1. The Airport

32 5 5
                                    


Ik daalde snel en gehaast de trap af. Iets te snel en dat had ik pas door nadat ik struikelde. Ik kon me nog net vastgrijpen aan de leuning, voordat ik helemaal naar beneden stortte. Daarna daalde ik lenig en langzaam de trap af. Ik was er bijna. De laatste trede. Ik was er. Ik zette mijn eerste stap op Amerikaanse grond. Mijn hart kon onmogelijk nog sneller slaan. Ik wou het uitschreeuwen, maar besloot het dan toch niet de toen, omdat de mensen allemaal raar naar mij zouden kijken. Dit was het moment waar ik al mijn hele leven naartoe uitkeek, ook al was ik nog maar 16. En ook al wist ik nog maar 2 jaar dat Amerika bestaat, maar dat reken ik er niet bij. Een paar maanden geleden zat ik nog thuis naar de regen te kijken en nu was ik op een avontuur. Er is hier ook regen, maar dit is andere regen. Ik begreep dat dit de stomste gedachte was die ik ooit heb gehad, dus probeerde ik het snel te vergeten. Dit werd waarschijnlijk een jaar die ik nooit meer zou willen vergeten.

Ik hoorde kwade stemmen achter me. Er stonden een heleboel mensen achter me te wachten. Eerst begreep ik niet waarom, maar toen zag ik dat ik de enige ingang van de bus blokkeerde. Ik zette vlug een stap opzij en wachtte tot iedereen was ingestapt. Toen dat was gebeurd stapte ik als laatste in, de deuren sloten zich achter me en de bus begon te rijden richting het gebouw van de luchthaven.

In het gebouw, moest ik eerst door een paar controles gaan. Ik vond deze doodeng, maar het moest gebeuren. Toen ik er eindelijk vanaf was, ging ik op een bankje zitten. Er zou een begeleider mij komen ophalen, omdat ik minderjarig ben. Om de tijd te doden haalde ik vlug een boek tevoorschijn uit mijn rugzak en ik begon te lezen. Op het vliegtuig bedacht ik me dat het misschien slimmer was geweest om een Engelstalig boek te nemen, maar toen was het al te laat. Ik was trouwens heel blij met mijn boek. Het ging over een denkbeeldig land in een denkbeeldige wereld, met denkbeeldige personages die denkbeeldige dingen deden. Dit boek was fantastisch!

Na een half uur zat ik nog steeds te lezen. Er was voorlopig nog niemand naar me toe gekomen om me te "begeleiden". Ik stopte mijn boek terug weg in mijn rugzak en ik keek in het rond. Er was niet echt iemand die leek op een begeleider. Zou hij het vergeten zijn? Ik stond op en besloot om dan maar zelf mijn bagage te gaan afhalen. Ik liep naar de band en zag dat hij nog niet aan het rollen was. Hierdoor stonden er nog veel mensen rond de band. Ze waren waarschijnlijk nog niet begonnen met het uitladen van de bagage. Ik besloot om tussen de mensen te gaan staan. Na 5 minuten begon ik de mensen te bestuderen. Er stonden drie vrouwen naast mij die hevig aan het praten waren over wiens man de mooiste baard had. Eén van de vrouwen zei dat haar man, een roze hair-extension in zijn blonde baard had gedaan. Dat was wel het belachelijkste dat ik ooit had gehoord! Blijkbaar vonden de andere 2 vrouwen dat niet, want ze waren erg onder de indruk. Er waren ook een heleboel mensen die er rijk uitzagen. Deze mensen waren waarschijnlijk hier op zakenreis en de andere mensen zagen er nog redelijk normaal uit.

Ik keek geïrriteerd naar de band. Mijn geduld was bijna op. Er was weer een kwartier voorbij en de bagage was nog steeds nergens te zien. Ik besloot om naar de automaat te gaan en iets te gaan kopen. 'Coke, B4,' zei ik tegen mezelf, terwijl ik B4 indrukte. De cola kwam met veel lawaai uit de automaat en ik greep het eruit. Het was lekker fris en dat kon ik wel gebruiken, want het was bloedheet hierbinnen. Ik hield het tegen mijn hoofd en genoot van de koelte op mijn voorhoofd.

Ik liep terug naar de band en zag dat hij eindelijk was beginnen rollen. De eerste koffers kwamen tevoorschijn. Terwijl ik naar de band staarde, zag ik uit mijn ooghoek iets blinken. Mijn aandacht werd afgeleid door die plotseling flikkering en ik zocht naar de oorzaak. Ik zag dat het een brede armband was, volledige gemaakt uit een sterk reflecterend metaal. Toen ik naar het gezicht keek van de jongen, om wiens pols de armbad zat, zag ik dat hij ook naar mij stond te staren. Beschaamd wendde ik vlug mijn blik af, maar in mijn ooghoek bestudeerde ik hem nog steeds. In het vluchtige moment dat onze blikken elkaar hadden gekruist, had ik tijd genoeg gehad om zijn gezicht te zien. Hij had redelijk lang, bruin haar en groene ogen. Niet het normale groen, maar het groen van een blad dat verlicht werd door de zon. Uit mijn ooghoek zag ik dat hij een bordeaux trui, met een zwarte broek droeg. Zijn kleren waren op één of andere manier heel raar. Alsof ze te modern waren. Ik wende mijn blik af en zag dat de mensen rond de band al veel verminderd waren.

Mijn aandacht werd afgeleid door iemand die me duwde. Door de schok liet ik mijn cola vallen. Er was een meisje tegen me gelopen en ze zei vluchtig: 'Oh nee, het spijt me verschrikkelijk! Ik ben gewoon veel te lomp voor deze wereld.' Ze bukte haar en begon de cola op te vegen, met doekjes die ze uit haar handtas haalde. Ik schatte haar ongeveer 15 jaar en ik zag dat ze een lange vlecht had die ze over haar schouder legde. 'Het geeft echt niet,' zei ik, 'Ik was ook niet echt aan het opletten.' Het meisje stond terug op en zei: 'Wacht hier, ik haal vlug een nieuwe voor je.' Ik wou net zeggen dat het niet nodig was, maar toen was ze al verdwenen.

Ik bleef haar volgen met mijn ogen, totdat ze bij de automaat was. Het meisje was raar. Ze leek veel te veel energie te hebben. Alsof ze daarnet 4 koppen koffie had gedronken. Ik draaide me terug om en zag dat enkel ik, die jongen en de drie dames met hun bebaarde mannen nog rond de band stonden. Ik begon lichtjes te panikeren. Wat als mijn bagage er nu niet tussen lag? Volgens mij dachten de drie dames hetzelfde, want ze waren zenuwachtig aan het kibbelen. Er lagen nog een heleboel koffers op de band, maar er was niemand meer over om ze eraf te halen. Ik keek in het rond en zag dat de drie dames hun bagage ontdekt hadden en weggingen. Alleen ik en de enge jongen waren nog over. Mijn bagage lag er gewoon niet op. De jongen liep weg. Ik was voor een moment opgelucht, omdat ik eindelijk van zijn blik af was. Deze opluchting duurde echter niet lang, omdat hij richting mij liep. Ik draaide me om, zodat hij me dan misschien met rust liet.

Hij was bijna bij me. Ik voelde zijn hand op mijn schouder en ik sprong verschrikt weg van hem. Ik draaide me om en keek in zijn ogen. Hij keek terug met een verontschuldigde blik in zijn ogen. 'Sorry,' zei de jongen, 'Ik wou je niet laten schrikken.'

TimelessWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu