Hoofdstuk 1

43 1 0
                                    

Ik kende deze plaats, ik duizelde, ik zag weer de rode plekken op de vloer en de drie bewegenloze lichamen op het bed. Ik zag mam weer vastgebonden aan de leuning van het bed, bloed drupte van haar hoofd naar beneden, het maakte een zacht druppend geluid.  Eva , mijn kleine zusje lag tegen Pap aan. Ik voelde weer een paniekaanval komen, Ik wilde dit niet meer zien! "Ga weg! Ga weg! Alsjeblieft ga weg!", snikte ik. De beelden vervaagden en ik voelde twee sterke armen om me heen, "sssst, alles komt goed...", dat zinnetje bleef mijn pleegmoeder, Marie, herhalen totdat ik rustiger werd. Ik keek op, mijn ogen waren nog altijd glazig door de tranen, maar na een tijd zag ik het meelevende gezicht van Marie. Ik keek naar mijn wekker en zag dat het 5 uur 's morgens was. Een gevoel van schaamte overweldigde me, toen Marie zei; kom, we gaan naar beneden, we gaan toch niet meer kunnen slapen". Zwijgend liep ik Marie achterna tot beneden. Ik ging aan de keukentafel zitten terwijl Marie koffie zette. Ze gaf me een dampende kop koffie en ging zelf zitten. Een  paar lange minuten zaten we zwijgend te drinken van onze koffie toen ik zei; "Sorry, dat ik je heb wakker gemaakt". Ze schudde haar hoofd, "dat maakt echt niet uit Emmy, ik ben misschien je moeder niet, maar ik zal wel voor je zorgen zoals een moeder doet". Er ging een pijnscheut door me heen en toen ik aan het nadenken was over wat ik zou antwoordde, zei ze; was het weer dezelfde nachtmerrie?". Ik keek op, we praatte nooit over mijn nachtmerries, maar dan ook nóóit. Ik bleef haar nog een paar tellen aankijken en antwoordde toen met neergeslagen ogen, "ja", zei ik zacht. Ze beet op haar lip, maar ze keek niet verrast. "Wil je dat ik naar school bel om te zeggen dat je niet komt?". Ik schudde direct mijn hoofd, "nee dat hoeft niet, ik wil niet zoals de anderen worden behandeld". Ze knikte, ik wilde nooit dat ze naar school belde, ik ging al redelijk snel terug naar school na de moord op mijn ouders en jonge zusje, ik wilde er absoluut door geraken dit jaar en anders zat ik thuis ook maar na te denken over hun dood. "Ik heb een idee als we nu is pannenkoeken klaarmaakte voor Robert en Jeroen!", zei ze met een overdreven opgewekte stem. Jeroen was mijn pleegvader en Robert hun zoon, Ik weet niet wat ik van Robert moest vinden, hij was even oud als mij, we zaten ook op in hetzelfde jaar op school, al van het begin dat ik er was deed hij  afstandelijk, ik zag hem soms met een nadenkend gezicht naar mij staren, maar altijd als ik terug staarde keek hij snel weg.  "Ja, is goed", zei ik dan maar. Ik trok eerst nieuwe kleren aan en hielp dan Marie pannenkoeken te bakken.  

BloedbadWhere stories live. Discover now