22

769 26 7
                                    

Harry

Ik druk op de rode knop. Het zoveelste telefoontje van iemand. Het is een doorzetter. Ik geloof dat het Louis is. Ik wil niet kijken. Zodra ik er al aan denk, zijn naam zie, voel een leegte in mijn hart. Een leegte die pijn doet. Ik wrijf met mijn hand over mijn kin en voel prikkelende stoppels tegen mijn hand. Bzzz-Bzzz-Bzzz. 'ARGH' schreeuw ik. Ik pak mijn telefoon op en loop de deur uit. Ik gooi hem in het vochtige gras en kijk ernaar. Het scherm wordt weer donker. Ik loop naar binnen en smijt de deur achter me dicht. Ik zet de tv aan voor afleiding. Ik kom bij een of ander roddelprogramma. Ik wil net verder zappen als mijn beweging wordt bevroren. Wat zei die vrouw zojuist?!

Louis

Ik doe mijn ogen op, maar knijp ze meteen weer dicht. Zo veel wit en zo veel licht. 

Een paar minuten later probeer ik het nog eens. Meer succes deze keer. Waar ben ik? Ik probeer terug te denken aan wat er gebeurt is. Ik weet het niet meer. De laatste herinnering die ik heb van de afgelopen dagen is Harry die me mee door het Modest! gebouw heen loodste, en dat we op plaatsen kwamen waar ik nooit geweest was. Of nou ja... dagen. Het zouden ook uren kunnen zijn. Of weken. Dan pas zie ik de slangetjes in mijn armen. Er loopt een doorzichtige vloeistof doorheen. Ik volg de draadjes omhoog en ze eindigen in een zak met dezelfde vloeistof erin. Hij hangt aan een soort kapstok op wieltjes. Slangetjes in mijn armen? Ik plof terug op het kussen, maar heb er meteen spijt van. Een steek flitst door mijn hoofd en die blijft een paar minuten hangen. Ik voel zachtjes. Ik kijk vreemd op als ik mijn haar mis. Nee, het ik voel kleine piekjes, het zit er nog. Gelukkig. Ik pak het zachte materiaal vast. Het voelt als stof, het is rekbaar. Het lijkt een hoofdband. Band? Verband? Aan de linkerkant van de kamer zie ik een wasbak met een spiegel erboven. Misschien kan ik het zien. Ik wil mijn benen naar de zijkant van het bed zwiepen, maar ik verrek mijn rechterknie. Mijn linkerbeen draait niet mee, en voelt zwaar aan. Ik kijk verbaasd op. En met dat ik het zie voel ik pijn. Alsof mijn hersenen lijken te weten dat het pijn zou moeten doen. Mijn been ligt omhoog en zit in het gips. Nu weet ik het zeker. Ik ben in het ziekenhuis. 

Naast mijn bed hangt een gele knop met een bel erop. Ik druk erop en wacht tot er wat gebeurt. Even later komt er een vrouw binnen. Maar ze ziet er niet uit als een dokter. 'Goedemorgen mevrouw, ik geloof dat ik een soort van mijn geheugen kwijt ben. Kunt u mij vertellen wat er is gebeurt?' vraag ik vriendelijk. 'Goedenavond, eerlijk gezegd' glimlacht ze vriendelijk terug. 'Je... uhm... je hebt een ongeluk gehad. Je kwam van een vergadering en bent onder bus gelopen... degene die 112 heeft gebeld vertelde dat je nogal verward leek. Je liep niet helemaal recht en je brabbelde in jezelf' vertelt de vrouw. Ze heeft een frons op haar gezicht. 'We zijn in ieder geval weer blij dat je wakker bent' een glimlach breekt door, wat haar gezicht een stuk knapper maakt. 'Hoelang heb ik geslapen dan' vraag ik verbaasd. '2 dagen, het valt nog mee. Je hebt je enkel gebroken en een hersenschudding. Verder heb je veel bloed verloren en een enorm ijzertekort. Vandaar de slangetjes. Die dienen ijzer toe, en wat pijnstillers' vertelt ze. 'Wil je dat ik je moeder erbij haal?' ik zie op haar naamplaatje dat ze Miranda heet. 'Goed' mompel ik. Ze duwt de deur open. Tegenover mijn kamer ligt mijn moeder op de bankjes in de wachtkamer. Ze slaapt en ziet er bezorgd uit. 'Mevrouw Deakin' zegt ze. Ze geeft een zacht duwtje tegen haar schouders en mijn moeder doet haar ogen open. 'Hij is wakker' zegt ze. Ze veert overeind en rent de kamer binnen. Ik spreid mijn armen en ze geeft me een knuffel. 'Ha lieverd, hoe gaat het met je? Heb je pijn?' vraagt ze. 'Het gaat' zeg ik. 'Hoe gaat het met jou?' 'prima, ik ben blij dat je weer wakker bent'. Ik glimlach geruststellend naar haar. Ze praat even over koetjes en kalfjes, maar ze lijkt niet op haar gemak. 

'Louis... je bent niet in het ziekenhuis'

Harry

Liam en Niall zitten naast me. 'Wat bedoel je? Hij is opgenomen? Je weet toch dat je de paparazzi niet moet vertrouwen. Het klopt dat hij een ongeluk heeft gehad' zegt Niall. 'Hij is gewoon opgenomen in het ziekenhuis, geen zorgen joh. Hij zal vast snel thuis zijn' zegt Liam. 'Ik hoop het zo... ik moet met hem praten over die brief' zeg ik. 'Brief?' vraagt Niall. 'O ja, ik heb er iemand naar laten kijken?' zegt Liam. 'Iemand?' vraag ik. 'Hallo?! Waar gaat dit over?!' vraagt Niall. Ik hoor hem niet. Ik ben alleen maar gefocust op wat Liam te zeggen heeft. Niall knipt nu zelfs met zijn vingers voor mijn gezicht. 'Ja, een oude vriend van me heeft ernaar gekeken' Liam pauzeert even. Ik duw Nialls hand weg. 'Ik vertel het zo, hou even op ja' zeg ik geïrriteerd. Normaal ben ik helemaal niet zo. 'Ugh, goed' zegt hij. 'Dus... Louis heeft die brief niet geschreven' zegt Liam. 'Die vriend van me heeft de brief nagetrokken op vinger afdrukken en de handtekening. Er is mee geknoeid. Louis heeft er niet aangezeten'. Er valt een stilte, en ik laat het bezinken. 'W-wie... wie heeft dan...?' ik val stil. Maar Liam en Niall hebben genoeg aan twee woorden. Niall haalt hulpeloos zijn schouders op. 'Harry, en iemand onbekends' zegt Liam. 'Harry?' ik begrijp het niet. 'Harry Magee' zegt Liam. Ik trek mijn wenkbrauwen op. 'Waarom?' fluister ik onhoorbaar. 'Waarom wij?' 

____________________________________________________________________________________

Hii!

I am back! Ik heb niet veel tijd om te schrijven vanwege school enzo maar hier heb ik alsnog een update. 

Maar het is niet langer rozengeur en manenschijn #tum-tum-tum-tuuuum

Stay beautiful!!

xxDenise

EN OJAAA, thanks voor 4 K reads! <3



Do you love me?Where stories live. Discover now