XX

186 12 6
                                    

Jack hoorde een harde schreeuw. Op hetzelfde moment voelde zijn hand iets kouds. Hij duwde meteen de metalen klink omlaag en gooide de deur open. Hij stormde naar binnen. In de kamer was het stil. Doodstil. Er was niemand. Of toch wel. Er lag iemand op de grond, kermend en kreunend van de pijn! Jack en Ariana renden meteen naar de gewonde toe. Ze moesten halverwege, toen ze zijn gezicht konden onderscheiden, even slikken. Commissaris Thom lag op de grond, met een bloedvlek die snel groter werd op de plek waar zijn hart zat. Jack knielde bij de man neer en klikte snel zijn boeien los. ‘Commissaris…’ begon Ariana, maar Jack hief een hand. Ze was meteen stil. ‘Je weet dat je dit verdiend?’ zei Jack toen. Thom keek hem alleen maar walgend aan. Jack vertrok geen spier. ‘En toch bewonderde ik je altijd, Thom. Voordat je ons verraadde.’ De Commissaris spuugde naar hem. ‘Je bent walgelijk. Je gaat iemand op zijn sterfbed vertellen wat hij allemaal fout heeft gedaan!’ Jack grinnikte, maar zijn ogen stonden vreugdeloos en ijskoud. ‘Het leven van een agent is hard. Dat weet jij maar al te goed, Cromney.’ Thom heette volmondig: Commissaris Thom Cromney. ‘Commissaris Thom Cromney. Wat heb ik die man bewonderd. Altijd voor andere klaar staan. Maar nu kan ik je niet eens meer bij de naam noemen die ik je zo lang heb toevertrouwd.’ Zei Jack. Hij had nu ook een blik van afschuw in zijn ogen. ‘Je bent nu gewoon Thom Cromney, een vieze, vuile verrader.’ En met één beweging trok Jack de penning van Thoms jasje. ‘Jack, toe…’ zei Ariana. Jack keek haar even aan. Hij knikte. ‘Bedankt.’ Zei hij toen. Thom keek hem raar aan. Toen hoestte hij. ‘Bedankt voor de tijd dat je nog eerlijk was. Als die er ooit is geweest, tenminste.’ Hij keek weer naar Ariana. Toen greep hij weer de kraag van de stervende man. ‘Ik wil nog maar één ding weten.’ zei hij, heel langzaam. ‘Waar is mijn assistent?’ Maar Thom gaf geen antwoord meer. Zijn lichaam was stijf en koud. Hij zou nooit meer bewegen. Nooit meer leven. Hij was het vierde slachtoffer van The Ravengirl.

