𝟐𝟎 | 𝐒𝐭𝐨𝐩 𝐑𝐮𝐧𝐧𝐢𝐧'

2K 73 100
                                    

• V A L E R I E •

Voordat ik met mijn ogen kan knipperen heeft Cameron de deur van de vergaderzaal dichtgesmeten.

Het volgende moment sta ik met mijn rug tegen de muur en houdt hij zijn handen, die in vuisten gebald zijn, aan weerszijden van mijn hoofd. Zijn lichaam is gevaarlijk dicht bij de mijne als hij met pure woede op me neerkijkt.

'Waar heb je die naam verdomme gehoord?!' brult hij in mijn gezicht. 'Zeg het me!'

Is hij soms vergeten dat ik die naam ook tijdens het weekend in Savannah heb gehoord? Al spookt de naam Charlie al ruim twintig jaar door mijn hoofd.

De naam was me zojuist per ongeluk ontsnapt, maar ik besef me dat er toch geen betere tijd zal komen dan nu om een van mijn grootste geheimen kenbaar te maken.

Mijn stem trilt licht onder zijn woede. 'Cameron, ik ben het.'

Ondanks zijn boosheid zie ik een spoor van verwarring op zijn gezicht. Dat moedigt me aan om door te pakken.

'Ik ben het,' herhaal ik opnieuw. 'Ana.'

Dat werkt averechts. De woede in zijn ogen neemt alleen maar meer toe.

'Waag het niet om die naam nog eens uit te spreken!' brult hij wederom en ramt zijn vuist met veel geweld naast mij tegen de muur, waardoor de angst inmiddels mijn keel begint dicht te knijpen.

Ik had veel reacties verwacht, maar niet deze. Ik geloof niet dat ik hem in al die tijd zó kwaad gezien.

'Hoe durf je! Mijn Ana is dood, dus waag het niet om deze zieke spelletjes met mij te spelen!'

Zijn Ana?

'W-wat?' stamel ik. 'Waarom dacht je dat ik dood was?'

O, wacht eens even... de brand in het weeshuis! Natuurlijk denkt hij dat ik, Anastasia Morgan, niet meer leef.

Voorzichtig breng ik mijn hand omhoog naar zijn gezicht, nu de behoefte ineens enorm groot is om hem te kalmeren. Maar voordat ik hem aan kan raken, grijpt hij mijn pols vast.

'Jij bent haar niet! Stop met dat te zeggen!'

Cameron ademt zwaar, alsof hij buiten adem is. En zijn ogen, die normaal zo weinig verraden, stralen nu een mengeling van gevoelens uit; boosheid, wanhoop, verdriet...pijn.

Nu ik zie hoe diep het bij hem zit, zou ik het eigenlijk moeten laten rusten, maar ik zit er al te diep in.

Er is geen weg meer terug.

Het is tijd om grof geschut in te zetten, zodat ik hem ervan kan overtuigen dat ik daadwerkelijk ben wie ik zeg.

'Als ik haar niet ben,' begin ik, ineens uiterst kalm. 'Waarom weet ik dan dat ons geheime codewoord pineapple is?'

De spier in zijn kaak spant aan. 'Dat is een willekeurig woord. Iedereen had dat kunnen ontdekken.'

'Oké. Maar hoe weet ik dan dat jij een litteken op je arm hebt van toen we in het bos achter het weeshuis speelden en jij probeerde die een enorme stok te breken alsof je de Hulk was?'

Er is geen houden meer aan nu ik eenmaal begonnen ben.

'En waarom weet ik dat jij altijd onder mijn bed checkte voor monsters voordat het bedtijd was? Of dat je me de belofte hebt gedaan dat je voor me terug zou komen...'

Hij knippert verwoed met zijn ogen en de frons op zijn voorhoofd wordt alsmaar dieper. 'W-wat?'

'Die belofte maakte je op de dag dat jij het weeshuis moest verlaten nadat we met z'n tweeën verstoppertje hadden gespeeld. Ik maakte je uit voor valsspeler en uiteindelijk moest Mrs. Kendrick ons terecht wijzen.'

𝐔𝐧𝐭𝐨𝐮𝐜𝐡𝐚𝐛𝐥𝐞Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu