~8~Analairel~

24 2 0
                                    

Huilend schiet ik overeind. Ik kijk rond en zie dat ik gewoon in mijn eigen kamertje lig.

'Het was maar een droom.' verzucht ik. Maar het leek zo echt! Misschien is het wel echt. Maar hoe kom ik dan in mijn bed? Heb ik het gevecht verder in een trans beleeft, en heb ik niets doorgehad? 

Ik kijk naar mijn arm, waar geen kras op zit. Ook op de andere is niets te zien. Ik zucht van opluchting, maar de drang om Cildan te zien wordt steeds groter. Op een gegeven moment kan ik me niet meer beheersen. Ik pak mijn ochtendjas en loop de gang op. 

'20, 22, 24, 26.' mompel ik in mezelf. 26 zei hij toch? 11 huizen verder? Ik gok het maar. Ik klop op de deur, en een slaperige elf doet chagrijnig open. 

'Wat moet je? Heb je niet door dat het half vier in de nacht is?' bromt hij. 

'I-ik... Ik moet even naar Cildan.' stotter ik. De elf kijkt me verward aan. 

'Cildan, die woont hier toch? Die Vuurelf?' vraag ik. 

'Ja die woont hier.' hoor ik achter de elf vandaan komen. Hij stapt opzij en Cildan staat daar. Tranen springen in mijn ogen en ik laat mijzelf in zijn armen vallen. Hij schrikt een beetje, maar slaat dan toch zijn armen stevig om me heen. Snikken verlaten mijn mond en Cildan sust me lief. De dikke elf die ernaast staat kijkt ons nog steeds raar aan, maar na een aantal minuten strompelt hij weer naar zijn bed. Langzaam laat Cildan los en kijkt me aan. 

'Waarom kwam je? Is er iets ergs gebeurt?' vraagt hij. Waarom kwam ik eigenlijk? Ik denk om zeker te weten dat het een droom was?

'Ik had een nachtmerrie, waarin de heksen aanvielen en jij doodging.' huil ik. Cildan kijkt me medelevend aan. 

'Kom bij mij liggen, ik vind het zielig als je nu weer naar huis moet.' stelt hij voor. Ik knik en hij begeleid me naar zijn kamer. Zijn habitat is compleet anders, het enige wat een beetje vergelijkbaar is met mijne, zijn de groene accenten, die overal in het habitatcomplex zijn verwerkt. Zijn habitat, tot tegenstelling tot mijne, is rood en zwart. Hij is natuurlijk ook een Vuurelf, ik een IJself. Voor de rest is het interieur niet heel verschillend. Het raam aan dezelfde kant, dezelfde gordijnen, de keuken is hetzelfde ingedeeld... Maar dan in het rood-zwart. 

Ik kruip zijn, nog lekker warme, bed in. Hij komt naast me liggen, en slaat de dekens over ons heen. Ik voel me langzaam wegzakken, maar net voor de slaap me overneemt, slaat Cildan zijn armen om me heen, en trekt me tegen zich aan. Ik glimlach, en verstop mijn gezicht in zijn shirt. 


PIEP PIEP PIEP PIEP PIEP PIEP PIEP PIEP schreeuwt de wekker van Cildan. Ik kan me niet meer herinneren dat we zo vroeg naar de training moeten, dat was toch pas ergens rond negen uur? Het is nu voor zessen! 

Cildan komt slaperig overeind, en ziet dat ik ook wakker ben. 

'Goedemorgen schoonheid.' zegt hij met een schattige ochtendstem. Ik mompel een ''goedemorgen'' terug en rek me uit, nog steeds een beetje moe van het feit dat het zo vroeg in de ochtend is, en ik sowieso al een halve nacht niet heb geslapen. Ik wrijf slaperig in mijn ogen, en kan een gigantische gaap niet onderdrukken. Ik hoor Cildan zacht grinniken, en stuur hem een lacherige boze blik.  

'Waarom staan we zo vroeg op? Ben je zo'n ijdeltuit dat je drie uur voor de spiegel moet staan?' vraag ik. 

'Oh, oeps, vergeten te zeggen. Ik moet naar school. In de weekenden hebben we training, de rest van de week moeten we gewoon naar school. Ga je mee?' ah, fijn. School. Vergeten dat we die ook nog hadden. Maar een pluspunt, we hebben Cildan. Dat maakt het allemaal beter. Ik ga daarom ook akkoord met het aanbod, en bedank Cildan, voor ik naar mijn eigen kamer loop om me klaar te maken. 

Became A Fairy TaleWhere stories live. Discover now