Jack vloekte. Hij gooide het lichaam van Thom bijna op de grond, maar wist zich nog net in te houden. Hij legde hem zachtjes neer op de grond. Toen greep hij zijn penning en stak die in zijn zak. ‘Voor de volgende Commissaris. Hij heeft hem niet meer nodig.’ Zei Jack. Ariana knikte. ‘We moeten weten waar Ian is!’ zei ze toen. Jack knikte. ‘Roepen dan maar?’ vroeg Ariana met een sluikse glimlach. Jack knikte en begon keihard te schreeuwen: ‘IAN!’ Ook Ariana deed mee. ‘Ian!’ Toen werden ze allebei stil. Er klonk een zwakke stem. ‘Jack?’ riep deze. ‘Kom mee!’ zei Jack. Hij schopte de deur open en rende de donkere gang weer in. ‘IAN!’ bleef hij schreeuwen, en telkens als hij antwoord kreeg rende hij die richting uit. Ariana kon hem nauwelijks bijhouden. ‘Jack, wacht nu even!’ riep ze. Jack stopte. Hij luisterde. Niets. Hij vloekte nogmaals. ‘Waar is hij nu?!’ Zijn stem klonk wanhopig. Ariana liep naar hem toe. Ze nam zijn gezicht in haar handen. ‘We vinden hem wel.’ Zei ze. Jack knikte en hij trok een grimas. ‘Jack!’ Daar was het weer! Ians stem! ‘Zie je?!’ zei Ariana opgewonden. Maar Jack luisterde al niet meer. Hij was al weer aan het rennen. Uiteindelijk kwam hij bij de laatste deur van de hal. ‘IAN!’ riep hij nog een keer. Toen Ian antwoordde, wist Jack het zeker. Het was deze deur. Hij begon tegen de deur aan te beuken en met de klink te rammelen. In zijn woede gooide hij bijna de deur uit zijn voegen. Hij rende de kamer in. Het was een enorm vertrek. De helft van de kamer was duister, en het plafond was niet te zien. Een klein gedeelte werd verlicht door een zwak lichtschijnsel dat uit de hoge ramen naar binnen viel. En in midden van dat kleine, verlichte stuk, stond: ‘IAN!’ riep Jack. Hij begon te lopen, maar al snel werd het draven. Ariana rende achter hem aan en prevelde: ‘Ian…’ Jack greep zijn mes en begon de touwen door te snijden waarmee het lichaam van Ian aan een houten paal werd vastgehouden. Het lichaam van Ian viel naar voren zodra de laatste touwen werden losgehaald. Jack ving hem op en legde hem op zijn schoot. ‘Ian?’ fluisterde hij zachtjes. Hij draaide het hoofd van de jongen. Op zijn slaap zat een blauwe plek: hij was dus net keihard geslagen. Jack schudde hem door elkaar. ‘Ian!’ Ariana keek toe met tranen in haar ogen. Ze slikte die snel in. ‘Wordt nu wakker!’ mompelde ze.

Ian opende zijn ogen. Eerst was alles een waas, maar toen verschenen er twee gezichten boven hem. Hij lag op de grond, en zijn bloed kon eindelijk weer normaal stromen. Het leek alsof zijn lichaam helemaal hersteld was. Natuurlijk was dat niet zo. Zijn heup zeurde nog steeds en ook zijn wang deed pijn. Maar toen hij de gezichten boven zich herkende, vergat hij dat alles. ‘Jack?’ kreunde hij ongelovig. Hij duwde zichzelf voorzichtig overeind, met hulp van de man die hem vasthield. Jack knikte. Ian zag dat zijn voormalige leermeester weer wilde opstaan. Maar voor hij daar überhaupt de kans voor kreeg, vloog Ian hem om de nek. Jack sloot zijn ogen en nam Ian stevig in zijn armen. ‘Ben je oké?’ vroeg hij toen hij de jongen weer losliet. Ian knikte, maar een pijnscheut schoot door zijn wang en heup. Hij kreunde en schudde zijn hoofd, wat hem nog meer pijn opleverde. ‘Wat is er allemaal gebeurd?’ vroeg hij toen. Hij ging zitten met hulp van Jack. Toen pas herkende hij het tweede gezicht dat naar hem keek. Het gezicht van een vrouw, omlijst door donkerbruine lokken. ‘Ariana!’ zei hij verrast. Ariana knikte en glimlachte flauwtjes. ‘Ze kwam uit London om me te helpen met de zaak.’ Legde Jack uit. Ian fronste zijn wenkbrauwen. ‘En de Commissaris dan?’ vroeg hij. Ariana beet op haar lip, en Jack kuchte. ‘Die is dood.’ Zei hij toen. Ian zette grote ogen op en zijn mond viel open. ‘Vermoord…. Door?’ stamelde hij. Jack knikte. ‘Maar hij was een verrader.’ Zei Ariana. Ze had duidelijk nog steeds moeite met dat feit. Ian knikte begrijpelijk. Jack fronste op zijn beurt ook zijn wenkbrauwen. Ian was een stuk volwassener geworden. Normaalgesproken had hij nog honderd vragen meer gesteld. Maar deze keer hield hij zich wijselijk stil. Jack schudde gauw het onderwerp van zich af. ‘Weet je waar ze is?’ vroeg hij beslist, terwijl hij Ian strak aankeek. Ian knikte. Zijn ogen werden groot en zijn gezicht trok lijkbleek weg. Hij staarde naar iets achter Jack en Ariana. En dat iets was Luna.

Jack trok Ian overeind en sloeg een van Ians armen om zijn schouder, zodat hij kon steunen. Ian keek hem dankbaar aan, en richtte toen zijn ogen weer angstig op Luna. Ze droeg een zwart, leren pak en ze stond half in de schaduw. Haar haren zorgden ervoor dat haar witte huid en haar felblauwe ogen licht leken te geven. Ze zag er doodeng uit. Een hysterische, gestoorde twinkeling in haar ogen deed een rilling over Jacks rug lopen. ‘Goed om je dan eindelijk te zien, Jack!’ zei ze verbitterd. Jack voelde hoe Ariana haar vuisten balde. Jack keek haar aan, en schudde zijn hoofd. ‘Dus het is nu een trio in plaats van een duo?’ vroeg Luna spottend en vals. ‘Waarom wil je hem?’ vroeg Ian opeens. Die vraag had Luna blijkbaar al verwacht, want ze lachte. ‘Dat kan je hem beter zelf vragen.’ Zei ze. ‘Maar eerst: Jack, jij vecht met me.’ Jack spuugde naar haar. ‘Waarom zou ik dat doen?’ vroeg hij spottend. Maar toen zag hij iets blinken op de plekken waar Luna’s handen hoorden te zitten. Ze hield twee messen vast. ‘Omdat ik je assistentje en vriendinnetje binnen twee seconden dood heb.’ Zei ze, met de gemeenste grijns die Jack ooit had gezien. ‘Neem je nú de uitdaging aan?’ vroeg ze. Jack gromde en knikte. Hij gaf Ian door aan Ariana. ‘Jack, doe dit niet!’ zei ze, terwijl ze Ian ondersteunde. Maar Jack hief zijn hand. ‘Ik moet wel. Voor jullie.’

Luna was sterk. Heel sterk. Jack greep naar zijn pistool, maar toen suisde er al een mes langs zijn oor. Met een kreet van verbazing en schrik sprong hij opzij. Hij kon maar net wegduiken voor een tweede mes. Hij keek verschrikt om zich heen. Waar was ze? Hij hoorde geluiden van alle kanten. Het leek wel alsof ze zich door de schaduw voortbewoog. Als een raaf… Nog voor hij ook maar één stap had kunnen zetten, voelde hij twee voeten in zijn rug. Ze stampten hem op de grond. Daarna voelde hij hoe hij werd vastgegrepen, en tegen de wand gesmeten. Kreunend landde hij op de grond. Ariana en Ian renden naar hem toe. ‘Waarom wil ze jou?’ vroeg Ian. Vanuit een hoek hoorden ze een akelig hoge lach. ‘Ja Jackie, vertel het hem. Nou zie je, braaf jongetje, jou grote voorbeeld is niet zo ‘voorbeeldig’ als hij lijkt te zijn!’ zei de stem van Luna vals. Ian fronste zijn wenkbrauwen. Jack zuchtte, kreunde, en duwde zichzelf half overeind, zodat hij zat. ‘Ik ben niet altijd goed geweest. Vroeger was ik een dief. Een misdadiger, een crimineel. Commissaris Thom heeft me uit de goot gehaald en me een tweede kans gegeven. Dat verhaal ken je, hé?’ vroeg Jack. Ian knikte. ‘Maar wat heeft dát er nu weer mee te maken?’ vroeg hij. Jack vervolgde: ‘Een van mijn laatste klussen was één van de ergste. Het liep finaal uit de hand. De man waarmee ik samen werkte hield zich totaal niet aan het plan. Hij schoot een meisje dood, terwijl het de bedoeling was ze vast te houden totdat hun ouders kwamen om losgeld te betalen.’ Ian zette grote ogen op. ‘En dat meisje was…’ begon hij verschrikt. ‘Juist. Mabel. De beste vriendin van Luna.’

A Raven Girl (Book 1)Where stories live. Discover now