17

960 32 9
                                    

Louis

Ik. Mis. Harry. Ik lig al dagen op bed, ik ben boos, maar ik mis hem. Ik heb al honderd keer met mijn telefoon in mijn handen gestaan om hem te bellen. Maar het was Harry's schuld, dus moet hij me maar eerst bellen.

Ik langzaam op. Ik pak mijn hoofd vast. Ik wordt verblind. Ik ben licht geworden in mijn hoofd van al dat liggen. Ik strompel naar de badkamer om een glas water te drinken. Daarna gaat het al beter. Ik loop de trap af en ga op de bank zitten. Ik check mijn laatste berichten. Niks van Harry. Niet eens een whatsappje. Kon hij me nou maar bellen. Ik wil weer met hem uiteten, stiekem naar hem kijken. Ik hou zo verdomd veel van hem. Opeens voel ik mijn telefoon trillen in mijn hand. Mijn hart mist een slag. Of twee. 'Mam...' zucht ik zodra ik haar naam op de display zie staan. 'Louis, liefje!' begint ze voor ik kan praten. 'Hi mam' zeg ik. 'Je zou toch langskomen?' vraagt ze. Shit. Vergeten. 'Ja... ik was net onderweg naar de auto' zeg ik. 'Oh, dan hou ik je niet langer op, tot straks! De meisjes verheugen zich weer op je komst' kirt mam. 'Ja, leuk' lieg ik. Oh nee. Hier heb ik geen zin in. Echt niet. Ik spray wat deo onder mijn oksels. De kleren die ik al dagen draag hou ik gewoon aan. Ik rij weg, richting mijn moeder's huis. Het is rustig op de weg. Gelukkig is het maar een kwartier rijden. Al snel ben ik bij het huis. De deur zwaait open en Phoebe en Daisy rennen naar buiten. 'Lou!' schreeuwt Phoebe. Ik til ze op en knuffel ze. 'Ohh, wat worden jullie zwaar' zeg ik. 'Ja, duh, we zijn geen kleine babys meer' lacht Daisy. Ik zet de tweeling neer en volg ze naar binnen. 'Ha, boobear, alles goed?' vraagt mijn moeder. Nee. 'Ja' zeg ik. Ik loop naar binnen, Lottie zit op de bank met haar telefoon en Fizzy doet een spelletje op de computer. 'Hey' zeg ik. Lottie mompelt iets wat op ''hey" lijkt. Fizzy draait zich om en zwaait. 'Hoe gaat het hier?' vraag ik. 'Goed, ik had een 8 voor dictee' zegt Fizzy. Ik steek mijn duim op. 'Goedzo, en met jou Lottie?' vraag ik. 'Ja, was gezellig' mompelt ze. 'Dat vroeg ik niet?' zeg ik. 'Ze heeft een nieuw vriendje' knipoogt mijn moeder. Ik lach. 'Zo-zo, wat ben je aan het doen, Fiz?' vraag ik. 'Ik moet een presentatie over de bakker doen, ik ben nu op de site aan het kijken hoe laat de bakker moet opstaan en zo' legt ze uit. Bakker... Harry was ooit een bakker. Waarom doet alles me denken aan Harry? Hoe iemand loopt, een kat die voor de deur zit. Mensen met krullen. Alles, alles, alles! 'Louis?' er wordt aan mijn spijkerjasje getrokken. 'Sorry wat?' vraag ik. 'Je moet huilen' Daisy gaat met haar vinger langs mijn wang en laat me mijn traanvocht zien. 'Het is niks' zeg ik. 'Wat is er?' vraagt mijn moeder zorgelijk. 'Nee, niks' zeg ik geïrriteerd. 'Iets met Harry?' vraagt ze. 'We hebben ruzie, en nu hebben we elkaar al 2 weken niet gesproken' ik haal mijn schouders op. 'Ohh, boo. Maak het goed, ruzie is nergens goed voor, hup, ga naar hem toe' zegt ze, en omhelst me. Ik knik en veeg met de rug van mijn hand langs mijn wang. Ik sla de deur in en stap in de auto. Net als ik wil wegrijden gaat mijn telefoon. Harry...


Harry

Ik. Mis. Louis. Ik lig al dagen op de bank, ik ben verbaasd en ik mis hem. Ik heb al duizend keer met mijn telefoon in mijn handen gestaan om hem te bellen. Maar Louis flipte hem om niks, dus moet hij me maar eerst bellen.

Ik drink de zoveelste kop sterke koffie om wakker te blijven. Als ik ga slapen, krijg ik nare dromen. Dus ik blijf liever wakker.  Ik zet de tv aan en kijk erna zonder wat te zien. Het maakt me niet uit wat erop is, als er maar geluid is en het beweegt. 'John, don't leave me, not after this fight. I love you!' schreeuwt een slecht acterende vrouw in een of andere Amerikaanse soap. 'No Felice, it's over. I can't do this anymore. Not after what you did to me...' zegt John terug. 'John! You're gonna miss me! I don't love your brother!' schreeuwt Felice terug. Hysterisch wijf. 'You can't be forever angry. It's 6 months ago!' Ik irriteer me aan de Amerikaanse accenten en zet de tv uit. Felice had wel gelijk. Loop niet weg na een ruzie. Precies wat Louis deed. Hij ging een rondje lopen... een groot rondje. De ruzie met Louis is nu bijna twee weken geleden, ik wil dat het goed komt. Ik zit weer met mijn telefoon. Ik scroll naar de snelbelnummer. Louis staat op 1. Ik druk erop zonder na te denken. Ik slik benauwd zodra ik de beltoon hoor. Na de 3e keer overgaan wordt er opgenomen. 'Harry?' hoor ik de bekende stem. 'Louis, het spijt me, het spijt me zo erg. Ik... ik was een eikel. Ik dacht niet na' hakkel ik. 'Je was inderdaad een eikel' zegt Louis koud. 'B-ben je nog boos?' mijn keel is droog, en praten doet pijn. 'Nee' antwoord Louis. Godzijdank. 'Ben jij nog boos?'. Boos? Op Louis? 'Nee' zeg ik. 'Het spijt mij ook, ik stelde me aan' zegt Louis. 'Nee, nee, het is echt mijn fout. Ik snap dat je zo reageerde' zeg ik snel. Ik wil niet dat Louis zich schuldig voelt omdat hij boos werd op mijn stomme actie. 'Nee, echt het is oké' zegt Louis. 'Kan ik langskomen?' vraag ik, voor we weer een ruzie krijgen over wiens schuld het was. 'Ik zit in de auto, kom net van mijn moeder af, ik ben over een kwartier thuis' zegt Louis. 'Oké, tot zo' zeg ik. 'Tot zo' zegt Louis. Dat hangt hij op. Ik kijk op de klok. 15 minuten. Ik schiet de trap op om me aan te kleden en te scheren. Ik heb al een week niks aan mezelf gedaan en dat is goed te zien. Ik kam snel mijn haar naar achteren en pak mijn motor, op weg naar Louis' huis.

Do you love me?Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu