27

52 4 0
                                    

Trrrrr... trrrrr... "Hoera!" De klas juicht en rend de school uit! Ook ik loop vrolijk naar mijn kluisje. Ik houd mijn schoolpas voor het oogje en loop naar mijn kluis. Ik draai hem vlug open en haal mijn jas eruit. Dan draai ik hem weer dicht. Ik trek mijn jas aan en loop weer de gang uit. Ik groet de mevrouw bij de receptie en stap de frisse lucht in. Piper komt naast me lopen. "Jij was snel!" Zegt ze hijgend. "Tja, wat zal ik zeggen? Ik ben gewoon perfect!" Zeg ik voor de grap. Ze moet lachen. "Boe!" "Holy horn!" Ik schrik me rot als Phoebe ineens op mijn rug springt! Met buikpijn van het lachen probeert ze ons bij te houden. Om haar te pesten ga ik rennen, maar ik ben al weer snel uitgeput. Als ik ga lopen rent ze me per ongeluk voorbij. Ze stapt op een stuk ijs en gaat onderuit. Beduust zit ze op haar kont naar ons te kijken. Nu is het onze beurt om te lachen! Een tikkeltje vernedert komt Phoebe weer naast me lopen. Ik ga de fietsenstalling in en pak mijn paars-roze fiets. Ik gooi mijn tas in mijn mandje en stap op. Ik rijd de fietsenstalling uit. Ook Piper en Phoebe komen tevoorschijn uit de fietsenmassa. We rijden het schoolterrijn af. Tijdens het fietsen kletsen we. Na een tijdje moet Piper afslaan. "Doei!" "Dag!" "Bye!" Roepen we om de beurt. Nu zijn we nog maar met zijn tweetjes. "Hé! Heb jij die Cole alweer is gezien?" Vraagt Phoebe. "Eh, nee…" Zeg ik onzeker. "Weet je eigenlijk wel waar hij woont?" "Nope." "Wat! Hoezo niet?" "Ik ken hem amper." "Dus?" "Dus why?" "Geen idee!" "Dacht ik ook." Zo eindigt ons gesprek. We fietsen een tijdje zonder iets te zeggen. Dan moet ook Phoebe afslaan. "Doei meid!" Zegt ze tegen me. "Dag!" Roep ik haar nog na, maar ze is alweer weg. Ik trap nog wat harder. De koude wind waait langs mijn gezicht en bevriest mijn wangen. Ik probeer een beetje te gaan zingen om de tijd te doven, maar het lukt me niet meer om mijn mond te bewegen. Ik ril en begraaf mijn gezicht nog dieper in mijn jas. Mijn vingers zijn zo bevroren dat ik ze niet meer kan bewegen. Als ik bibberend van de kou thuiskom zie ik dat mijn ouders thuis zijn. Ik geloof mijn ogen niet! Dat is nog nooit gebeurt! Ik zet snel mijn fiets in de schuur en loop naar binnen. Ik trek snel de deur achter me dicht tegen de kou. Ik trek mijn jas uit en hang hem aan de kapstok. Ik zet mijn schoenen eronder en loop met mijn tas de woonkamer in. "Mammie!" Blij loop ik op haar af en geef haar een dikke knuffel. Ook papa komt erbij staan. "Waarom zijn jullie zo vroeg thuis?" "We hebben iets te vieren!" Roept mama uit. "We zijn vandaag namelijk al 25 jaar bij elkaar!" Ik knipper met mijn ogen. Zo lang al? Ik feliciteer ze met nog een knuffel. "We gaan vandaag eens lekker uit eten." Zegt mijn vader. Ik spring blij de kamer door. Dan sta ik stil. "Maar ik moet morgen naar school..." Zeg ik sip. "Nee hoor! Je hebt morgen studiedag." Zegt mijn moeder en ze aait me over mijn bol. Blij geef ik ze allebei een kus en begin snel met mijn huiswerk.

Dreamboy?Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu