5. Mars

690 52 29
                                    


'Een aantal jaren geleden,' gaat Jhona verder,' ik gok zo'n dertig jaar, begonnen er geruchten over andere planeten de ronde te doen. Er gebeurden rare dingen. Tientallen mannen verdwenen plotseling en kwamen een dag later compleet gedesoriënteerd terug. Bij de Speelscholen werden kinderen gebracht die er,' hij is even stil en kijkt me haast ongemakkelijk aan. 'Ze zagen er anders uit dan wij. Ze... ze hadden iets niet wat wij wel hadden. Een soort van.'
Ik trek een wenkbrauw. 'Volgens mij begrijp ik niet helemaal wat je bedoelt.'
Jhona zucht. 'Dat onderdeel doet er even niet toe, oké? En dit is wat Raef mij verteld heeft, dus meer uitleg kan ik je niet geven. Het gaat erom dat je snapt dat er rare dingen gebeurden.'
De frustratie in zijn stem is me niet ontgaan. Een frustratie die ik niet snap. Ik heb niet het gevoel dat er iets aan de hand is. Waarschijnlijk merkt Sil mijn verwarring op, want als ik zijn kant op kijkt knikt hij geruststellend naar me. Al snap ik dan weer niet waarom hij me gerust zou moeten snellen. Waarom lijkt het alsof de sfeer in de kelder opeens zo gespannen is? Alleen maar om een raar verhaaltje dat waarschijnlijk ook nog verzonnen is? Dit begint al goed.

Jhona kucht even om mijn aandacht te krijgen, een teken dat hij verder wilt met zijn verhaal. 'Zodra er werd gemeld dat er een weer een speciaal geval was, kwamen agenten van de ministers die de kinderen ophaalden en meenamen. Die kinderen werden daarna nooit meer gezien. Niemand weet waar ze heen zijn gebracht. Zover ik weet komen er nu geen aparte kinderen meer binnen, maar toen kwam dat regelmatig voor. En dit was nog niet alles. Eigenlijk waren deze voorvallen nog niks vergeleken met wat er twaalf jaar geleden gebeurde. Er waren rond die tijd veel opstanden. Directeuren van de Speelscholen wilden meer Charagijnen om te besteden in de Speelscholen. Er was al tijden een tekort aan bedden, stoeltjes en speelgoed voor de kinderen. De reden hiervan was dat het aantal kinderen dat binnenkwam met de maand groeide en de Speelscholen gewoonweg overvol zaten.'

Verbaasd kijk ik hem aan. 'Ik heb daar nooit iets van gemerkt. Als het klopt wat jullie zeggen was ik vijf toen dit alles gebeurde. Ik zou het toch wel gemerkt moeten hebben dat er veel te veel kinderen en veel te weinig spullen waren? Ik bedoel, als ik opeens op de grond moest zitten om te eten in plaats van op een stoel, dan zou ik dat nu toch wel weten, toch?'
Kenda knikt. 'Klopt, maar jij bent een jaar eerder weggehaald uit een Speelschool. Ik weet het fijne er niet van, maar volgens mij had Douke door dat er iets misging en aangezien hij toch elk moment een kind in huis kon krijgen, heeft hij er zelf een opgehaald. Dat was jij dus.'
Ik frons. Ik wist niet eens dat je ook zelf een kind uit een Speelschool mocht halen. Meestal wordt een kind aan je toegewezen als je achtentwintig bent geworden, maar dat dat ook eerder kon heeft niemand ooit tegen me gezegd.

Jhona vervolgt zijn verhaal weer. 'De toenmalige Eerste minister van Tortorn had iedereen die in de buurt van de hoofdstad woonde opgeroepen om op de eerste zondag van oktober naar de hoofdstad te gaan. Daar zou hij, samen met de andere ministers, uitspraak doen over het probleem. Ik ben er samen met Kenda en Raef heengegaan. Veel kan ik me er niet meer van herinneren, maar ik weet dat er heel veel mensen waren. En ze waren allemaal boos. Iedereen had spandoeken bij zich met daarop met grote letters slogans geschreven. Het was beangstigend, zeker voor ons als jongens van acht. De precieze reden waarom Raef ons heeft meegenomen weet ik niet, maar het heeft er wel voor gezorgd dat ik jou nu precies kan uitleggen wat er gaande was. Misschien wilde hij dat we snapten wat er aan de hand was, zodat wij het later konden doorvertellen. Of hij voelde aan dat er iets stond te gebeuren. Ik weet het niet.' Kenda bijt even vertwijfelend op zijn lip voor hij verder praat 'De ministers van Tortorn stonden met zijn allen op een groot podium, hoogverheven boven de woedende menigte onder hen. Zodra iedereen tot stilte was gemaand begon de Eerste minister te spreken. Hij zei dat de reden van de ongekende groei van binnenkomende reden nog niet bekend was, maar dat er spullen aan de Speelscholen gegeven zouden worden om alle kinderen goed op te vangen. Ook zou er een plan opgesteld worden voor de bouw van zo'n honderd nieuwe Speelscholen. De directeuren van de Speelscholen waren niet heel enthousiast, zij wilden natuurlijk geld zien, maar de stemming van iedereen om ons heen veranderde meteen. Iedereen begon te juichen en stemde duidelijk met het plan in. Ze waren gewoon blij dat de kinderen goed opgevangen konden worden. Gek eigenlijk dat mensen zo snel van stemming kunnen wisselen. Even daarvoor was ik nog bang dat ze het podium zouden bestormen. Iedereen was druk aan het praten en overleggen en er werd geen aandacht meer besteed aan de ministers. Totdat een andere minister een stap naar voren deed. Hij hief zijn handen op, een teken dat hij het stil wilde hebben. Iedereen was meteen stil. Niemand had verwacht dat er nog iets zou komen. En dat hetgeen wat er daarna kwam iets was waar ze daarvoor nog nooit over hadden nagedacht.'

Tussen Venus en Mars | GestoptDonde viven las historias. Descúbrelo ahora