was hij vast hoog geplaatst. Ik vond hem er best knap uitzien.

3 dagen later

Ik mocht na 3 dagen weer van de ziekenzaal af. Ik had in de tussentijd een bezoek gekregen van mijn kamergenoten. Ik had hun vetelt wat er was gebeurd. Na dat ik dat had gedaan merkte we dat de jonge in de kamer was. Dat was het moment dat ik achter zijn naam kwam. Kijk dat is Servreno Cranonno Secratre. Wie is Servreno Cranonno Secratre? Dat is een machtige elementenstuurder. Ookal weet niemand waarvan het tot nu toe bekend is welke gaves hij allemaal heeft. Deze vier leken me te geloven. Wat ik toen nog niet wist was dat ze de enige zouden zijn die me zouden geloven. Na de drie dagen mocht ik weer van de ziekenzaal. Toen ik door de gangen liep keken mensen me raar aan. Ik begreep niet waarom ze dat deden totdat er iemand riep: gek hoe durf je mensen van de ziekenzaal zwart te maken door te zeggen dat iemand van hun meer weet van een aanval op jou. Waarschijnlijk heb je gewoon jezelf aangevallen gek. Het leek erop dat alleen mijn kamergenoten en Servreno me geloven maar  die lieten het niet zien waar andere bij waren. Nadat dat werd geroepen ging ik zo snel als ik kon naar mijn kamer. Toen ik in mijn kamer lag toen viel ik op mijn bed. Bewusteloos. Dit is hoe mijn droom ging.

Ik was weer op een open vlakte in een bos. Het zag er allemaal vredig uit. Ik voelde dat er een rustgevende aura om deze plek hing maar ik voelde ook aan dat er een dreigend gevaar kwam. Het gevoel werd sterker en sterker totdat het opeens heel koud werd. Toen merkte ik een kasteel een eindje daarvandaan op. En opeens hoorde ik een kalme stem zeggen. Radasane ridadoni sasanakro pictarinosa. Ik kon het op een of andere manier verstaan er werd gezegd. Pas op de duitere kracht zal ooit wederkeren het moment is bijna nabij wees gewaarschuwd niet iedereen is wie hij of zij lijkt pas op. Toen ik dat had gehoord werd ik naar het kasteel getrokken toen realiseerde ik me dat dat het kasteel die ik al vaker in mijn dromen had gezien was ik werd weer naar de zelfde zaal getrokken en toen ik bij de schim was werd ik weer wakker.

Omdat ik wist dat ze me voor gek zouden verklaren besloot ik om niks over de droom te zeggen aan niemand. Toen ik weer terug dacht aan de droom realiseerde ik me iets. Het geen waar de stem me voor waarschuwde. De duistere kracht. Dat is de schim.

Toen ik had gehoord wat ze over Seridona zeiden vond ik dat oneerlijk want ze kan ook de waarheid spreken. Maar ja ik kan niet zomaar zeggen dat ik haar geloof. En ik denk dat de andere twee dat ook begrijpen.

2 uur later

Het was avond. Ik was sinds dat ik uit de ziekenzaal kwam niet meer uit mijn kamer geweest. Inmiddels waren de kinderen allemaal al in hun kamer had ik gehoord van mijn dode oma. Omdat ik de hele dag nog niet echt veel had gedaan ging ik naar de bibliotheek om wat te lezen. Toen ik de plattegrond van de school erbij pakte en eindelijk de bibliotheek vond zag ik dat dat eigenlijk behoorlijk dichtbij lag. Toen ik bij de bibliotheek was ging ik een beetje door de bibliotheek heen lopen. Op een gegeven moment merkte ik dat hoe verder ik liep hoe ouder en stoffiger de boeken en de boekenkasten werden. Na een tijdje leek het alsof ik achteraan de bibliotheek was. Een paar meter voor die muur stopte alle boekenkasten. Op de muur waren allemaal kunstvoorwerpen aangebracht. Toen ik voor een schilderij met een vreemd wezen stond en het naamplaatje las wist ik de naam van het wezen. Het was een gaganado avadone velonase ekresaqyu. Toen ik het wezen in de ogen keek begon in de muur zich opeens een deur te vormen. Wow zei ik en daarna klakte ik met mijn tong. De deur was heel groot en toen ik hem open deed zag ik dat er nog een bibliotheek achter lag. Ik wist vanaf toen dat dit mijn plekje zou worden. Toen ik naar binnen ging een de duur sloot begon ik met het bewonderen van de grote van deze bibliotheek. Ik kon net als bij de bibliotheek van de school het einde niet zien maar ik wist dat deze groter was. Ik hoefde de komende dagen geen lessen te volgen dus ik besloot om nog een tijdje in deze bibliotheek te bijven. Aan hoe de kinderen tegen me praatte wist ik dat ze me niet zouden missen.

Twee uur nadat ze naar haar kamer was gegaan wou ik gaan kijken hoe het met haar ging maar toen ik bij haar kamer aankwam was ze weg. Omdat ik niet het gevoel had dat ik me zorgen moest maken ging ik maar weer weg. Ik zou haar morgen wel weer opzoeken en even met haar praten. Ja dat kan ik beter doen.

In de bibliotheek bleken allemaal boeken over de waarheid van gebeurtenissen waarover gelogen is te staan. En over gebeurtenissen die ze helemaal niet hebben doorverteld. In deze boeken werd niet gelogen en alleen de waarheid gesproken. Nadat ik een tijdje had gelopen in deze bibliotheek zag ik opeens iets. Iets wat ik niet had verwacht.

1015 woorden.

Dodenkracht 1: zielenziener.Wo Geschichten leben. Entdecke jetzt