Hoofdstuk 1

6.3K 127 11
                                    

Sinds Toni is overleden weet ik niet meer wat ik met mezelf moet. Hoe moet ik me voelen? Is er een manier om met zoveel verdriet om te gaan en hoe werkt dat dan? Ik denk nog vaak aan het moment dat het gebeurde. Het vloog als een flits voorbij. Het ene moment stonde we daar en het volgende moment lag Toni op de grond.
Sinds pa en ma steeds vaker weg zijn voor zakenreizen ben ik al helemaal alleen. Toen ik zestien werd kreeg ik een scooter opgestuurd. De afgelopen drie jaar ben ik alleen geweest op mijn verjaardag. Niemand thuis alleen ik.

Ik ben een beetje in slecht patroon gevallen. Roken, drinken. Soms weet ik gewoon niet wat ik met mezelf moet.
Ben nog naar een paar feesten geweest, het is gewoon niet meer hetzelfde.
Ik heb geen zin meer om te zingen en dansen zoals ik met Toni deed.
Het liefst doe ik niets, gewoon alleen thuis in bed met wat muziek of een boek.

Altijd hetzelfde ritme.
De wekker gaat, ik kleed me aan, luister naar wat muziek, eet snel wat om vervolgens weer naar school te gaan.
School is ook niet zo geweldig altijd hetzelfde verhaal.
Als ik op school aankom loop ik naar binnen.
Iedereen kijkt me aan, tenminste zo voelt het.
'Hebben jullie niets beters te doen ofzo?' Ik draai mijn ogen en loop door.
Terwijl ik loop zie ik de persoon die ik al helemaal niet mag, Livia.
Ik loop snel naar mijn kluisje om voor de bel nog mijn wiskunde boeken te pakken.
Voordat ik bij mn kuis ben gaat de bel al.
Ik loop snel naar mijn lokaal en ga achter in het lokaal zitten.
Meneer André staat voor het lokaal.
Hij begint de les met het checken van huiswerk.
Ik open snel mijn schrift en zie dat ik maar één opdracht heb gemaakt. 'Shit'
'Mevrouw Sanchez wat heb jij gemaakt?' Vraagt meneer André terwijl hij mijn schrift oppakt.
'Heb je maar één opdracht gemaakt? Onacceptabel eruit!!' ik sta op en stoot ''per ongeluk'' een planten pot van de vensterbank.
Ik loop zo snel als ik kan naar buiten naar mijn scooter om vervolgens naar huis te gaan.

Als ik thuis kom gooi ik boos mijn tas op de grond. Ik ben niet boos op mijn docent of op de mensen die naar me kijken op school.
Ik ben boos op mezelf.
Ik loop de huiskamer in en laat mezelf op de grond vallen. Met handen in mijn haar en uitgelopen mascara loop ik naar onze achtertuin en laat me vallen op de bank.
Ik pak een sigaret uit het doosje wat nog op de tafel ligt, en steek hem aan.
Ik weet dat het niet gaat helpen, maar ik weet het ook allemaal niet meer.

Badass Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu